zaterdag 19 maart 2005

Maleisië, het weekend van de Formula 1 race in Kuala Lumpur

Maleisië, St. Patricksday

Kuala Lumpur, 17/03/2005

Nu was het rusten en rondhangen. Op zoek naar dingen die ik niet echt nodig heb en lekker eten. Natuurlijk was ik laat opgestaan en kon met geen mogelijkheid de torens op. Je moet nu eenmaal vroeg zijn voor de kaartjes.
Ontbijt uit de supermarkt van het KLCC en na een rondje wandelen lunch ook weer in het KLCC. Een flinke sessie op de computer om de nieuwste pagina’s weer klaar te maken voor mijn website. Avondeten in het KLCC, Lamb Kebab, onverslaanbaar.
Het was St. Particksday vandaag maar ik voelde mij niet zo goed om me in het feestgedruis te storten. Van slapen kwam echter ook weinig, de muziek en het geroezemoes hielden mij wakker. Ik had een kamer op de voorkant van het hotel met uitzicht op de torens. Soms lig ik dan in het donker op mijn bed naar het mooie plaatje te kijken. De torens zijn nu eenmaal niet te beschrijven! Morgen in ieder geval vroeg op.

Kuala Lumpur, 18/03/2005

En ik was niet al te vroeg op. Na eerst flink te hebben liggen tollen in bed ben ik op zoek gegaan naar mijn oordoppen. Eenmaal in een stille wereld was het nog moeilijk om de slaap te vatten. Een droge avond en niet echt vermoeid zijn een slecht recept voor een goede nachtrust. Eerst een kopje koffie op de kamer en dan op weg naar de “Petronas Twin Towers” voor een kaartje.
Gelukkig was de rij niet al te lang maar ik had wel geluk bij de uitgifte van mijn kaartje. Ik zat in de laatste stapel en er waren er misschien nog maar tien over. Het bezichtigen van de brug tussen de twee torens is gratis. Om illegale verkoop van toegangsbewijzen tegen te gaan worden er niet meer dan twee per persoon uitgegeven. Een uitzondering hierop zijn echter Maleisische scholen en bedrijven die een uitstapje maken naar Kuala Lumpur. En met pakjes van 50/60 stuks tegelijk kan het erg snel gaan. Het was nog geen tien uur en mijn bezoektijd was kwart over twaalf! De voorlaatste rit naar de 44ste verdieping.
Dit betekende wel dat ik twee uur de tijd had om een ontbijt te zoeken. Ik kon niet te ver weg dus koos ik voor een degekijk ontbijt in de kelder van het KLCC. De “Delifrance” was best een leuke plaats om te zitten en een beetje te relaxen. Ik kocht naast de zaak een krant en nam plaats in het volle restaurant. “Een breakfast set graag en een grote Cappuccino”? De bestelling werd genoteerd en vijf minuten later arriveerde mijn cappuccino. Ik zat eigenlijk zo diep in mijn krant dat ik de tijd vergat. De cappuccino werd langzaam leeggedronken maar er was nog steeds geen spoor van mijn ontbijt. Ik keek eens op mijn horloge en kwam tot de ontdekking dat het al bijna drie kwartier gelden was toen ik mijn bestelling had opgegeven. Even navragen?
“Eh, hallo”?
“Waar blijft mijn ontbijt set?”, vroeg ik aan de in het gebruikelijke hoofddoekje geklede serveerster. Ze keek mij aan en liep naar de counter. Ze kwam terug met een vreemd antwoord.
“We hebben u al geserveerd en u heeft het ontbijt al opgegeten”, was haar antwoord.
Nu hoeven jullie mij niet voor vol aan te zien maar ik kan mij best wel herinneren als ik geklutste eieren met worstjes en geroosterd brood heb gegeten.
“Wel, dat is dan heel vreemd want ik heb nog niets geserveerd gekregen”, was mijn antwoord.
“Er staat toch ook geen leeg bord hier op mijn tafel?”, vroeg ik haar. En zij weer opnieuw naar de counter. Ze kwam terug met een beter antwoord!
“Oh sorry sir, de kok was uw bestelling vergeten”, lachtte ze.
“Geen probleem”, lachte ik en bestelde nog een cappuccino.
“Ik wacht nog wel even”.
De tweede cappuccino werd geserveerd en ze begon een beetje stotterend aan haar verhaal.
“Sorry sir, eh, maar we hebben geen eieren en worstjes meer”, hakkelde ze.
“Wilt u misschien wat anders?”, en ze overhandigde mij de menukaart.
Nu ben ik niet echt kieskeurig met het eten maar op nuchtere maag heb ik ook mijn beperkingen en ik kon echt niets op de kaart vinden waar ik zin in had.
“Verreken die tweede cappuccino maar en geef mij de rest van het betaalde geld terug?”, leek mij een redelijke oplossing.
“Eh, sorry sir, wij mogen geen geld teruggeven, wilt u misschien een waardebon?”, stotterde ze.
Ik had nu medelijden met haar omdat zij de kastanjes uit het vuur kon slepen voor de kok die had verzuimd mijn bestelling te maken.
“Laat maar”, stelde ik haar gerust.
“Geef me straks nog maar een (derde) cappuccino en verreken dat maar met mijn vorige bestelling”, zei ik op een zachte toon.
“Thank you sir”, glimlachte ze vanonder haar hoofddoekje en verdween in een ruimte achter de counter.
Daar zat ik dan met een tweede grote cappuccino voor mijn neus én nog één in de pijplijn met een uurtje te gaan totdat ik de brug op moest.
Op je kaartje staat een tijd vermeld en je moet vijftien minuten van tevoren aanwezig zijn. Als jouw groep al weg is dan is je kaartje niet meer geldig.
Na anderhalf uur in de krant te hebben gelezen en drie grote cappuccino verder ging ik op zoek naar een toilet. Een lege maag en zeven gewone koffie komt de spijsvertering wel in opstand.
Het bezoek aan de brug is niet te beschrijven, je bent op 170 meter boven de straat en kijkt naar een miniatuur wereld onder je. Het is moeilijk te bevatten dat de toren nog 282 meter verder de lucht in gaat. De grote bal met de antenne en het kleine balletje op de top zijn samen hoger dan de kerktoren van Zaltbommel!
Na deze slechte nacht en bewogen ochtend koos ik voor een korte rust. Een sandwich van de 7-11 stilde de ergste trek en ik nam mij voor om vanavond maar eens echt lekker te gaan eten.
Na mijn uitstekende avondeten bij het “Restoran Yussouf” dronk ik nog een paar biertjes in China Town en voor mij zat de dag er toen op. Lekker rustig naar huis gelopen en ik lag zo in bed.

