
Osaka (Cote House) 408), zondag 4 februari 2024
Onze tweede dag in Osaka begint voor mij ook om zeven uur. Ik voel me uitgeslapen en uitgerust. Gisterenavond heb ik ontdekt hoe de verwarming op onze kamer werkt en dat was eigenlijk veel gemakkelijker dan ik met mijn Nederlandse hoofd had kunnen bedenken. De verwarming is elektrisch en gaat gewoon met de de airconditioning. Die staat op 22 graden en in de zomer koelt de airconditioning af tot 22 graden en in de winter verwarmt de airconditioning tot 22 graden. Dat is toch een fantastisch systeem? Een Japanse versie van de warmtepomp. Beter dan de Polderlandse centrale verwarming die het hele huis warm houd, en daardoor veel belasting oplevert voor de overheid, en vandaag de dag nog veel meer dan gehoopt met 71 cent gasbelasting per kubieke meter aardgas? Milieu politiek? Laat maar! Nederland en Europa zijn reddeloos verloren. En links? Daar kom ik later wel een keer op terug vanuit het conservatieve Japan.



Ten eerste, het is natuurlijk Japan en dat is nu niet een vanzelfsprekend vakantieland voor de gemiddelde polderbewoner.
Ten tweede, wij verblijven voor het eerst 28 dagen op dezelfde plaats in een wereldstad met 2,75 miljoen inwoners.
Ten derde, alles wat we gaan ondernemen moet met militaire precisie worden voorbereid op dit onbekende terrein en met het onbekende en zeer ingewikkelde openbaar vervoer.
Ten vierde, we hebben afgesproken om regelmatig een rustdag, voor zover dat mogelijk is in dit bijzondere land, te nemen en op die dag dan zo weinig mogelijk te doen om onze zintuigen rust te geven.
Vandaag krijgt de toepassing voor de routes via Google Maps haar eerste test! De route voor vandaag is van mijn MacBook naar mijn iPhone gestuurd en goedgeluimd stappen we samen het hotel uit de frisse winterochtend in. Ik kijk op mijn iPhone en zie duidelijk waar we in Osaka staan en welke richting we moeten om naar ons eerste herkenningspunt voor vandaag te komen. De route gaat meestal via de brede hoofdstraten maar daar wijken we al snel van af want door de smalle straten zwerven is veel interessanter. Zo passeren we een klein “Shinto altaar” midden in een woonwijk.
Dat heeft wat meer uitleg nodig!
Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
Het shintoïsme (Japans: 神道) of shinto is de oorspronkelijke religie van Japan. Het woord is een combinatie van twee Chinese karakters (神道) en betekent "de weg der goden".
In het shintoïsme worden zogeheten Kami oftewel natuurgeesten aanbeden. Sommige kami zijn plaatselijk, dat wil zeggen de geesten die bij een bepaalde plek horen, terwijl anderen vereenzelvigd worden met grotere objecten en verschijnselen in de natuur. Amaterasu, bijvoorbeeld, is de Zonnegodin.
Het tweede wat opvalt aan het shintoïsme is de grote liefde en eerbied voor de natuur. Een waterval, de maan of slechts een apart gevormde steen kunnen voor een kami gehouden worden. Hetzelfde geldt voor charismatische personen en voor meer abstracte verschijnselen zoals groei en vruchtbaarheid. Geleidelijk aan werden de oorspronkelijk natuurgodsdienstige aspecten van het shintoïsme minder duidelijk en namen de kami meer antropomorfe (mensvormige) vormen aan, met daaraan gekoppeld vele mythen. De kami zijn echter geen transcendente godheden in de Westerse zin van het woord; hoewel goddelijk bewonen zij dezelfde wereld als wij.
Kami worden vooral vereerd in openbare heiligdommen, maar ook wel in kleine privéheiligdommen, die soms slechts bestaan uit een hoge plank met enkele rituele objecten. Sommige van deze heiligdommen zijn grote structuren oftewel jinja, maar de meeste zijn kleine gebouwen in de karakteristieke Japanse stijl. In vergelijking tot bijvoorbeeld het christendom met zijn imposante kathedralen, met dure materialen, zijn jinja vaak erg eenvoudige houten gebouwen. Het gaat ook niet zozeer om het gebouw, dat eigenlijk vooral een bepaalde plaats aangeeft. Jinja zijn meestal gebouwd op een verhoging en sommige zijn moeilijker te bereiken. Meestal wordt de toegang tot het terrein gemarkeerd door een typische Japanse torii-poort, die bestaat uit twee palen met daarbovenop twee dwarsbalken. Het geheel is vaak (vermiljoen) rood geschilderd. Er zijn meer dan 100.000 van deze heiligdommen in gebruik, elk bemand door enkele shintopriesters.

Ik hou er van om te kijken uit welke dagelijkse etenswaren de lokale bevolking kan kiezen om hun lichaam en geest te voeden en te reinigen. We kijken onze ogen uit en schrikken af en toe ook van de prijzen. Een galiameloen van ruim drieëntwintig euro doet je ogen wel even knipperen. Een ding weten we al zeker. We hebben hier zoveel lekkers gezien dat we deze supermarkt de komende weken wel vaker zullen bezoeken.








Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
De Mutsu (Japans: 陸奥) was het tweede en eveneens laatste slagschip in de Nagato-klasse gebouwd voor de keizerlijke Japanse vloot aan het einde van de Eerste Wereldoorlog. Het was vernoemd naar de gelijknamige Japanse provincie.
In 1923 heeft het schip hulpgoederen vervoerd voor de slachtoffers van de Grote Kanto aardbeving. Gedurende de periode tussen 1934 en 1936 is het gemoderniseerd met verbeteringen aan bepantsering en machinerie, ook werd de brug herbouwd in de pagodemast stijl.
De Mutsu heeft het grootste deel van de oorlog op de Stille Oceaan doorgebracht in training en heeft enkel deelgenomen aan de slag bij Midway en de slag bij de oostelijke Solomon eilanden. In begin 1943 keerde het terug naar Japan. Juni 1943 ontplofte het achterste magazijn. Dit zorgde voor het zinken van de Mutsu samen met het verlies van 1121 bemanningsleden en bezoekers. Het merendeel van het wrak werd na de oorlog gesloopt, maar een klein deel ligt nog steeds op de originele locatie.
In Japan is de tweede wereldoorlog nog steeds geen probleem en er is zeker geen schaamte om het Japanse oorlogsverleden. Ze zijn er zelfs enigszins trots op dat ze ervoor hebben gezorgd dat de westerse kolonialisten hun bezette gebieden/landen in zuidoost-Azië na de tweede wereldoorlog moesten opgeven en daardoor er onafhankelijke naties ontstonden. Ze hebben wel een punt? Ik weet zeker dat de “WOKE” beweging in Japan niet omarmd word.




Wanneer ik mezelf zo zie met mijn iPhone als belangrijkste camera moet ik nog steeds een glimlachen. Mijn twee jaar oude iPhone 13 Pro Max werkt bijna net zo goed als mijn twaalf jaar oude, en loodzware, Nikon D600. Ik zie maar weinig verschil in de gepubliceerde foto’s en jullie zien ook maar weinig verschil, dat is het enige dat telt! Ik ben nog steeds blij dat ik ben overgestapt en dat ik die zware Nikon camera niet meer hoef mee te zeulen.

Dat maakt het wandelen, en afwijken van de geplande route, heel eenvoudig. Het linksaf, rechtsaf wandelen door de smalle straten brengt je altijd naar de plaats van bestemming. Op een bankje in een park eten we wat in zon en kijken onze ogen uit. Een groepje jongens van rond de twaalf jaar loopt rond met grote doorzichtige plastic zakken en ruimt het weinige zwerfvuil op. Zeer therapeutisch omdat deze jongeren zelf haast zeker nooit afval op straat zullen gooien. Of dit een goed idee voor Nederlandse jeugd zou kunnen zijn? Ik denk het niet, de Nederlandse jeugd is volgens mij voor het grootste deel al verpest en verrot tot op het bot.
Onderweg passeren we een enorm evenementengebouw waar op 10 februari een groot Sumo worstel toernooi zal plaatsvinden. Mocht ik deze bijzondere sport nu al altijd graag een keer in het echt willen zien! Helaas staan de prijzen elders aangegeven en die toegangsprijzen passen helaas, op dit moment, niet in ons budget. De duurste zitplaats moet € 500,- kosten en de goedkoopste € 50,-. Dat is veel geld om twee kleine poppetjes van grote hoogte met elkaar te zien worstelen.




Nadat de balletjes op een grote gietijzeren plaat zijn gebakken worden ze bestreken met een zoete donkere saus, gevolgd door Japanse mayonaise, ook een zoete variant, en bedekt met geschaafde gedroogde gefermenteerde tonijn, Katsuobushi. Een symfonie van smaken en texturen, heerlijk.











De middag op de verwarmde kamer is aangenaam en ik doe zelfs een dutje omdat ik toch wel vroeg opsta elke ochtend. Het aantal foto’s dat ik moet verwerken is altijd meer dan ik heb gedacht. Boven de honderd per dag wordt geen uitzondering deze reis maar eerder de regel. Daardoor zal ik zeker de komende weken achter gaan lopen met de verhalen. Misschien sla ik af en toe wel een dag over, en haal die dan later weer in, maar ik probeer zoveel als mogelijk van niet.


Takoyaki en Okonomiyaki als snack en avondeten, twee “Yaki’s” die we zeker nog wel vaker zullen eten tijdens deze reis.
De toon voor ons verblijf in Japan lijkt gezet en wanneer het zo blijft kunnen we alleen maar blij zijn dat we zulke mooie dagen zullen doorbrengen in Osaka. Helaas moeten we ons wel aan een streng budget houden maar dat zijn we als rugzakartiesten wel gewend. Roeien met de riemen die hebt en het beschikbare budget zo goed als mogelijk besteden.
Het weerbericht voor morgen is niet al te best maar laten we er maar het beste van hopen!