donderdag 7 november 2013

Thailand: De eerste druppels op mijn vizier

Si Saket (Jan's huis)

Voor het eerst op deze deze motortrip kijk ik ‘s morgens vanuit mijn slaapkamerraam naar een muisgrijze hemel waaraan dreigende donkere donderkoppen zichtbaar zijn. Nu heeft Thailand zo zijn eigen weersystemen en dat is er niet een die je gemakkelijk kan voorspellen. Ik heb wel eens meegemaakt dat je drie lagen bewolking kon zien die allemaal hun eigen richting op dreven en zonder dat er een druppel water uit viel!
Ik heb in ieder geval prima geslapen de afgelopen nacht en niets meer van de muziek gehoord die me gisterenavond enorm stoorde. Ik ben lui vandaag, extra lui, want ik heb een korte en relatief gemakkelijke rit voor de boeg. Met minder snelheid dan normaal pak ik mijn rugzak en nip van de hete zwarte koffie die op tafeltje naast mijn bed staat. Hoewel ik alleen ben heb ik het nog prima naar mijn zin. Zo’n gebaar als gisteren dat een wildvreemde je een eenvoudige maaltijd voor je betaald stemt me vrolijk. Er is dus nog hoop voor Thailand.

Ik eet mijn ontbijt uit het tosti ijzer van de 7-11 op bed en geniet van de rust om me heen. Wat heb ik toch veel geluk dat ik dit zomaar kan en mag doen.

‘Des te minder je hebt, des te minder zorgen je hebt!’, vloeide er gisteren uit mijn filosofische gedachte gedreven door drie flessen Leo bier.

Wanneer ik de trap af kom, met mijn hele bagage in de armen, zit dezelfde vrouw als mij de luidruchtige kamer heeft gegeven weer achter de receptie. Ik zie aan haar houding dat de hele zaak van gisterenavond al aan haar is uitgelegd. Het niet lijden van gezichtsverlies druipt er van af! Voor een moment twijfel ik nog om haar er op aan te spreken maar na enkele seconden zie ik er toch maar van af. Het zou zinloos zijn en gewoon de reinste tijds- en energieverspilling.
Nog voordat ik een benzine station heb gevonden voel ik de eerste druppels op mijn gezicht. Mijn kwetsbare gemoedstoestand reageert hier meteen op! Allerlei negatieve gedachten schieten door mijn hoofd en ik denk zelfs aan omdraaien en weer terug te gaan naar het hotel. Maar uiteindelijk wint toch mijn optimistische kant en ik rij gewoon door. Si Saket tegemoet.
De regen druppelt de eerste twintig kilometer zonder dat ik echt nat wordt. Dat is ook zo iets vreemds in Thailand. Het kan regenen zonder dat de straat nat wordt! Je moet het gezien hebben om het te kunnen geloven.
Ondertussen is mijn motor nog steeds niet zoals hij zou moeten zijn. Onderin bij lage toeren heb ik kracht genoeg maar bovenin de toeren houd hij in. Ik twijfel nu of het wel vuil in de benzine is, het zou gemakkelijk wat anders kunnen zijn. Een grote Honda werkplaats in combinatie met een rustpauze blijkt een prima idee.

De monteur gaat aan de slag en controleert enkele zaken en vindt tenslotte het euvel. Het blijkt dat er in de carburateur iets vast zit dat eigenlijk los zou moeten zitten. Wanneer het onderdeel eruit is kan je gelijk de schade aan het onderdeel zien. Nu is het niet zo dat deze enorme moderne dealers onderdelen op voorraad houden!
‘Come from Bangkok! Take one week!’, is het standaard antwoord.
En daar kan ik niet op wachten dus wordt alles weer in elkaar gezet en ik ga verder. Ze hebben voor anderhalve euro meer dan een uur aan mijn machine gesleuteld! De rijstvelden langs de weg maken plaats voor bossen en ik begrijp eigenlijk niet waarom ik zolang op die drukke doorgaande provinciale wegen moet blijven? Het verkeer raast er maar langs je heen, ik heb zelfs mijn helm nog op, zo gevaarlijk vindt ik deze situatie.