Kuala Lumpur, 19/03/2005

Ik weet niet wat er met me aan de hand is? Ik slaap veel en ik heb nergens zin in. Ik vindt het onaangenaam warm buiten en het bier smaakt mij van geen kanten. Ben ik misschien ziek? Ben ik depressief om dat ik weer de hele tijd alleen ben? Ik weet het niet!
De zaterdag was zeer rustig. Ontbijt op de kamer. De kwalificatie voor de race morgen op de kamer gekeken en het avond eten in het KLCC. ’s Avonds een beetje achter de computer gezeten en tv gekeken. Morgen de grote dag.

woensdag 16 maart 2005

Maleisië, weer in Kuala Lumpur

Kuala Lumpur, 16/03/2005


Erg vreemd dat ik na al die goede nachten nu een slechte nacht had. Ik kon de slaap maar slecht vatten en eenmaal in slaap begon het dromen. Ik droomde van een oude schoolmaat die nog niet zo lang geleden was overleden, Wilrie Stevens. We speelden weer aan de rivier en liepen over de spoordijk. Ook zijn vader en moeder kwamen in het verhaal voor, mijn ouderlijk huis aan de Nonnenstraat lag gedetailleerd op mijn netvlies.
Eerst pakken dan eten was het motto. Met veel pijn en moeite verdwenen de over de grond liggende stukken bagage in mijn rugzak. Ik kwam tot de conclusie dat ik toch wel heel veel wierrook had gekocht. Een paar keer werden dozen en pakken verplaatst totdat uiteindelijk de ritssluiting zonder al te veel kracht dicht ging. In Kuala Lumpur komt er meestal toch niets bij.
Klaar met pakken in de ochtend nam ik het besluit om niet helemaal naar het “Discovery Café” te lopen voor het ontbijt. Volgens Mr. Au kon ik een stukje verderop in de straat ook terecht. Café 1151 zag er vanaf de buitenkant mooi uit en ook het interieur was smaakvol. Eigenlijk was alles er mooi en goed behalve het eten. Hier zou ik zeker nooit meer terugkomen. Het halfrauwe ei in combinatie met ijskoude witte bonen in tomatensaus was geen winnaar.
Omdat ik regelmatig naar de watertuin had zitten kijken had mevrouw Au een paar van die drijvende vetplantjes in een fles halfvol gevuld met water gedaan. Deze kon je leuk in een schaaltje op je kamer zetten.
Ik bedankte iedereen voor mijn plezierige verblijf en stapte bij de eigenaar van het hotel in de Volvo die mij naar het busstation van Melaka bracht. Een beetje onbekend kocht ik twee kaartjes voor de bus. Ik betaal graag het dubbele voor lange reizen in de bus. Je hebt dan twee stoelen naast elkaar en je kan je kwetsbare bagage mee de bus in nemen. Helaas was de bus van “KKKL” een super-de-luxe. Nou helaas, gelukkig. In deze bussen zijn er maar drie stoelen in een rij. Twee aan de chauffeurzijde en één aan de andere kant. IK had nu twee brede leren fauteuils tot mijn beschikking en dat terwijl één enkele ruim voldoende zou zijn geweest.
In Kuala Lumpur zag ik dat wij niet ver verwijderd waren van de monorail. Ik kon natuurlijk blijven zitten en vanaf het “Puduraya busstation” lopen naar mijn hotel maar met de monorail zou het zeker comfortabeler zijn. De chauffeur vond het geen probleem en stopte met de bus onderaan de trap van een monorail station. Een kwartiertje later lag ik op mijn bed in het “Fortuna Hotel”.

Na niet al te lang naar het plafond te hebben gekeken en een kopje koffie te hebben gedronken ging ik naar het “Suria KLCC” om mijn toegangskaartje voor de race te kopen. Ook na al die keren is het weer een ongelofelijk gezicht om die twee torens voor je te zien opdoemen. Een bovenaardse schoonheid in het midden van een wereldstad. Natuurlijk stond in het hart van het winkelcentrum de “Sauber Petronas” stand met daarnaast de balie waar de kaartjes voor de race werden verkocht.
“Één kaartje voor het talud E alstublieft?”
“I’m sorry, sold out”, antwoordde het meisje.
“Sold out?”, vroeg ik verbaasd.
“Yes, sold out.”
Dit was heel vreemd, ik zit namelijk altijd op een heuvel met naam E en daar kunnen duizenden mensen zitten. Met andere woorden, het is onmogelijk dat die op de woensdag voor de race al is uitverkocht. Ik had een tweede optie en ging die dan maar proberen. Met de Metro naar het “Sentral Stesen” en daar nog maar eens vragen. En mijn gevoel was goed geweest. Binnen vijf minuten had ik een kaartje voor vak E en een retour voor de trein/bus naar het circuit op zak. Samen RM 155, ongeveer € 35,-.
Voldaan ging ik weer terug naar mijn hotel, opdracht nummer één was volbracht. Onderweg dacht ik na waarom er mij was verteld dat het was uitverkocht en ik kon maar één verklaring vinden voor het gedrag van de verkoper. Er werden waarschijnlijk geen goedkope kaartjes meer verkocht in het KLCC! Het is tenslotte een toeristentrekpleister en de toeristen die hier komen hebben geld genoeg om de dure kaartjes te kopen. Ze weten namelijk niet de weg en gaan dan voor de gemakkelijkste oplossing.
Ik ging na aankomst bij het “Bukit Bintang monorail station” meteen inkopen doen. Van die voorverpakte sandwiches van de 7-11 zijn heerlijk en niet al te duur. Dat is ook een voordeel van een wat duurder hotel! Grote tv met satellietkanalen, gratis koffie en een kleine koelkast.
De avond brak aan en ik liep langzaam door de warme avondlucht naar “Betaling Street”, zeg maar China town. Ik werd er warm onthaald door de medewerkers en de eigenaar van het Chinese restaurant waar ik altijd kom. Een grote Tiger, een grote gemengde sate en een sizzling chicken met mee goreng. Laat het eten maar beginnen! En het was heerlijk. Ik was wel vermoeid na die slechte nachtrust en die lange dag, het heerlijk eten en de drie grote Tiger bier maakten het compleet. Nog voor twaalf uur zat ik in de taxi naar mijn hotel. Morgen rustig aan.

dinsdag 15 maart 2005

Maleisië, toch nog wat gezien!

Melaka, 15/03/2005

Uiteindelijk bleek het de juiste beslissing om in Melaka te blijven. Ik had het een tweede kans gegund en die was goed uitgepakt. De hele combinatie van mijn hotel, de cafés en de nieuwe mensen die ik had ontmoet gaven mij het gevoel dat ik hier zeker nog wel een keer zou terugkeren.
Vandaag zou ik er vol tegen aan gaan en eens serieus gaan rondkijken op de “Bukit St. Paul” en het “Stadhuys” gaan bezoeken. Het “Stadhuys”, gebouwd tussen 1641 en 1660 door den Hollanders, is het oudste Nederlandse gebouw in het verre oosten. En het is een schitterend gebouw. Een niet al te indrukwekkende collectie probeert het mooie gebouw wat op te vijzelen maar zelfs als het leeg stond zou het nog mooi zijn. Nu zijn alle gebouwen op het plein rood geschilderd. Volgens Patrick waren vroeger alle gebouwen wit geschilderd. De reden dat ze nu rood waren kwam van de Engelsen. De lokale bevolking had zo’n hekel aan die Engelsen dat elke keer als ze langs het gebouw liepen er tegenaan werd gespuugd. De lokale bevolking kauwde “betelnoot” en spuugde de rode vloeistof tegen de witte muren. Het schoonmaken was steeds zo’n groot karwij dat de lokale bestuurders maar beslisten om alle gebouwen aan het plein rood te schilderen.
Na dit stukje Hollandse geschiedenis waren nu de voorgangers aan de beurt in de vorm van de St. Paul’s kerk op de bukit St. Paul. Al in 1521 bouwde een Portugese kapitein een kapel op deze heuvel met een uitzicht op de straat van Melaka. Natuurlijk staan alleen nog de muren overeind maar eenmaal binnen is de collectie oude grafstenen erg interessant. Er is een grote Nederlandse collectie.
Het was een heerlijke informatieve middag geweest. Terug in mijn hotel kon ik de wierrook onder aan de trap al ruiken. Ik had een grote hoeveelheid ingekocht in een Indiase winkel. Mijn kamer rook heerlijk en het was net of ik een Sikh tempel binnenstapte.
Morgen zou ik al vroeg vertrekken en werd het dus tijd om afscheid te nemen van mijn nieuwe vrienden. Ik maakte er wel een rustige avond van. Ik ben benieuwd wat mij in Kuala Lumpur te wachten staat?

