Ipoh, Shangg Hotel (201)
Het was vandaag zowel een vreemde als een opwindende dag vandaag. Om zeven uur draaide ik me nog een keer om maar om acht uur kwam ik dus wel in beweging. De geur van de koffie maakte Lyka ook wakker en zowaar om iets voor half negen zaten we met een kop koffie en een krentenboterham met kaas achter de laptop om ieder zijn interesses te bevredigen.
Er was nog steeds geen antwoord van de ambassade over Lyka's visum en Lyka controleerde het wel en wee van haar Facebook vrienden. Hoewel we niets hadden afgesproken stapten we fris onder de douche vandaan in de warme ochtendlucht van Ipoh. De zon brandde aan een stralend blauwe lucht.
Ik had wel een beetje een idee wat we vandaag zouden kunnen doen en dat was zeker niet erg opwindend. We zouden via de Taj Mahal van Ipoh, het enorme indrukwekkende treinstation, naar het Perak Museum kunnen gaan. Lyka vond het prima en sprintte opnieuw van schaduw naar schaduw om zo min mogelijk zon op te vangen. Maar wel zonder te klagen deze keer!
Bij aankomst bij het treinstation was er meteen een tegenvaller. Het plein voor het station, en dat was volgens mijn herinneringen vroeger een lelijke parkeerplaats, was geheel opgebroken en afgezet met kobaltblauwe staalplaten. Niet zo'n heel fraai gezicht! Ik probeerde voor de goede orde toch maar een plaatje te schieten.
Binnen in de vertrekhal was het redelijk druk. Tegenwoordig rijden er sneltreinen tussen KL Sentral en Ipoh. Hoewel de prijs aardig wat hoger ligt dan een buskaartje schijnt de trein toch een succes te zijn. Ik keek op het bord met de vertrektijden omdat wij er ook nog niet helemaal zeker van zijn wat onze volgende bestemming is. Ik haalde de iPad tevoorschijn, ik heb hier nu de Lonely Planet op staan in PDF-formaat, en keek naar de informatie om verder vanuit Ipoh te reizen.
Mijn oog viel op een stukje tekst over "Kellie's Castle", een imposant bouwwerk dat nooit is afmaakt. Het was de droom van een rijke rubberplantage eigenaar "William Kellie Smith". Omdat het redelijk moeilijk te bereiken is met het openbaar vervoer slaan veel toeristen zonder eigen vervoer deze ruïne, als ik het zo oneerbiedig mag noemen, over.
Lyka stemde meteen met mijn plan in om naar deze bijzondere plaats te gaan. Het lokale busstation met goede verbindingen naar bijvoorbeeld "de Cameron Highlands", Taiping en Kuala Kangsar ligt binnen loopafstand van ons hotel. En dat is natuurlijk een pluspunt!
De busreis is op zich al een avontuur. Gekleurde mannen en vrouwen komen aan boord van de bus met manden en tassen vol met groenten en andere zaken. De markt is hier nog steeds veel belangrijker dan de winkels. In een plaatsje genaamd "Batu Gajah" werden we door de donkere Tamil chauffeur de bus uit gestuurd.
'Wait here for bus to Kellie's Castle!', een brede glimlach liet een rij witte tanden onder zijn zwarte borstelige snor zien. In een dikke zwarte roetwolk van onverbrande diesel verdween de bus weer in het verkeer. We gingen op een betegelde bank zitten in de schaduw van het wachthuisje. Lang hoefden we niet te wachten! Een andere oude krakkemikkige bus verscheen en ook deze werd bestuurd door een man vanwaar zijn afkomt in een ver vreemd land lag.
Hij keek ons vreemd aan toen ik riep, 'Kellie's Castle?'
Met een gracieuze handbeweging, als van een dirigent, wuifde hij naar ons om aan boord van de bus te komen. We zaten nog niet op onze plaatsen of een Chinees met dikke jampot brillenglazen stond bij ons om de kaartjes af te rekenen. RM 3,60 voor deze rit en RM 4,80 voor de eerste etappe. RM 8,40 (€ 2,11) voor twee personen enkele reis, een koopje.
Kellie's Castle ligt zoals verwacht in het midden van niets. Maar ze zijn hier slim genoeg om tegenover de ingang naar het landgoed een bushalte te maken. Terwijl we uitstapten riep de chauffeur ons de vertrektijden voor de terugweg na.
'Ten past one, ten past two, ….', en de rest hoorde ik niet meer omdat ik dat wel kon raden.
