donderdag 3 november 2016

België: De eerste sporen van de grote oorlog (1914-1918)

Diksmuide (De Blankaart natuurgebied)

Met een voorzichtige klop op het grote zijraam meld Jess dat de koffie klaar staat. Ik ben zelf ook pas een tiental minuten uit bed. De nacht naast de doorgaande weg kan ik een mager zesje geven. Het was rustig genoeg maar als een haas onder een lantaarnpaal in een open veld voelde ik me toch wel erg bloot. Het voordeel is dat er hoogstwaarschijnlijk ook niemand tegen je zal aanrijden.
Om half zes kwam het werkverkeer op gang. Met elk voertuig dat passeerde bewoog de verplaatste lucht de zware camper in haar vering alsof we met een roeiboot op de golven dansten. De onrustige slaap wordt mede veroorzaakt door een onwennige slaapplaats in combinatie met te weinig vermoeidheid. Met de komende dag gaat de vermoeidheid toenemen en wij beter slapen. Het is gewoon nog wat onwennig!
Heerlijke kleine zoete broodjes, vers gebakken in de oven, en een bakkie koffie maken mijn start van de dag in ieder geval goed. Lyka soest nog wat na onder de dekens in de frisse camper. Buiten is het negen graden en binnen blijft het kwik s’nachts rond de zestien graden hangen.
Helaas heeft Kris deze ochtend maar weinig tijd om afscheid van ons te nemen maar we spreken af om op de terugweg een weekend bij ze te blijven zodat Kris ook niet naar zijn werk hoeft. Lyka verschijnt fris en met een grote glimlach, ze heeft het ook heel erg naar haar zin in de camper. De kleine ongemakken neemt ze voor lief. Het avontuur en de ontdekkingstocht over een continent waar ze nog maar zo weinig van weet stemt haar gelukkig. Nog een bakkie koffie en een paar broodjes en we zijn onderweg.
Richting Roeselare raken we de beslagen ramen kwijt en warmt de motor zich op. Nog voordat we op een doorgaande weg richting het zuiden rijden is het aangenaam warm in de cabine. Ik hoop dat het ingevoerde waypoint het juiste is. We proberen op een route uit het WOMO boekje te komen en die te volgen tot aan de zee.
Zodra we de stad uit zijn zoek ik een geschikte plaats om te stoppen en even wat te reorganiseren, wat op te ruimen en spullen te zoeken waarvan ik haast zeker weet dat ze in de camper liggen maar die ik sinds Schotland niet meer heb gezien.
Die eerste halte is Moorslede. Zodra we daar arriveren kan ik het niet laten om wat foto’s te maken in het mooie. Een oud gebouw op de hoek van de doorgaande weg laat me bij de eerste mogelijkheid stoppen. Lyka is druk met haar telefoon dus ga ik even alleen een frisse neus halen en de beentjes strekken.

Er is ook een kasteel met een fraaie tuin. “De pompeschitter” valt me op en bevalt me wel, je ziet nu eenmaal niet vaak een standbeeld met de broek op de knieën. Het andere beeld is, hoe kan het ook anders in het historisch bewogen Vlaanderen, van een ridder die vroeger in het kasteel heeft gewoond.
Voor mij wordt het tijd om een thermisch T-shirt op te zoeken want de combinatie van bovenkleding die ik nu draag voldoet niet meer aan de eisen van het Vlaamse herfstweer.

Een klein halfuurtje verder komen we in Zonnebeke, het Polygoonbos, om precies te zijn. Hier leeft de historie van “de grote oorlog 1914-1918” nog voort, de eerste wereldoorlog zoals wij die in Nederland noemen en waar ons op lagere en middelbare school helemaal niets over is verteld.
We zijn aan een van de ontelbare frontlinies beland rond Ieper, er zijn in dit gebied meer dan 1.000.000 (één miljoen) soldaten gesneuveld in de meest onzinnige oorlog van de 20ste eeuw! Ondanks dat het al honderd jaar geleden is dat hier hevig werd gevochten hangt er toch nog altijd een onzichtbare sluier van de dood over deze velden. Op dit mooie rustige plekje omringt door de bossen drinken we eerst nog maar een bakkie koffie voordat we onze eerste echte wandeling van deze reis gaan maken.