maandag 14 maart 2005

Maleisië, de Portugese nederzetting

Melaka, 14/03/2005

Het uitslapen bevalt mij uitstekend en de rust van het hotel is ook een plus. Mr. Au en zijn vrouw zorgen goed voor mij. De was wordt gedaan en mijn kamer is gewoon perfect, misschien zijn alleen de handdoeken een beetje aan de kleine kant.
Ik zal het verhaal van het ontbijt maar overslaan want dat weten jullie zo ondertussen wel.
Mijn spijsvertering was wel weer op hal geslagen en het nemen van de antipeppillen was nu een verplichting. Te veel bier en te weinig vast voedsel zou hier wel eens aan de basis kunnen liggen van dit probleem.
Nadat ik mijzelf zo goed mogelijk had geleegd ging ik op pad voor een lange wandeling. Het weer zag er goed uit en van regen was er zeker geen sprake.
Net na de middag ging ik op weg naar de “Bukit Cina”, de grootste Chinese begraafplaats buiten China. Al sinds 1500 worden hier de overledenen van de Chinese immigranten begraven. De heuvel (bukit) ligt aan de rand van de oude stad en bleek best interessant om te bezoeken. Er liggen meer dan 12.000 mensen begraven!
Eenmaal aan de andere kant aangekomen kon ik rechts of linksaf. Ik koos voor links en wilde de “Portugese nederzetting” wel eens bezoeken. De Lonely Planet gaf aan dat het drie kilometer buiten de stad lag en die afstand was te belopen. De hemel was niet meer zo blauw als vanochtend maar hij stond zeker niet op regen. Eenmaal bij de “Portugese nederzetting” aangekomen wachtte mij een grote teleurstelling. Het was meer een grote parkeerplaats met een welkomsboog ervoor. De waterkant was één grote moddervlakte en er was geen één winkel of restaurant open. Eigenlijk ook wel te begrijpen want als in het centrum al niets te doen was waarom zou het dan hier druk zijn?
Ik ging terug op weg naar het oude centrum en zag de wolken nu sneller en sneller aan de hemel verschijnen. Ze kwamen niet aangedreven maar bouwden zich gewoon op uit het niets. De lucht werd dreigender en dreigender. Gelukkig geraakte ik droog terug in het hotel. Ik was nog geen tien minuten op mijn kamer toen de regen kwam. Eerst waren het slagen op een snaartrommel die overgingen in het afvuren van een mitrailleur. Na al die tijd verbaasd het mij nog altijd met welke kracht de regen kan neerkomen in de tropen.
Twee biertjes, dat was alles vanavond. Het eten ging wel goed naar binnen en ik verplichtte mezelf tot een paar extra gerechten om zo weer de darmen te vullen. Ik zou natuurlijk weer heerlijk slapen. Morgen is mijn laatste dag en de wandeling van vandaag heeft mij nieuwsgierig gemaakt naar de andere bezienswaardigheden.

zondag 13 maart 2005

Maleisië, Melaka verlenging

Maleisië, Melaka verlenging

Melaka, 13/03/2005

Nu ik had besloten om wat langer te blijven werd ik ook wat rustiger van binnen. Ik had niet echt de drang om veel te doen. Ik zou gewoon wat rondhangen en genieten. Zelf ben ik een persoon die het rustig aan gaat doen zodra er geen externe factoren zijn die mij voorruit drijven.
Natuurlijk had ik weer uitgeslapen en na het gewone ontbijt koos ik voor de verandering een fastfood lunch. Die lamsburgers zijn toch wel heerlijk! Tijdens de gang naar het Mahkota winkelcentrum viel de drukte mij op. Het was echt druk! Hele hordes mensen die buiten en binnen het winkelcentrum liepen. Bij de bekende fastfood ketens was het ook een drukte van jewelste. Hoofddoekjes en moslimhoedjes in overvloed. Natuurlijk zijn hier al de restaurants “Halal”, anders komt er geen ziel naar binnen. Mede door mijn middagslaap en het gebrek aan fatsoenlijke restaurants schoot mijn avondeten erbij in. Ik koos voor een paar biertjes en ging met Patrick naar de avondmarkt waar je nu over de koppen kon lopen.
Hij liet mij het huis zien waar hij woonde en ik was onder de indruk van de ruimte en zag meteen mogelijkheden voor een guesthouse. Dat is nog altijd een droom van mij. Later als ik zelf ben uitgeraasd (uitgereisd) ergens op een mooie plek een guesthouse beginnen en in alle rust oud worden. Maar dat is veel later.
De bands speelden weer op de bekende plaatsen en we dronken een paar bier vanaf dezelfde barkrukken. Helaas begon het om een uur of tien keihard te regenen en dat maakte een abrupt einde aan de markt en de avond. Het publiek snelde naar huis.
Op een moment dat de regen wat minder neerdaalde nam ik snel afscheid en ging ook naar huis. Het was weer een hele aangename dag geweest.

zaterdag 12 maart 2005

Maleisië, een vreemd gerecht

Melaka, 12/03/2005

Ik had besloten om ook de laatste vier dagen ook maar in Melaka door te brengen. Uiteindelijk was het hier zo slecht nog niet en ik moest ook nog wat bezienswaardigheden bezoeken. De beste tijd om dit te doen waren op de maandag en de dinsdag wanneer hier niets te doen is.
Voor deze ochtend, jullie raden het al. Het gebruikelijke ontbijt, ik had weinig problemen met de stoelgang en ik wilde dit ook graag zo houden. Het was een uitkomst voor het wandelen. Het was heerlijk om zonder de angst van een diaree aanval te lopen.
Ondanks het goede gevoel bleef ik in de buurt van mijn hotel en dacht na over wat te doen de komende dagen. Ik kon naar Kuala Lumpur gaan, misschien zelfs een paar dagen naar “Pulau Tioman” of gewoon hier blijven rondhangen. Heerlijk als je de keuze gewoon kan laten afhangen van je gevoelens. Al mijmerend liep ik plotsklaps tegen een gebouw aan dat zo uit de “Efteling” kon komen. Een groot wit gebouw met een zalmkleurig dak, barokstijl zou ik op het eerste gezicht zeggen. Ik zocht naar de Lonely Planet in mijn broekzak om te zien of er wat over deze opvallende vertoning in stond. Helaas niet, ik zal de volgende keer eens kijken of ik wat meer te weten kan komen over deze opvallende verschijning.
De warmte was opnieuw ondragelijk, het zweet gutste uit mijn lichaam en ik besloot dat het tijd was voor een lange sessie achter de laptop in de koelte van mijn hotelkamer.
Mijn eetlust was vandaag ook niet erg groot in dit warme weer en een bordje rijst met groente was voldoende. Later op de avond was het cafe goed vol gelopen en ik zat aan tafel met een groep nieuwe kennissen. Dr. Morali, hoofd van de plaatselijke universiteit voor het toerisme en Patric Teo nodigden mij uit om nog wat te gaan eten op de “Melaka Raja”. Dat is een nieuwbouwwijk die is gebouwd op teruggewonnen land aan zee. We doken met zijn drieën in de auto van Dr. Morali en scheurden de nacht in. We gingen in de totaal tegenovergestelde richting en ik begon mij zorgen te maken. Ik zat tenslotte licht aangeschoten met twee totaal vreemden in een gammele Datsun en waar we heen reden was in ieder geval niet wat we hadden besproken.
Ik begon te twijfelen of ik wel slim was geweest om dit te doen. Maar nog voordat ik door de mogelijkheden voor een ontsnapping was kwamen we bekend terrein. Ik herkende de brug en in de verte zag ik het Mahkota ziekenhuis. Alles was in orde en ik hoefde mij geen zorgen meer te maken.
Het restaurant waar we waren serveerde een gerecht dat ik nog nooit heb gezien. Een satéfondu. Inderdaad, een grote pan gevuld met een dunne satésaus waar je de stokjes vlees, vis en groente in gaarkookt. Ik werd naar binnen geleid waar een soort gekoelde boekenkast vol lag met dienbladen voor de verschillende stokjes. Je nam een bord en pakte gewoon de stokjes die je wilde en als je klaar was werden de stokjes geteld en je rekende af wat je had gegeten. Een gekleurd uiteinde van de bamboestokjes gaf aan wat het kostte. 25 sen, 50 sen, 75 sen of RM 1. Een schitterende ervaring en eerlijk gezegd smaakte het opperbest.
Het was ook een goed gesprek met die twee. Dr. Morali was min of meer een adviseur van de lokale overheid met betrekking tot het toerisme. Melaka had de grootste plannen. Zo moest er een internationale luchthaven komen van honderdtwintig miljoen USD en een hoge toren met een draaiend restaurant in de top voor vijftien miljoen USD. Dit alles moest er voor zorgen dat er twaalf miljoen toeristen zouden komen op jaarbasis.
Dr. Morali had hier zijn twijfels over en verdacht enkele lokale bestuurders van fraude. Familieleden met bouwbedrijven zouden vette contracten krijgen en uiteindelijk zou de lokale bevolking voor de kosten moeten opdraaien. De luchthaven was helemaal een lachertje. Een provinciale bestuurder wilde zijn naam in gouden letters zien. Met KLIA op nog geen 85 kilometer afstand was er zeker geen behoefte aan een nieuw vliegveld. Dr. Morali had openlijk zijn visie op de toekomst van Melaka gesproken en daar veel vijanden mee gemaakt.
Patrick Teo was een andere persoonlijkheid die heel dicht bij Melaka stond. Hij vertelde over de geschiedenis van Melaka en dat de huidige gemeenteraad Groot Brittanie prees voor wat ze hadden betekend voor de gemeente. Hij vond het allemaal maar flauwekul, de “Hollanders” die hadden Melaka groot gemaakt. We lachten en dronken en tijd vloog om.
Patrick en ik gingen nog een paar biertjes drinken bij de “Geographer”, een heel mooie bar/restaurant tegenover “Ringo”. Ondertussen had ik ook al besloten wat ik verder zou doen. Ik zou hier nog een paar dagen blijven rondhangen, het was hier toch wel aangenaam.