Tijdens een stop in een bushokje langs de weg vindt ik het probleem op mijn GPS. Ik ben met de verkeerde instelling op weg. Binnen enkele seconden is het aangepast. Bij de eerste zijweg verlaat ik de drukke verkeersader en slinger luid zingend over verlaten wegen door het landschap van de Isaan. Zwaaiend naar de mensen die met hun lange sikkels de rijst aan het oogsten zijn.
En dan is er echte regen! Ik voel mijn overhemd en broek nat worden. Zonder enige aarzeling duik ik onder het eerste de beste afdak dat ik zie om zo droog mogelijk te blijven. De straat verkleurd naar een donker zwart en je kan de regen ruiken. Verbaasde mensen langs de weg staren me aan! Witte gezichten zijn hier nog zeldzaam.
De regen verdwijnt weer net zo snel als ze is gekomen en wanneer ik ook maar denk dat ik verder kan rollen de kilometers weer onder me door. Binnen minuten is de weg weer droog en wordt het tijd om wat langs de weg te eten.

Noedelsoep doet het prima voor me. Daar ik vroeger geen liefhebber was van dit gerecht, wegens het ruime gebruik van MSG, denk ik daar nu maar niet meer aan. Ik eet het maar af en toe en het bevalt me beter dan het eten van gebakken gerechten. Die laatste zijn ook veel moeilijker te vinden langs de weg, die heb je bijna alleen nog in steden en stadjes waar voldoende restaurants aanwezig zijn.
We komen nu in de buurt van Si Saket en helaas kan ik Jan zijn huis niet meteen vinden. Ik rijdt een tijdje rond en zoek een referentiepunt dat hij zeker zal kennen. Na een telefoontje krijg ik van Jan aanwijzingen waar hij me zal komen ophalen. Ik hoef niet lang te wachten! Daar is hij op zijn zwarte brommer en er volgt een hartelijke ontmoeting.

We gaan niet meteen naar huis maar gaan eerst nog even naar een ontmoetingsplaats voor buitenlanders. Een gemengd gezelschap van nationaliteiten en talen zoals je in alle uithoeken van de wereld zal tegenkomen. De meesten doen zich te goed aan bier in de middag om zo de ellende van de alledaagse problemen te vergeten.
Ze moeten allemaal hartelijk lachen om mijn verhaal van de karaoke in het “Memorial Hotel” van gisteren!
‘M&M is het grootste bordeel van Surin!’, lacht de Duitse eigenaar van de bar me toe!
‘Het valt me nog mee dat ze geen meisje naar je kamer hebben gestuurd!’, gaat hij verder.
Nu begreep ik gisteren ook wel, na het zien van de dames in de karaoke, dat dit geen plaats was om alleen liedjes te zingen maar dat het om het grootste bordeel van Surin ging was me niet opgevallen! We gaan ons thuis verfrissen en dan op stap om lekker te eten.
Terwijl mijn ogen door de woonkamer van Jan gaan zie ik het boek “Saigon” van “Anthony Grey” staan, een boek waar ik eigenlijk naar op zoek was en ik Nederland, waar zelfs in pocket vorm, grof geld voor wordt betaald.
‘Meenemen en lezen!’, lacht Jan terwijl ik het uit de kast neem.
Jan voert me naar de avondmarkt die langs het treinstation van Si Saket ligt. Een treinstation dat ik ook enkele malen als passagier van die trein heb gezien! Herinneringen van bijna vijftien jaar geleden komen weer in me boven.

Er wordt vis en rijst besteld terwijl ik de kramen van de markt afschuim om wat groenten te vinden. Heerlijk varkensvlees met groene bonen gebakken in rode kerrie en gemengde groenten in oestersaus. En daar is de vis! En ik moet eerlijk bekennen dat hij nog beter smaakt dan dat hij er uit ziet.
We kletsen elkaar de oren van de kop want we hebben elkaar alweer enkele jaren niet persoonlijk gesproken. En dat is het mooie van een echte vriendschap! De vriendschap is gewoon gepauzeerd en gaat weer verder wanneer elkaar weer ontmoet terwijl de tijd onverminderd doortikt.

We maken een einde aan de avond in een leuke bar voor de Thai, we zijn vanzelfsprekend de enige witte gezichten en dat maakt ons meteen ook interessant. Iedereen wil een woordje met je wisselen en hoewel die soms storend is blijven we toch glimlachen.


Pattaya - Chantaburi - Watthana Nakhon - Buriram - Bua Yai - Surin - Si Saket 836+161= 997 Km

Copyright/Disclaimer