maandag 13 juni 2016

Schotland: Wandeling 30 in Dunaskin

Saltcoats (Sandylands Caravan Park)

Ik ben nog steeds verbaasd over de dronkemanskunsten van de Schotse medecamperaars gisteren. Maar ook deze vroege ochtend begint het weer verrassend, de eigenaar, de bewoner òf misschien wel beiden, van de camper voor ons is ook op het toneel verschenen. Om een uur of half parkeert hij een oude auto achter de camper. Hij verplaatst zijn overgewicht van de auto naar de camper en niet veel later spettert er schuimend afvalwater onder zijn camper. Onderweg naar de vuilnisbak op de boulevard van Ayr werp ik een blik in zijn auto die er vanbinnen uitziet als een vuilniswagen die net een container bierblikjes heeft geleegd. Ik weet ècht niet wat ik van die Schotse camperaars moet denken!
Nog voor het ontbijt vertrekken we om te gaan wandelen. Uit het boekje “100 Walks in Scotland” van de AA, heb ik wandeling 30 gekozen die niet al te ver van onze geplande route ligt. Natuurlijk kunnen we doen wat we willen maar een kleine zijstap is vanzelfsprekend ook toegestaan. We zijn tenslotte vrij om te doen wat we willen.
Aan de start van de wandeling naast een oude spoorlijn eten we volkorenbrood met ham en Leerdammer. Ik mis wat! Bij de volgende boodschappen koop ik Engelse mosterd! Lyka voelt zich niet goed dus ga ik alleen op pad. De complete uitrusting gaat mee want het weer zit al niet mee en kan in dit gebied ook zeer snel omslaan. Het boekje praat over 6400 meter en 3 uur, ik ben op alles voorbereid!

Het begin is inspirerend maar tegelijk ook beangstigend. Een smal pad door een donker bos en dan sta je plotseling onbeschermd op de open heide. Je wil natuurlijk niet in je eentje op de heuvel of in de bossen in de problemen komen! Gelukkig heb je tegenwoordig mobile telefoons maar het is maar de vraag of je bereik hebt. Voorzichtigheid is altijd geboden en elke stap weloverwogen. Ik geniet van de omgeving en de wilde natuur die zich om me heen ontvouwd.

En dan verschijnt er op de kale heide uit het niets een monument omgeven door een smeedijzeren hek. Ik hoef me niet af te vragen waar het voor is. WW 1 wordt hier de grote oorlog genoemd. Een wereldoorlog die aan Nederland voorbij is gegleden met uitzondering van de vluchtelingencrisis in de zuidelijk provincies.

Van het mijnwerkersdorp op de top van de heuvel naast het donkere bos is weinig meer over dan een betonnen monument dat herinnert aan de mijnbouw in deze heuvels. 103 jaar ploeterden de mijnwerkers om de eigenaren van de mijnen rijk te maken. Zelf hadden ze niets meer dan een warme maaltijd per dag en teveel kinderen. En dan gaan we bergafwaarts! Stapje voor stapje en dan wordt het boekje een beetje zweverig! Het boekje praat over een (faint) pad.

Mijn ogen speuren over de weiden voor me en ik kan ècht geen pad ontdekken. Het groepje bomen naast de ruïne is wel duidelijk aan de horizon te herkennen dus we gaan die kant op. Dan is alles hetzelfde en de met moeite gemaakte afdaling over de ongelijke modderige bodem door het hoge natte gras moet opnieuw worden genomen, alleen nu heet het een beklimming. De koude thee in mijn onbreekbare literfles schuimt van mijn bewegingen. Nog een slok om niet uit te drogen. Ik voel het katoenen overhemd aan mijn lichaam kleven. De fleece en windvanger houden me warm.
Ik ben het pad kwijt maar ik ben niet verdwaalt! Met gezond verstand volg ik een prikkeldraad hek totdat ik bij een echt pad kom. Dit pas leid tot een huis waar twee enorme  manshoge hondenkooien op het erf staan. Doorlopen dus! En dan komt de lijn van waar ik me nu bevind op mijn GPS samen met de lijn van de heenweg en ik ben weer op het juiste pad. Linksaf en terug naar Lyka en de camper.
Twee uur en twintig minuten, ik kan daar mee leven maar de 8600 meter geven aan dat ik toch wel een flinke omweg heb gemaakt. Mijn schoenen zijn door en door nat van de miezer regen die is neergeslagen op het hoge gras en de heide. Ik ben moe en voldaan, een bakkie koffie en dan verder naar de lunch en een hete douche.
Op de terugweg naar Ayr is er een ongeval gebeurd die al het verkeer muurvast zet. In de verte knipperen velen blauwe zwaalichten. Na een kwartier wachten draaien we om en rijden over smalle landwegen richting de supermarkten waar we nog even wat brood en Engelse mosterd willen kopen. De tijd gaat snel en de regen is ook gearriveerd.
Dikke vette druppels dansen op de straat wanneer we in Irvine langs de standweg goulashsoep eten van onze Nederlandse grootgrutter. Het smaakt mij zeer goed na de wandeling van vanochtend. Het is fris buiten en dat maakt de soep extra verwarmend.
Uiteindelijk vinden we een enorme camping vol met “holiday homes”, zeg maar stacaravans, en kunnen we voor slechts € 20,- een nachtje blijven en lekker douchen.

Rijst met groenten en varkensvlees in zwarte pepersaus als avondeten doet mijn vermoeide lichaam goed. Na twee wijntjes beginnen mijn spieren te gloeien en mijn ogen dicht te vallen. “Rise of the Planet of the Apes (2011)” kan daar weinig aan doen want het is een onderhoudende film.
Een half uur vroeger dan gewoonlijk gaan we naar bed. Plannen voor morgen heb ik nog niet gemaakt maar een korte blik op de kaart onthult zeer weinig bezienswaardigheden. We zien morgenvroeg dus wel. Mijn natte schoenen staan voorin de cabine, buiten tikken een duizend snavels op het dak en binnen voelt het vochtig aan. Welterusten.
Copyright/Disclaimer