vrijdag 11 maart 2005

Maleisië, de braderie

Melaka, 11/03/2005

Na het drinkgelag van gisteren was het vandaag moeilijk opstaan. Ik heb er dan ook niet tegen gevochten maar ben gewoon blijven liggen en lekker laat opgestaan. Het werd de gewoonlijke en niet zo avontuurlijke gang naar het “Discovery Café” met de twee gebakken eieren, twee worstjes, een kop koffie, een blikje Coke light en de krant. Al met al een heel ontspannend begin van deze dag.
Natuurlijk werd er na het rustige ontbijt weer gewandeld en nu naar de andere zijde van de oude stad. De echte toeristentrekpleisters voor de toeristen die maar niet leken te komen. De mooie “Christ Church Melaka” naast het “Stadhuys”
De wandeling was niet lang, het onaangename gevoel in mijn lichaam in combinatie met de drukkende warmte maakte dat ik weer snel in mijn geairconditioneerde kamer was. Onderweg was het mij toch wel opgevallen dat er weer helemaal niets te doen was in het dorp, het leek nog steeds een spookstad.
Ik moest mijn krachten sparen voor de avondmarkt. Al vroeg in de avond was ik weer in het “Discovery Café”, ik sterf de hele dag van de honger. Een flink bord Nasi Goreng met de bijbehorende Ajam en groenten gleden naar binnen. Mijn hoofd stond nog niet naar bier en een cola light zou goed voor mij zijn.
Later op de avond was het café goed vol gelopen en ik zat aan tafel met een groep nieuwe kennissen. Dr. Morali, hoofd van de plaatselijke universiteit voor het toerisme en Patric Teo. Een aardige jongen van mijn leeftijd die door heel Europa had gezworven toen hij jong was. Ik wilde het vanavond niet te laat maken en ook nog wel wat van de markt zien. De braderie was een hele slechte, de enige ondernemers die een beetje handel verkochten waren de voedselverkopers die onherkenbare gerechten aan vreemde Chinezen verkochten. Het was ook laagseizoen en het Chinese nieuwjaar was net achter de rug.
Een paar biertjes voor het slapen gaan en nog even naar wat live muziek luisteren. Ringo is inderdaad een aangename plaats om wat te drinken en naar muziek te luisteren. De goede afspraken met zijn overbuurman hebben er toe geleid dat de om de beurt muziek maken. Pauzes zijn er dus niet in de muziek en iedereen vermaakt zich opperbest op de terrassen.
Morgen een beetje fitter op en wat meer wandelen.