Alles om je heen is verheven tot historisch punt met een toeristische waarde. Soms iets teveel van de “De grote oorlog = inkomen” gedachte. Er liggen hier tientallen begraafplaatsen om de Ieper en haast iedereen die in de buurt van een begraafplaats woont probeert er een slaatje uit te slaan.

Na een aangename wandeling komen we bij de eerste begraafplaats. Deze is voor de jonge Nieuw-Zeelandse mannen die ver van huis hun leven in een nutteloze oorlog gaven. Waarvoor? Verteld u het me maar?

Een omgeving als deze maakt je stil en respectvol. Helaas worden jonge kinderen nooit naar deze plaatsen gebracht om hun op jonge leeftijd al respect en waarden bij te brengen. Vrijheid wordt vandaag de dag als vanzelfsprekend gezien. De nieuwe kruistochten zullen daar voor de jongste generaties verandering in brengen. De vrije opvoeding van de jaren zeventig en tachtig heeft twee generaties Tokkies opgeleverd met een instelling die de maatschappij nog maar moeilijk kan corrigeren.

Een stuk verder tussen de honderd jaar oude bomen ligt een oude betonnen constructie half onder de grond. Een van de eerste experimenten met beton. Een idee over de bescherming van de soldaten tegen de ontelbare Duitse granaten die dag in en dag uit op de Nieuw-Zeelandse manschappen neerdaalden. De bunker is geboren en zal in de volgende dertig jaar tot een geducht verdedigingswerk worden geperfectioneerd.

Nog voordat we Zonnebeke verlaten neem ik nog enkele foto’s van het monument voor de Schotse Highlanders, het “Black Watch” regiment waarvan ik regelmatig de kleuren draag. Mijn kilt is een “Black Watch” en vanaf vandaag zal ik hem met nòg meer trots en respect dragen.

Route 8 uit het Womo boekje nummer 45 (België en Luxemburg) brengt ons nu naar Ieper waar we een parkeerplaats naast het nieuwe station vinden. In Ieper is “De Menenpoort” de belichaming van de grote oorlog. Een enorm monument met op de wanden ontelbare namen van hen die vielen in het marmer en graniet gegraveerd. Een plaats om stil van te worden! Èn onbegrijpelijk dat het verkeer er gewoon doorheen kan rijden. Op de terugweg naar de camper koop ik nog wat souvenirs in een van de vele souvenirwinkels die de binnenstad rijk is. Met twee flessen Ypra bier en een flink stuk paté slenter ik terug naar het station. Die gaan we morgen soldaat maken!
We zijn bijna aan het einde van de dag. De slaapplaats die ik op het oog had blijkt € 12,- per nacht te kosten en ligt honderd meter van een varkensstal. De buitenlucht kan bij een stedeling oergevoelens oproepen maar voor een jongen van het platteland is het een onaangename stank. Dat gaat dus over.

Zo komen we bij het “De Blankaart” natuurpark terecht. Er is een mooi plaatsje achter op de parkeerplaats vrij. Dit gaat het worden, hier blijven we overnachten. Lyka gaat lezen en ik ga schrijven, foto’s verwerken en eindelijk eens kijken of dat onbeperkt internet (128 Kb/s) voor € 7,50 van de KPN ook in deze uithoek van Vlaanderen wil werken.

De snelheid valt me wel wat tegen, maar voor die prijs kun je eigenlijk niet klagen, dus ga ik maar aan het avondeten beginnen. Ik kan de wokolie nergens vinden dus moeten we met vloeibare margarine aan de slag. Het varkensvlees in zwarte peper saus met gebakken bloemkool en paprika smaakt anders dan normaal maar honger maakt rauwe bonen zoet. Onze eerste echte dag op reis zit er op!
Copyright/Disclaimer