Kellie's Castle is al vanaf een afstand indrukwekkend. Een enorm landhuis in Indiase Mogul stijl dat op een heuvel is gebouwd. Terwijl ik de foto's nam dacht ik na over de rijkdommen die hier in het verleden zijn vergaard maar ook weer verspeeld. De macht van de witte Raj en verkapte slavernij van de lokale bevolking. Britse Imperialisme op zijn best. Helaas heeft "William Kellie Smith" zijn kasteel nooit voltooid! Hij bezweek in 1926 aan een longontsteking in Lissabon toen hij op weg was naar Engeland om een kooilift op te halen voor zijn kasteel. Het zou de eerste personenlift in Maleisië, en misschien wel in Zuid-oost Azië zijn geweest.
Achter het kasteel staan nog overblijfselen van het eerste huis van "William Kellie Smith". Helaas is dit tijdens de 2e wereldoorlog zwaar beschadigt. De Japanners namen tijdens hun bezet van Maleisië bijna elk groot en imposant gebouw in beslag en waren dus meteen een doelwit voor de verslagen Britten en hun verzetsmensen. Veel meer kan ik over het kasteel niet vertellen dus ik laat de foto's maar voor zich spreken.
Nadat we onafgebouwde kasteel hadden bezichtigd gingen we te voet naar een Hindoe tempel die een vijfhonderd meter verderop langs de weg ligt. "William Kellie Smith" heeft deze tempel voor zijn Indiase bouwvakkers laten bouwen toen een mysterieuze ziekte het legertje bouwvakkers flink uitdunde. Er is hier weinig te zien dus vanaf de weg keken we enkele luttele seconden totdat we de luchtremmen van een zwaar voertuig achter ons hoorden sissen.
Ik keek verschrikt om en keek recht in de ogen van dezelfde chauffeur die ons ruim een uur geleden hier had afgezet. Hij keek triomfantelijk en lachte ons tegemoet. Ik weet zeker dat hij vanavond bij het avondeten wel wat aan zijn tafelgenoten te vertellen heeft.
We stapten bij hetzelfde kleine busstationnetje uit en een korte blik op mijn horloge vertelde me dat het tijd was om wat te eten. En erg ver hoefden we niet te lopen. Direct naast de bushalte was een overkapping met daaronder een stuk of acht restaurants. Het gebruikelijke assortiment Maleisische gerechten stond er uitgestald en het duurde niet lang of we zaten achter een bord met rijst, kip, groenten en een stuk vis. Het klinkt misschien vreemd in de oren maar alles wat je hier op je bord krijgt is koud. Nou ja lauw, als je bij vierendertig graden Celsius over koud kan praten. Ik weet ook niet waarom dat nu is maar ik denk dat het met het schiften van de kokosmelk heeft te maken. Als de tijd rijp is en ik heb het minder druk dan zal ik dat eens nader gaan onderzoeken.
Na het eten moesten we dus weer naar Ipoh en dat was moeilijker dan we hadden verwacht. We werden steeds van het kastje naar de muur gestuurd en na vier verschillende aanwijzingen van vier verschillende mensen wisten wij het dus ook niet meer. Maar bij die laatste aanwijzing was toch wat logica aanwezig! Ik keek in de richting waar de jonge Maleisiër wees en er stonden al een paar mensen te wachten. Mijn korte vraag werd bevestigend beantwoord. We waren dus op de juiste plaats.
Er was vanavond financiële ruimte om eens serieus te gaan eten.
Oh ja, ik was vergeten te vertellen dat mijn bankpas niet meer werkt. Zo plotseling uit het niets. Net als toen we drie maanden geleden in Maleisië waren. Een heel vreemde en zeker vervelende situatie! En ik maar denken hoe dat nu kon. Na lang nadenken kwam ik tot de conclusie dat de magnetische kaart van de hotelkamer die ik naast de bankpas in mijn notitieboekje bewaar wel eens de boosdoener zou kunnen zijn. Het was een prima antwoord op mijn probleem maar een email naar de Rabobank in Zaltbommel gaf een simpeler antwoord. De pas was vervallen omdat er drie maanden geleden een nieuwe pas was aangevraagd. En die pas had ik natuurlijk niet in mijn bezit! Na een paar keer heen en weer te hebben gemaild wordt er nu een nieuwe pas naar mijn hotel in Malacca gestuurd die daar moet liggen wanneer wij er over twee weken aankomen. En in die twee weken moeten we het dus doen met het weinige geld dat ik bij me heb.
En wel bij een wereldberoemd, in Maleisië dan, restaurant. Bij het "Onn Kee Restaurant" kan je de beste Taugé Ajam van Ipoh eten. Een lokale lekkernij met natuurlijk een geheim recept.
En het was heerijk! We spoelden de kip, taugé, rijst en rijstnoedels weg met twee grote flessen Carlsbergh bier. Er blies een verfrissend windtje over het openlucht terras. Het was een prachtige afsluiting van een heerlijke dag voor RM 46,50 (€ 11,66).