donderdag 10 maart 2005

Maleisië, de Kungfu man van Melaka

Melaka, 10/03/2005

Het ontbijt was mij gisteren heel goed bevallen. Vooral de combinatie van de krant met de koffie naast mijn ontbijt maakte alles compleet. Ik had plannen gemaakt voor vandaag en ik zou zonder vooroordelen Melaka gaan verkennen.
Na het ontbijt ging ik op weg met de Lonely Planet in mijn zak. Er stond een stadswandeling in die werd aangevuld met de overige bezienswaardigheden van Melaka. Wat mij meteen al opviel was dat de hele stad in verval was. Toerisme is hier niet erg groot en ik vraag mij af of het ooit groot zal worden. Voor één van de oudste nederzettingen op het Maleisische schiereiland is het vanzelfsprekend dat je hier veel bezienswaardigheden vindt die beginnen met: “De oudste” en eindigen met “van Maleisië”.
Een paar voorbeelden:
De oudste kerk van Maleisië.
De oudste moskee van Maleisië.
De oudste waterput van Maleisië.
Het oudste stadhuis van Maleisië.
Het oudste fort van Maleisië.
Enz. Enz.
We gingen eerst op weg naar de oude waterput. Drinkwater was vroeger heel belangrijk, vooral aan zee. Het is dan ook niet verbazend dat de Nederlanders in hun strijd om voet aan de grond te krijgen deze put een keer vergiftigd hebben om de bewoners op de knieën te krijgen. Later hebben ze dan er dikke muren omheen gebouwd en werd het vloeibare goud door zwaarbewapende soldaten beschermd.
Nu ging ik terug naar de oude stad omdat mijn darmen flink aan roeren waren. Ik was blij dat ik even later van mijn probleem was verlost. Nu was de oudste moskee van Maleisië aan de beurt. Eigenlijk is er in die moskeeën maar heel weinig te zien. Alles wat er te zien is zit aan de buitenkant. Een hele vreemde vierkante toren doet dienst als minaret. In deze toren zie je veel invloeden van andere godsdiensten. De toren heeft christelijke invloeden met zijn bogen. Het getal zeven, van de zeven verdiepingen, zal wel uit het Buddhisme komen en/of door de Chinezen meegebracht. Al met al best twee interessante bouwwerken.
Nu ging ik op zoek naar de brug die enkele jaren geleden nog in aanbouw was. Opnieuw viel het mij in de nieuwbouwwijken op dat alles een beetje in verval was. Haast armoedig. Ging het dan zo slecht hier? Ik had begrepen dat er enkele jaren geleden een groot wetenschapspark was aangelegd om zo de stad te promoten voor de high-tech industrie. Ik moest wel steeds in mijzelf lachen. Hier verplaatst zich bijna niemand te voet, ik moest dan ook vaak op de weg lopen en over hindernissen klimmen.
Eenmaal aan de andere kant van de brug werd het tijd voor een andere lunch dan normaal. Burger King had een lamsvlees burger met een speciale saus in de aanbieding, en man, waren die lekker!
Na de lange wandeling en de lunch werden de ogen en de benen wel een beetje zwaar. Een korte rust in mijn hotel zou zeker niet schaden.
Ik gaf mijn hotel een tweede goede inspectie en ik moet eerlijk zeggen, het is een mooi en fijn familie hotel. Meneer Au en zijn vrouw doen hun uiterste best om het de gasten naar de zin te maken. In het weekend zitten ze bijna altijd vol met veel gasten uit Singapore die naar Melaka komen voor de avondmarkt in Jonkerstreet.
Een stukje verderop in de straat had ik een luxe restaurant gezien dat was gelegen aan de rivier. Mooie zitjes met een uitzicht op de rivier en “Dutch Square”. Ik vond dat ik mijzelf ook wel een keer kon kietelen en besloot om maar in het restaurant te gaan eten. Het verbouwde pakhuis zag er van binnen ook magnifiek uit. Een korte blik in het menu bracht een brede glimlach op mijn gezicht. De prijzen waren zeker niet wat ik had verwacht, ze waren ongeveer éénderde van mijn verwachtingen. Daar gingen we dan. Een vischowder geserveerd in een grote broodbol als vooraf en de lamskoteletten met tijmsaus, warme groenten en een gepofte aardappel als hoofdgerecht. Het was heerlijk!
Na de maaltijd slenterde ik voldaan langs de rivier naar het “Discovery Café”, ook een plaats waar ik het goed naar mijn zin had. Hetzelfde recept als bij meneer Au, meneer Teng deed ook heel erg zijn best om het een ieder naar zijn zin te maken. De inrichting van het café lijkt nog het meest op een curiosawinkel. Stiefbeen en zoon op zijn Maleisisch.
Elk dorp heeft er één, zo ook Melaka. Ik zat heerlijk te genieten van mijn koffie toen er een opvallende verschijning binnenstapte. Een man in een geel pak, dat nog het meest op een pyama leek, met nummer 13 op zijn rug. Aan zijn vingers droeg hij metalen ringen met enorme namaak edelstenen. Hij sprak met veel liefde over Jezus Christus en hij was dus een Christen, geen moslim of buddhist. Elke dag ging hij enkele malen naar de kerk schuin tegenover het café om te bidden en om met Jezus te praten. Spottend vroegen de lokale gasten over Jezus wel eens antwoordde, met een grote overtuiging antwoordde hij, “elke keer als ik er ben”. Meneer Teng vertelde mij dat hij de Kungfu man van Melaka was. Eenmaal het woord Kungfu uitgesproken en de man in het geel sprong op en maakte allerlei gebaren met de bijbehorende schreeuwen. Bruce Lee was zijn grote voorbeeld en die was nu bij zijn vriend Jezus Christus, er zou een dag komen dat hij ook op bezoek ging bij Jezus Christus en dan zou hij eindelijk Bruce Lee zelf ontmoetten. Het was best wel een ontroerende kennismaking, een heel aardige man die uiteindelijk niemand kwaad doet.
De avond was omgevlogen en het was al na twaalven en tijd om richting het hotel te gaan. Hier had ik een probleem aan mijn handen. De deur was op slot en in de lobby was niemand te zien. Wat nu? Aanbellen was de enige mogelijkheid! Voorzichtig belde ik één keer en een paar minuten verscheen een slaperige meneer Au, ik hoopte dat hij niet al te kwaad zou zijn. Integendeel, hij was vriendelijk en verontschuldigde zich. Mijn kamersleutel, die ik op zak had, lag niet in de la en dus had hij verondersteld dat ik al in bed lag. Ik verontschuldigde mij ook en vertelde hem dat ik maar weinig vroeg naar bed ging en dat ik best een biertje lustte. Zeker in het weekend. Hij lachhte en nodigde mij uit om morgen een whisky met hem te drinken.
Welterusten, het was toch beter dan verwacht in Melaka.

woensdag 9 maart 2005

Maleisië, opnieuw kennis maken met Melaka

Melaka, 09/03/2005

Ik had heerlijk geslapen. Mijn kamer, 205, was dus een droom van een kamer. Houten louvre deuren en ramen van de vloer tot aan het plafond. Als ik ze opende keek ik op een kleine binnenplaats met eenvoudige zitjes. Het warme en sterke zonlicht scheen in overvloed naar binnen. Ik moest alleen opletten dat ik niet met mijn volle ochtendglorie zonder onderbroek de gordijnen en de louvre deuren zou openen. Een douche en een ontbijt. Waar? Nou, ik ga niet weer op zoek naar iets wat er waarschijnlijk toch niet is, dus meteen maar op weg naar het Café van gisteren. Een krantje tegenover gekocht en gewoon een ontbijt set besteld met koffie en een Diet Coke. En dat viel niet tegen, in tegendeel zelfs, het was verrukkelijk. Mijn poep pillen raakten uitgewerkt en nadat de maag was gevuld moesten de darmen worden geleegd. Het squat toilet van het Café was niet echt aantrekkelijk zodat even terug naar het hotel de enige optie was. Langzaam bewoog ik me richting het hotel, winden laten vermijdend, want de druk liep snel op.
De eerste dag zou ik zeker wel rustig aan doen, ik wilde kijken of ik mijn geheugen wat kon opfrissen. Nee dus! Alleen de toeristische attracties en een winkelcentrum kwamen mij bekend voor. Het iets met sterren hotel waar ik eerst had geslapen kon ik ook al niet meer vinden. Het zou wel op de fles zijn gegaan. De brug was ondertussen wel klaar en een stroom Protons begaf zich van de ene zijde naar de andere zijde. Het was warm en ik had dorst, ook internet moest er nu van komen. Dus het eerste bord internet trok mij aan en ik stapte de koele donkere ruimte binnen. Het lawaai verstomde en tientallen ogen staarden mij aan vanuit het donker. OK, ik was niet dat je zegt in het centrum maar ik kwam tenslotte ook niet van de Maan. Een schuchter meisje stapte op mij af en vroeg beleefd wat ik wilde. Mijn e-mail controleren. Nou dat was geen probleem en met een koele 100 plus begon ik aan mijn opdracht. Het lawaai zwelde weer aan en na 10 minuten was iedereen weer in zijn on-line game verdiept. On-line gamen is zo groot in Azië dat er nu zelfs professionals zijn die er een boterham mee verdienen. Aan de andere kant zijn er regeringen die er zo bang voor zijn dat ze het willen gaan verbieden. Ik rekende af en stapte weer de hete vochtige middag lucht binnen.
Ik maakte mijn middagwandeling af en schrok van een enorm tweede winkelcentrum dat nu werd gebouwd tegenover het oude "Makota Parade" op een groot sportveld. Dat veld maakte het hier aangenaam vertoeven met een prachtig uitzicht op de heuvel met de oude ruïne. Nu was het een grote bouwput. Ik at mijn broodjes en mandarijnen al kijkend naar wat er zo allemaal voorbij kwam.
In de middag zou ik eerst eens even rustig aan doen. Een heerlijke sessie verhalen schrijven op een klein terras aan de rivier. Slapende fietstaxibestuurders als gezelschap. Het werd nog spannend toen de serveerster mij twee euro wilde berekenen voor het internet. Internet? Ik heb helemaal geen internet gebruikt! Met een zachte toon probeerde ik haar uit te leggen dat ik alleen maar electriciteit uit de muur had gehaald en dat je voor internet zeker heel veel andere zaken moest regelen. Niets mee te maken! Een computer op het terras en de stekker in het stopkontakt betekend INTERNET! Punt uit. IK begreep dat hier geen eer te behalen wasd omdat de vrouw gewoonweg te dom was om te begrijpen wat er gebeurde. Één ding stond vast, ik zou hier niet meer gaan zitten.
Het avondeten was eenvoudig. Het "Discovery Cafe" had een redelijke keuken maar echt avontuurlijk was het niet. Gebakken rijst met een gebakken ei en wat gebakken groenten van de dag. Een champagnekoeler met een paar flesjes Tiger bier maakte het een geslaagde avond.

