Het is niet zo erg als de titel je wilt doen geloven. Maar toch was er wat aan de hand! Gisteren tijdens het gesprek gisterenavond had Adrian verteld dat de Candi Borobudur maar gedeeltelijk te bezichtigen was. Het bovenste platform met de bellen met de Boeddha’s er in was nog afgesloten wegens het schoonmaken. Het fijne stof van de as die de Merapi tijdens haar laatste uitbarsting op de tempel had doen neerdalen was hardnekkig in alle gaten en kieren gekropen. Ik had het niet kunnen controleren want om de één of andere mysterieuze reden werkten onze internet-sticks niet!
Wij hoefden dus niet te wachten tot de wekker afliep want het guesthouse ligt aan een drukke verbindingsweg en ook ‘s nachts reden de zware vrachtwagens af en aan. Tel daarbij ook de hier in Borobudur overijverige zangers van de moskee om 04:41 en dan weet je wel hoe laat het is.
Wij waren dus vroeg op en ik had zelfs tijd voor een kop koffie terwijl Lyka nog tegen het ochtendgloren vocht. Ze was niet snel vanochtend maar als ze mee wilde dan moest ze toch wel vaart maken want ik wilde niets van het zachte ochtendlicht missen.
Beneden aangekomen was het nog rustig en ik twijfelde voor een moment of ik Adrian nog zou proberen te wekken. Maar ik wist niet waar hij sliep en het werd al laat dus we moesten op pad. Ik was verbaasd door de drukte op dit moment van de dag. Tientallen bussen met honderden passagiers waren al druk in de weer om richting de tempel te gaan. Ik had hier slechte gedachten bij en zag de rust van de ochtend al helemaal verstoord.
Adrian stond al voor de deur terwijl ze aan de andere zijde van het glas druk bezig waren om alles in gereedheid te brengen voor een dag toeristen afknijpen. Ik heb het al vaker op mijn weblog vermeld en af en toe blijf ik het vermelden want ik vindt die twee verschillende prijzen helemaal fout! Een backpacker uit de “rest van de wereld” betaald dertien keer zoveel dan een miljonair uit Jakarta!
Ik betaalde zonder tegen te stribbelen de Rp. 135.000 (€ 11,14) per persoon en dacht aan de toegangsprijzen in Europa. Het viel dus allemaal wel mee maar in principe is het fout!
Tja, de Candi Borobudur. Gewoon langzaam naar toe lopen, beklimmen en steeds een verdieping lager rustig je rondje maken en het hele complex absorberen. De tempel is van zo’n ongekende schoonheid dat er geen woorden kunnen worden bedacht om het te beschrijven.
Baba man (Holy man)
Binnen vijf minuten was ik Lyka kwijt en ik dacht dat ik haar tijdens mijn rondjes wel terug zou zien. En nee hoor! IK zag verschillende bezoekers, waarmee ik af en toe een praatje maakte, regelmatig terug maar van Lyka was er geen spoor te bekennen. Ik heb haar al eerder gewaarschuwd om niet zo maar bij me weg te lopen maar me goed in de gaten te houden en me zeker te laten weten wanneer ze ergens foto’s wilde maken. Ik liep nog twee keer over de basis en rond de tempel om de schaduwrijke plaatsen af te zoeken. Maar Lyka was en bleef onvindbaar!
In het guesthouse was het onweer! Lyka was al een uur terug en ik had geen enkele foto van haar in de tempel. En ik kon haar niet overreden om weer met me terug te gaan. Na een korte uitleg dat ze mij niet de schuld moest geven van haar eigen fouten draaide ze om als een blad aan de boom en we gingen voor de tweede keer naar de tempel.
Het personeel herkende ons en keek vreemd dat we alweer terug waren.
‘Ik heb diabetes en moest wat eten!’, gaf ik ze als uitleg.
Ze knikten gedwee en wij kregen opnieuw twee witte sarongs aangereikt die we maar omknoopten.
Foto’s van mijn meisje bij de Candi Borobudur.
Ontbijt en op pad naar Yogyakarta! We hadden voldoende tijd want ik verwachtte niet dat het Perwita Sari Hotel, of enig ander hotel, helemaal vol zou zitten. Drie jaar geleden was ik in Yogya met mijn maat Tettje en we hadden daar een goede tijd gehad. Maar ook in Indonesië gaat de tijd door en je moet maar afwachten of het hotel nog wel overeind staat.
De afstand was niet onoverbrugbaar en om eerlijk te zijn minder dan veertig kilometer. We stopten bij een busstation in het noorden van Yogya en daar was ik niet helemaal blij mee. Totdat de kaartverkoper in de bus me vertelde over een nieuwe dienst die “Trans Yogya” heet. Snelle bussen, maar nu wel gewoon op de openbare weg, net als in Jakarta. Bus 2A volgens de kenners. Op mijn GPS volgde ik het pad van de modernere bus, het was nog steeds niet je van het maar wel acceptabel, en we passeerden de Malioboro. Ik wist nog waar de McDonalds was en waar ik drie jaar geleden een nieuwe camera had gekocht omdat mijn oude het had begeven.
885 meter was de afstand tot het hotel en hier was ook de beloofde halte. Zonder ook maar één seconde na te denken liepen we zo naar het hotel dat er bij lag alsof ik het gisteren had verlaten. De prijs kon ik me niet meer herinneren maar voor de Rp. 150.000 (€ 12,23) per nacht inclusief ontbijt voor twee personen was het nog steeds een koopje. En ook nog gratis wifi én een zwembad op de koop toe!
Kamer 210 deze keer. Het matras was niet al te best maar Lyka wilde deze kamer, soms zijn vrouwen niet te beredeneren, en ik stemde daar maar mee in ondanks het dunne matras.
Na een beetje rusten, een beetje zwemmen en een beetje bieren gingen we op stap om te eten.
Ik herinnerde me het Via Via Restaurant als prijzig maar na het bestuderen van de kaart kon ik er nu best mee leven. Misschien was mijn budget nu beter en kon ik me wat meer veroorloven? We hadden trek als een paard en een goede maaltijd zou een prima afsluiting van deze dag zijn.
We hadden niet veel trek en een paar biertjes met wat experimenteel voedsel zou voldoen. De tomaat met Mozzarella was uitstekend en ook de Mezze voldeed aan mijn verwachtingen.
De rekening viel mee en we wisten dat we een goede tijd tegemoet gingen in Yogyakarta.