Hualien (Colorful Taiwan Hostel)
Na een welverdiende en onverwachte goede nacht slaap stonden we precies om zeven uur naast ons bed. Het pakken van de rugzak nam niet veel tijd in beslag en een kwartiertje later verlieten we het hostel.
Vandaag liep Tettje voorop en ik was in gedachten verzonken over de verplaatsing met de eventuele knelpunten van vandaag. In plaats van dat Tettje op de knop van het elektrische slot drukte greep hij de zwarte elektriciteitskabel en gaf er een ruk aan. Ik stond zo perplex van deze handeling dat ik geen woord kon uitbrengen en met open mond op de trap achter Tettje stond. Tett gaf nog een ruk en deze keer was kracht voldoende om de kabel uit het slot te trekken. Tettje was nu ook verbaasd maar wel om een andere reden dan ik.
‘Waarom ging de deur niet open?’, kon ik in een gedachteballon boven zijn hoofd lezen.
Hij stond daar naar het uiteinde van de elektriciteitskabel te kijken en begreep er geen snars van. Het duurde niet lang voordat het kwartje viel en Tettje op de grote koperkleurige knop drukte.
Hij keek om met gedempte blijdschap terwijl hij zich realiseerde wat hij gedaan had.
‘We konden in ieder geval naar buiten’, was mijn eerste gedachte.
We hadden geen tijd om de schade te repareren of onze excuses aan te bieden. Er moest eerst nog worden ontbeten en daarna moesten we met de ondergrondse naar het Taipei Main Station. Vanaf daar zouden we de langzame trein, Nr. 40, van 09:20 naar Hualien nemen. We hadden eergisteren alle informatie gekregen die we nodig hadden.
De informatie counter beschikt over een paar vaardige medewerksters die goed engels spreken. Ze schreven netjes in het chinees op een briefje wat we nodig hadden en nadat ik het briefje aan de lokettist had overhandigd kregen we twee kaartjes voor de trein. 340 TW$ per persoon voor de enkele reis van Taipei naar Hualien.
Er moest nog proviand worden ingeslagen voor de ruim drieëneenhalf uur durende treinreis. Sandwiches, cola en flesjes groene thee zouden voldoende moeten zijn. Misschien konden we in de trein ook nog wat kopen. In de 7-11 ontdekten we voor de eerste keer dat onze Taiwanese OV-Chipkaart ook in de winkel gebruikt kan worden om te betalen. Ja, ik moet weer vaststellen dat ze op veel plaatsen in de wereld al een stuk verder zijn dan bij ons in het hoogontwikkelde Nederland.
De treinreis was mooi en we vergaapten ons aan bergen en ruige kusten. Het viel op dat er ontelbare en vaak heel lange tunnels in de rotsen waren uitgehouwen. Bij aankomst in Hualien werden we opgewacht door een flinke regenbui. Dat maakte ons weinig uit want de plaatselijke “Tourist Information” is naast het station en ik had nog genoeg te vragen om de medewerkster een half uur bezig te houden.
De aanwijzingen die we in de email van het “Colorful Taiwan Hostel” hadden gekregen waren goed en het hostel was snel gevonden. Het overtrof al onze verwachtingen. Het is nieuw, schoon en licht. Je voelt je er meteen thuis en Gloria zorgt dat het je aan niets ontbreekt. De stapelbedden zijn van “Japanse Hostel” kwaliteit en we waren meteen in ons sas. Dat zou lekker slapen worden vannacht.
Onze rugzakken bleven achter in de zes persoons dorm en wij gingen meteen weer op stap om wat te eten. En toen zagen we meteen het verschil tussen een wereldstad en een plattelandsstad. Geen enkel menu was in het engels en ook het aantal foto’s van de verschillende gerechten aan de gevel of in het raam waren een stuk minder. Ik schaam me er deze keer niet voor maar na een ontdekkingstocht gingen we toch maar een broodje eten bij McDonalds.
Op de terugweg liet ik nog wat openstaande vragen beantwoorden bij het busstation en het treinstation en zo kwamen we volledig voorbereid voor de komende twee dagen in Hualien weer terug in het hostel. Overmorgen staat de “Taroko Gorge” op het programma en die dag vraagt toch wel enige voorbereiding.
Voor het avondeten trokken we opnieuw de stad in en er waren nu meer stalen gordijnen omhoog in de hoofdstraat. Er was nog steeds weinig te zien en Tettje en ik trokken van restaurant naar restaurant en keken in alle pannen en potten die buiten sonden of er iets van onze gading bij zat. Het avondeten was wel heel lokaal en het was nog lekker ook. Het werd geserveerd in een soort houten sigarenkistje. Bovenop een laag speciale rijst, een kleverige rondkorrel die hier speciaal wordt verbouwd, lagen groenten, een half ei en een stuk vlees naar keuze. Tettje nam de gestoofde speklap en ik ging voor het onbekende dat later viscake bleek te zijn. We weten nu dat we bijna alles hier kunnen eten en dat we weinig of geen hulp nodig hebben.
Morgen gaan we een beetje uitslapen en de stad ontdekken.
In Nederland is bijna elke cafetaria van een Chinees!