dinsdag 8 maart 2005

Maleisië, de rit naar Melaka

Melaka, 08/03/2005

Toen ik wakker werd voelde ik mij niet helemaal 100%. Ik bleef op mijn bed liggen met mijn ogen open. De tientallen gitzwarte kraaien buiten voor mijn raam deden pijn aan mijn ogen.
Lekker blijven liggen!
Ik heb zeker een uur zo gelegen voordat ik uiteindelijk besloot om toch maar verder te gaan. Ik wilde mijn verblijf niet met vijf dagen verlengen zoals vorig jaar. De douche maakte mij wakker en na een sandwich, uit de koelkast, voelde ik mij een stuk beter. Eenmaal aangekleed en gepakt ging ik op weg naar Maleisië. Melaka zou het worden. Zoals het jaar ervoor ging ik met de metro naar "Kranji" en met de gele bus de causeway over. Maar!
Bij het instappen vertelde de chauffeur mij, zonder zijn telefoongesprek te onderbreken, tachtig sen. Ik gooide in de sleuf en uit de automaat kwam een kaartje. Toen de chauffeur klaar was met bellen vertelde ik hem dat ik naar Melaka moest. Ik wilde een bus op het interlokale busstation nemen.
"Ja, maar dan had je één dollar dertig sen moeten betalen", antwoordde hij.
Ik dacht het simpel op te lossen door vijftig sen bij te betalen.
"Nee, je moet één dollar dertig betalen voor een nieuw kaartje", zei hij met een brede glimlach die zijn grote gele tanden liet zien.
"Maar U zei tegen mij tachtig sen", blufte ik terug.
"Ja, maar U zei", en ik onderbrak hem.
"Nee, ik heb niets gezegd".
"U zat te telefoneren en ik was zo beleefd dat ik wachtte dat U klaar was", ik verhief lichtjes mijn stem.
"Ik blijf hier zitten totdat u mij een ander kaartje geeft en anders wil ik wel eens even met uw meerdere spreken over het telefoneren van de buschauffeur tijdens het rijden", blufte ik.
Hij dacht even na, accepteerde mijn vijftig sen en een nieuw kaartje werd door de machine uitgespuugd. Hij moest er gelukkig zelf ook om lachen.
De immigratie procedures waren geen probleem en al snel was ik op weg naar de "Larkin" busterminal van Johor Bahru.
Het vreemde is dat ik mij vrij weinig kan herinneren van mijn vorig bezoek aan deze oude Hollandse enclave. Tijdens de bus rit had ik naar de muziek geluisterd op mijn iPod en van de het uitzicht geprobeerd te genieten. Eindeloze palmolie plantages omringt met mesjes prikkeldraad dat allang door de westerse militairen verboden is om de onmenselijke wonden die het kan veroorzaken.
Hoe was ik ook alweer de vorige keer in Melaka terecht gekomen? Ik weet het echt niet meer. Het moet wel met de bus zijn geweest vanuit Singapore! Soms is het wegstrepen van enkele mogelijkheden ook een manier om dichter bij het antwoord te komen. En ja hoor, mijn flinterdunne herinnering over een veel te klein busstation achter een flatgebouw naast een rivier klopte precies. Het werd bevestigd door een Hollandse jongen met een Taiwanese vriendin die mij even de weg wezen. Meer later.
Ik was dus weer op weg naar Melaka. Op het Larkin busstation in Johor Bahru had ik besloten dat het maar eens voorbij moest zijn met elke keer weer bekende, en dus veilige, plaatsen te bezoeken. Een halve waarheid want ik was hier ook al eens geweest. Het gaf mij wel een beangstigend gevoel dat ik mij bijna niets meer van Melaka kon herinneren. OK, ik wist nog van die rode kerk en het stadhuys. Een enorm winkelcentrum in het midden van het niets en de ontmoeting met drie Nederlandse jongens die ook op weg waren naar Kuala Lumpur om de Grand Prix te zien. Maar dat was het. Ik wist zeker dat ik mijn avonden had doorgebracht met een overdosis Tiger Beer en saté. Veel kon het me niet schelen, ik zou het een nieuwe kans geven.



Melaka.
Het was niks, het is niks en het wordt waarschijnlijk nooit iets.
Ik arriveerde op het spiksplinternieuwe interlokale busstation van Melaka. De regering en lokale overheden hadden zo te zien grootse plannen met de toeristische attractie. Een roedel taxi chauffeurs lieten mij links liggen, de rugzak werkt soms ook positief, en ik werd aangesproken door een kleine man die mij in goed Engels vroeg of ik op zoek was naar een Guesthouse. Helaas moest ik hem teleurstellen. Tegenwoordig verblijf ik liever in de goedkopere middenklasse hotels. Ik kan er slecht meer tegen omringd te zijn met groepen jongeren die zich te goed doen aan instant noedels en spaghetti. Ook het gespreksonderwerp over de prijs, "was het goedkoop?", heb ik ondertussen wel gehad.
Tijdens mijn trektocht naar het punt vanwaar de stadsbus vertrok kon ik mijn ogen niet geloven. Nee, de tijd had hier zeker niet stilgestaan. Nadat ik door een humeurige donkere hindoe buschauffeur was weggejaagd had ik eindelijk de juiste bus gevonden.
Een mede passagier begon meteen met mij te praten en toen bleek dat het een Hollander was die al drie jaar in Melaka woonde was mijn geluk compleet. Zijn hulp kwam uitstekend van pas en voordat ik het eigenlijk in de gaten had stond ik alweer op het plein voor de rode kerk. Ja, hij was nog precies zoals ik me herinnerde. De rest zag er toch wel onbekend uit. De tijd had hier zeker ook niet stilgestaan en de Aziatische bouw woede had ook hier toegeslagen. Met wat aanwijzingen voor een hotel in mijn geheugen nam ik afscheid van het leuke stel. Wat hij nu precies deed weet ik niet, maar zij liet mij een indrukwekkende portfolio van haar werk zien. Er zijn heel wat kunstenaars werkzaam in Melaka.
Het eerste hotel dat mij werd aangeraden voldeed aan al mijn wensen. Een nette schone kamer voor RM 78 (€ 16,-). Ik kon het hier wel vinden. Een lang smal gebouw. Gebouwd tussen het einde van 1700 en het einde van 1800. Het vertoonde sporen van vele aanpassingen maar de laatste die het in een hotel had omgetoverd mocht er zijn. De ruime lobby met de zeer vriendelijke eigenaar en zijn zijn vrouw zorgen ervoor dat het je aan niets ontbreekt. De kleine hofjes opgesierd met groen en zitjes nemen meteen het idee van het smalle lange gebouw weg.
Ik nam intrek in mijn kamer en maakte mij gereed om even de stad te verkennen en wat te eten.
Toen ik door de stad liep verraste de leegte en de stilte mij. Het was net een spook stad. Ik had verwacht om in een toeristische trekpleister aan te komen en wat ik vond was een leeg dorp. "Closed", "For Sale" of "For Rent". Dat is wat ik zag als ik om mij heen keek. Ik kon geen fatsoenlijk restaurant of café zien dat open was. Vreemd!
Een spook stad. Zoals het ongebruikelijk is in Azië. In Azië is alles open en het leven gaat 24/7 door. Hier dus niet. Ik besloot om rustig de stilte in te wandelen en gewoon op zoek te gaan naar leven en licht, daar zou ik zeker wel wat te eten kunnen vinden en zeker wel een koud biertje. De linksaf en rechtsaf volgden elkaar in een rap tempo op en de leegte bleef. Een verdwaalde auto passeerde mij zo nu en dan maar daar bleef het bij. Er was letterlijk geen hond op straat. Moslims hebben namelijk een hekel aan honden. Eenmaal opnieuw bij de rivier aangekomen hoorde ik gelach en hoorde zachte muziek. Daar was eindelijk leven! En ja hoor, het "Discovery Café" was een leuk ingericht restaurant/Café met een terras. Buiten of binnen waren beiden mogelijk, natuurlijk was het weer de raadsheer die bepaalde waar je zat. Ik plofte voldaan neer en zonder op de menukaart te kijken bestelde ik een grote koude Tijger Bier. En die smaakte! De menukaart was niet de meest uitgebreide maar wat er op stond zou voldoende zijn om de ergste honger te stillen. Gebakken groente met Nasi Goreng en nog een tweede bier waren een uitstekende maaltijd. Maleisië is zeker niet duur om te verblijven en te eten, drinken is een ander verhaal. Toch smaken die biertjes heerlijk na een zware dag reizen.

