donderdag 16 februari 2012

Maleisië: Slapen op een snelweg

Gua Musang, My Home Hotel (201)

Het is alweer een hele tijd geleden dat ik in een hotel heb geslepen waar ik nooit meer zou willen terugkeren of niet zou aanbevelen aan anderen. Maar helaas is "My Home Hotel Gua Musang" er zo één.
'Waarom?'
De mensen zijn vriendelijk de kamer is redelijk voor de prijs, de ligging ten opzichte van het openbaar vervoer gaat nog maar de autosnelweg voor de deur is het probleem. Wij slapen dus in de "Superior met window", helaas is dat window het probleem van al het lawaai. Het lawaai is zo luid dat je het idee hebt dat de auto's en vrachtwagens door je kamer heen rijden. Ook de oordoppen gaven weinig verlichting. De trillingen vonden hun weg door de grond van het asfalt, vijftig meter verderop, naar het frame van ons bed. Het is nog maar één nachtje dus dat overleven we wel.
Terug naar Gua Musang! Het is niet de meest interessante plaats in Maleisië en dat is niet zo vreemd ook. Het is een klein slaperig stadje waar het meeste geld is verdiend met de kap van duur hardhout. Heel lang was de enige vorm van transport naar en van Gua Musang te komen de trein. De Britten die hier het spoorwegnet hebben aangelegd zagen al vroeg de potentiële winsten van de handel in het hardhout. Maar het was en bleef heel lang een nederzetting afgesloten van de buitenwereld door de oerwouden van Maleisië. Nu de autosnelweg van Ipoh naar Gua Musang is aangelegd. Komt er iets meer verkeer deze kant op maar het is nog steeds een plaatsje waar je weinig toeristen tegenkomt.

We moesten toch wat ondernemen deze dag en de eerste wandeling was een pad wat ik op Google Earth had gezien. Geen officiële weg maar een modderweg door palmolie plantages aan de rand van Gua Musang. Aan het begin van het pad stond er een groot bord dat er ook een hindoe tempel op de plantage stond. En dat werd natuurlijk ons doel.

We spraken over uiteenlopende zaken en het gesprek werd steeds serieuzer. Het wordt nu echt tijd dat we met elkaar bespreken hoe we over de toekomst denken. Ook tijdens de lunch ging het gesprek verder en het werd steeds positiever.

Met een korte tussenstop in het hotel om wat spullen op te pikken gingen we op pad voor de twee bezienswaardigheden die redelijk dicht bij Gua Musang liggen. De eerste, de Guanyin Temple in Kampung Pulai, lag op ongeveer elf kilometer van het hotel en zonder dat aan Lyka te melden gingen we op de tempel aan.
Lyka was verrast toen ik na een kilometer of twee een auto aanhield op de naar het dorp. Een kleine Maleisiër in een Perodua Kecil bood ons de rit aan. Lyka schoot voorin en ik achterin de kleine auto. Ik voelde meteen aan dat dit niet gratis was maar dat maakte me weinig uit. Ook het gesprek ging richting de fooi voor de lift en ik had al een bedrag in mijn gedachten. Benzine is namelijk goedkoop vergeleken met Nederland maar toch duur voor de lokale bevolking.
'Ten Ringggit', zei de kleine man resoluut en dat was ook het bedrag dat ik in mijn gedachten had.

De tempel schijnt meer dan vierhonderd jaar oud te zijn maar daar was weinig van terug te zien. Het was een leuke invulling van de dag en de omgeving heeft zeker een positieve invloed op de belevenis. Maar ik denk niet dat de tempel op de UNESCO erfgoedlijst zal komen.

Vanaf de tempel kregen we al snel een nieuwe lift van een opzichter van een rubber plantage. De man sprak goed en heel zacht Engels. Hij dropte ons precies af aan het begin van de weg naar de tweede toeristische attractie van vandaag. Een grot met de exotische naam "Gua Madu".

En dat werd een flinke wandeling! De omgeving met de "kalksteen bergen" en groene jungle maakte het tot een aangename middag. Maar toen we eindelijk bij de grot waren aangekomen vonden we het eigenlijk wel prima zo. De aanblik van een verroeste ijzeren ladder die ons naar de ingang moest brengen bracht me meteen op andere gedachten.
'Een grot is een gat in een berg!', en die zijn er voldoende op de wereld.

Terug kregen we nog één lift naar de hoofdweg en daar konden we het mee doen. Het was nog een kleine drie kilometer naar het hotel en die werden in stilte afgelegd om zoveel mogelijk energie te sparen. We gebruikten de laatste restjes van onze energie om weer terug naar het hotel te komen. Het laatste stuk "vals plat" zoog ons echt tot op de bodem leeg en toen we eenmaal voor de deur van het hotel stonden verlangden we allebei naar een koud flesje 100+.
Het was een mooie dag geweest in Gua Musang geweest die we ons waarschijnlijk niet lang meer zullen herinneren.
Het avondeten daartegen zullen we niet snel vergeten! Het restaurant "Restoran Onn Kee' wat we gisteren niet konden vinden liepen we nu per ongeluk binnen. Gemarineerd varkensvlees met gebakken taugé. En drie flessen Carlsberg bier! Ik had best wel nog een fles op de kamer willen drinken maar de 7-11 in Kelantan is ook halal. Ze mogen geen bier verkopen! Dus dan nog maar een bakske koffie voor het slapen gaan!

Gua Musang is een herinnering op een oneindige lijst van plaatsen die ik heb bezocht. Aangenaam en anders, echt Maleis. Morgen gaan we weer richting de bewoonde wereld.
Copyright/Disclaimer