zondag 6 maart 2005

Singapore, lekker eten en drinken

Singapore, 07/03/2005

Alweer de laatste dag in Singapore. Ik was nog steeds lui en natuurlijk werd er weer uitgeslapen. Geen enkele keer was ik op tijd opgestaan voor het ontbijt bij de Indiër. Volgende keer dan maar weer.
Eindelijk begon ik me een beetje uitgerust te voelen. Het slapen, eten en drinken hadden mij goed gedaan. Ik had het nodig gehad. De rest van de dag bestond uit lekker niets doen gemengd met het nadenken over mijn volgende bestemming. Alles duidde er op dat het Melaka zou worden. Het was tenslotte vijf jaar geleden dat ik daar voor het laatst geweest was. Bij hoge uitzondering nam ik een biertje op het terras achter de Funan IT tower. Ik las de gebruiksaanwijzing van mijn nieuwe speeltje door. Een oranje mp3 speler. Ik had uiteindelijk toch toegegeven aan de drang om zo'n ding te kopen. Erg wijs. vooral de radio vond ik aantrekkelijk.
Langzaam ging de zon onder en ik begon mij langzaam een beetje tipsy te voelen. Ik genoot van wat er allemaal om mij heen gebeurde. Op de terugweg naar het hotel toen ik mijn favoriete foodcourt passeerde had ik eindelijk de kans om even naar het toilet te gaan. Eenmaal opgelucht en terug in de airconditioning besloot ik ook hier nog een biertje te nemen. Een laatste biertje in de foodcourt, de sfeer van Singapore opsnuivend. Het werden er uiteindelijk twee. Het biermeisje, een Chinese in de veertig, probeerde mij met veel enthousiasme aan het "Royal Dutch" bier te krijgen. Een inspectie van het etiket deed mij vermoeden dat het bij de "Drie hoefijzers" in Breda wordt gebrouwen. Ik bleef bij het vertrouwde "Tiger Beer".
Drie grote flessen is gelijk aan zes kleintjes. De tijd was ondertussen al zo ver dat ik geen zin had om naar het hotel te gaan om mijzelf op te frissen. Het werd weer van hetzelfde en als einde van de avond een biertje op het terras. Mijn laatste avondmaal zou weer Indiaas zijn en tegen de tijd dat ik mijn laatste hap rijst met curry had weggespoeld was ik zo voldaan als een baby. Een beetje aangeschoten ging ik naar bed. Morgen op weg naar Maleisië!

zaterdag 5 maart 2005

Singapore, Het F1 seizoen is begonnen

Singapore, 06/03/2005

Ik wist dat de uitzending van de Formule 1 in Australië om elf uur zou beginnen. Het voorprogramma begon om tien uur en dus stond de wekker op negen uur. Met een welgemikte klap vloog de wekker om een paar minuten over negen door de kamer. Het gordijn werd geopend en de ogen opnieuw gesloten. Nog even liggen!
Om kwart voor tien wierp ik een tweede blik op mijn trouwe wekker. "Het voorprogramma haal ik toch niet meer", dacht ik. Nog even liggen. Om kwart over tien schoot ik weer wakker uit een absurde droom.
"De race gaat ook zonder mij wel door", ging er door mijn hoofd.
Nog vijftien minuten later besloot ik om zelf maar tegen de klok te gaan racen om de start alsnog te halen. Een snelle douche, ik was nog steeds moe maar de warme waterstralen deden me goed. Even stevig doorstappen naar de Metro en ik had geluk, de trein arriveerde precies op hetzelfde moment als ik van de roltrap afstapte.
Het "Clarck Quay station" kon ik bereiken zonder over te stappen. Het "Raffles Place station" was dichterbij, maar dan moest ik wel overstappen! Op het laatste moment besloot ik voor de eerste optie. Eenmaal aangekomen bij de rivier keek ik op mijn horloge en ik had iets minder dan tien minuten om bij de kroeg te komen. En ik was precies op tijd! De wagens kwamen net aangerold op de grid en binnen minder dan dertig seconden zou het spektakel beginnen.
Toen ik mijn positie had ingenomen kon ik mijn ogen niet geloven dat er geen enkele Ferrarie vooraan stond. Het nieuws had gisteren toch duidelijk gezegd dat Michael Schumacher het snelste was geweest?! Nou het mocht de pret niet drukken. Wat wel de pret drukte was het onaangename gevoel in mijn darmen. Normaal stond mijn hoofd wel naar een Engels ontbijt maar verder dan twee koppen koffie en een Coke Light kwam ik niet in de twee uur die de race ongeveer duurde. Ik realiseerde mij wel degelijk dat ik moest gaan eten. Maar wat?
Helaas liet ik mij verleiden tot fastfood. In een stad die de culinaire hoofdstad van zuidoost Azië wordt genoemd nam ik een Big Mac met patat. Schande! Maar ja, ik weet op zo'n moment wel wat goed voor mij is. Ik hing nog wat rond en besloot om wat te gaan rusten. Vanavond zou ik nog even naar Chinatown gaan.
Na mijn schoonheidsslaapje slenterde ik weer richting het centrum. Mijn darmen waren een stuk rustiger en ik had zelfs trek. Snel gestopt bij één van de vele foodcourts en een kip met zwarte peper en rijst naar binnen gewerkt. Zonder het vanzelfsprekende biertje. Mijn hoofd stond niet naar drinken. Het alleen op pad zijn begon te werken. Het is als een kuur. Je begint er gemakkelijk aan maar des te verder je komt hoe moeilijker het wordt. En nu begon de eenzaamheid aan mij te knagen. Ik vond het wel lekker om alleen te zijn maar af en toe gezelschap is ook fijn.
Dus China town maar in. Met een grote omweg wel te verstaan. Ik liep nu even de hele rivier langs. Veel gebeurde er niet. Het was al na negen uur en de meeste winkels waren al gesloten. Het was zelfs rustig. Ik dwaalde wat door de smalle verlaten straatjes en zocht naar bekende aanknopingspunten uit het verleden. Ik zag er maar weinig. Ook hier staat de tijd niet stil.
Nadat ik besloten had om huiswaarts te keren ging ik richting de wolkenkrabbers. Dan was ik weer op bekend terrein. Even speelde ik met het idee om nog een biertje te drinken maar de pub was zo leeg dat het mij geen goed idee leek. Ik hou er niet van om in mijn eentje bier te drinken in een lege bar. Dus maar naar huis. Rustig aan en alles in mij opnemend.
Mijn aandacht werd getrokken door luide muziek, trommels en bekkens. Het hoge zingen in de verte. Ik ging in de richting van de muziek en belande op een Chinees feest. Vanmiddag had ik al enkele deelnemers gezien! Veel lawaai makend achterop open vrachtwagentjes. Ik kon de borden natuurlijk niet lezen maar nu begreep ik waarom het ging. Er was een wedstrijd draken dansen, compleet met de held die met een groot zwaard (van plastic) de draak te lijf gaat en hem uiteindelijk verslaat. Gefascineerd sloeg ik het geheel gade. Ik was jammer genoeg net te laat. De laatste draak werd geslacht en het eten was al op. Met zulke dingen moet je nu eenmaal een beetje geluk hebben. Ook de Chinese Opera werd goed bekeken. Een honderd oudjes volgde met een glimlach de verrichtingen van de operazangers.
De mensen die naar huis gingen staken nog wat wierrook aan en bidden tot de goden en de Buddha. Dat was nou net wat ik niet begreep. Een Chinese Buddha (met zo'n dikke buik) had ik natuurlijk verwacht. Ook de demonen die alles bewaken met hun enge grimas waren van de partij, deze keer zelfs op paarden om de snelste kwaadaardige geesten sneller af te zijn. Maar waar kwam die Thaise Buddha vandaan? En wat was het doel van die god met de vier gezichten? Nadenkend over het eventuele antwoord ging ik richting mijn hotel. Een tonijn sandwich en dan slapen. Morgen de laatste dag.

Singapore, weer terug in Singapore

Singapore, 05/03/2005

Ik was voor de afwisseling op de eerste dag maar eens lang blijven liggen. Mijn frequente bezoeken aan Singapore hadden de lijst met bezienswaardigheden al aardig ingekort en om eerlijk te zijn had ik niet echt zin om iets te doen. Ik was hier tenslotte om te rusten.
Fris werd ik wakker en het eerste wat ik deed was de tv aan om naar het nieuws te kijken. Singapore News eerst en gevolgd door het World News.
Een paar dingen vielen mij meteen op. Het ging niet zo best met de economie van Singapore. Daarom moest iedereen de armen weer uit de mouwen steken. Er werd speciaal beroep gedaan op de ouderen en de vrouwen. Een ander verontrustend punt was dat de jeugd geen zin meer had om zich te verdiepen in de techniek. Een drijfveer waarmee Singapore een vooraanstaande positie had veroverd in de wereld. Mr. Lee zou ook nu weer kordaat optreden en de economie uit het slop trekken. Hij riep iedereen op om zijn best te doen en vlijtig en toegewijd te zijn. In Nederland zou dit niet werken maar in Singapore wordt hier meteen gehoor aan gegeven. Het land zorgt goed voor ons dus zorgen wij goed voor ons land.
Het normale ontbijt bij het Indiase restaurant om de hoek was door het uitslapen erbij ingeschoten. Te voet begaf ik mij naar het “Funan IT tower” winkelcentrum om wat bij de Délifrance wat te eten. Tijdens mijn wandeltocht realiseerde ik hoe voorspelbaar alles in Singapore voor mij was geworden. Ondertussen begon ik over andere dingen na te denken.
Wat wilde ik deze drie dagen gaan doen?
Waar zou ik heengaan na deze drie dagen?
Op beide vragen kon ik maar geen antwoord vinden en ook het ontbijt bij Délifrance voegde niets toe aan een antwoord. Dus werd het wel heerlijk slenteren.
Ik keek verheerlijkt naar de nieuwe MiniMac. Droomde over een nieuwe laptop computer en camera en daar bleef het dan ook maar bij. De financiële middelen waren schaars en dus moest ik mij maar aanpassen. We zouden later dit jaar wel zien.
Een oninteressante zaterdag middag eindigde met een schoonheidsslaapje en een verfrissende douche. Vanavond was het dus voetbal avond in de "Penny Black" pub. Een paar bier en wat minder interessante gesprekken. Mijn vermoeidheid speelde ook nog parten en tegen mijn geloof in zat ik om één uur al in de taxi richting het hotel. Opnieuw slapen!

vrijdag 4 maart 2005

Singapore, Gemengde gevoelens

Singapore, 04/03/2005

Voor de verandering was ik deze keer zo fit als een hoentje toen de taxi, ruim op tijd, voor mijn nieuwe huis verscheen. Soms kunnen ze hun eigen kont nog niet vinden maar deze keer wist hij precies waar ik woonde. Ik had er echt naar uit gezien om deze keer op pad te gaan. Ik was moe, niet gewoon moe, maar doodmoe. De koop van mijn huis met de bijbehorende verbouwing had alle energie uit mijn lichaam gezogen. Ik moest nu gewoon weer opladen. En dat zou ik dan ook gaan doen.
De vlucht verliep vlekkeloos, nou ja, ongeveer drie kwartier vertraging. Het enige dat anders zou zijn tijdens mijn bezoek in Singapore was mijn hotel. Even geprobeerd een reservering te maken bij mijn vertrouwde hotel, maar helaas was er geen plaats. Misschien? Kom maar langs? Nee, met deze worden nog echoënd in mijn hoofd maakte ik een reservering in een ander hotel. Zelfde buurt, ietsje duurder. Nou dat moet dan maar. Soms moet je niet op een kwartje kijken. (Een gezegde in het oud nederlands, toen we nog guldens hadden.)
Ik was opstandig en aan een beetje verandering toe, besloot ik tijdens mijn rit in de metro van de luchthaven naar de stad. Ik zou uitstappen op het "Lavender Station" en vandaar een taxi nemen naar mijn nieuwe hotel. Mede met een oog op het feit dat ik ruim een uur later was dan afgesproken.
Na tien minuten had ik nog steeds geen taxi zodat ik met mijn totale 20 kilo maar ging lopen. Het verbaasde mij dat het "Lavender Station" zo dicht bij het hotel lag! Maar wat mij nog meer verbaasde was dat mijn nieuwe hotel waar ik nu een reservering had naast mijn oude hotel lag. Nou ja naast, op de andere hoek van de straat. Het was nooit in mij opgekomen dat dat gebouw een hotel zou kunnen zijn. Ik had er tientallen malen vanuit mijn raam naar gekeken maar nooit eraan gedacht dat het ook een hotel was. Ik was er ook niet naar op zoek geweest.
Het hotel was een lichte openbaring. 95% van de kamers heeft een raam. Een beetje, S$ 10,-, duurder maar daarvoor had ik wel een koelkast en een ietsje betere douche. Een mooie lichte kamer op de zesde verdieping. Na een verfrissende opknapbeurt en de verplichte twee anti-poep pillen ging ik om ongeveer half acht de stad in.
Even snel een Indiase maaltijd, een paar bier en dan naar bed.

donderdag 3 maart 2005

Singapore/Maleisië

Singapore/Maleisië 2005

Een jaar verder en weer op weg naar Singapore. Ik heb geen enkele verwachting meer. Drie maanden geleden was ik ook al hier. Deze keer een lang weekend met een goede vriend voor mijn visa run. Nu ik me weer in het vliegtuig bevindt op weg naar deze westerse oase in Azië voel ik me gevleid dat de hoofdpurser mij hallo zegt. Ja inderdaad, ik ben het weer.

Maleisië gaat deze keer waarschijnlijk langs de westkust omhoog. Via Melaka en misschien nog een tweede tussenstation naar Kuala Lumpur. Ik ben aan rust toe, na de laatste drie hektische maanden. Dan de formule 1 grand prix. Toch weer een hoogtepunt in dit jaar.

Copyright/Disclaimer