zaterdag 15 mei 2010

Taiwan, meer tempels en veel vriendelijkheid

Taipei (Camel’s Oasis), 15 mei 2010

Het plan was geweest om vandaag Taipei weer te verlaten en ergens buiten de stad onze nieuwsgierigheid te bevredigen. Door een combinatie van uitslapen en de kans op regen kozen we toch om in Taipei te blijven. Morgen zou de regenkans afnemen tot zo’n twintig procent en dan was een excursie buiten de stad natuurlijk een betere optie.
Vandaag stonden er opnieuw twee tempels op de agenda en daarna zouden we wel zien. Met de zeer goed georganiseerde ondergrondse gingen we op weg naar de “Confusius Temple” ten noorden van het centrum. Deze tempel blinkt uit door soberheid en veel konden we dus niet verwachten.

Maar op weg naar de tempel hadden we nog wat meer met elkaar te bespreken. Mijn brilbeveiliging, een koord achter mijn hoofd langs dat verhinderd dat mijn zonnebril van mijn hoofd valt, was gisterenavond afgescheurd en kon niet meer gerepareerd worden. Het was er één van die goedkope kwaliteit die we uit China gewend zijn en het was al mijn tweede in vijf maanden. Ik had ze goedkoop in Kathmandu gekocht en ik had gehoopt dat ze ietsje beter van kwaliteit zouden zijn.
Er moest een meer betrouwbare versie komen en na lang brainstormen kwamen Tettje en ik uit op een stuk siliconenslang dat we op maat zouden knippen. Nu is onze Mandarijn Chinees al niet al te best en jullie kunnen je de gezichten van het Chinese winkelpersoneel voorstellen als twee van die vreemde snuiters als detectives door de uitgestalde handelswaar in hun winkel gaan. We hadden winkel met uiteenlopende producten doorzocht maar niets kwam ook maar in de buurt bij wat we zochten.
De eerste tempel was inderdaad wat sober maar dat wil iet zeggen dat hij niet interessant was. De tempel lag in een mooie rustige tuin waar de stilte om de vijf minuten door een landend vliegtuig werd verstoord. De tempel ligt recht onder de aanvliegroute van het tweede, veel kleinere, vliegveld van Taipei.
Deze keer bespraken we opnieuw het ontbreken van Europese, en Noord-Amerikaanse, toeristen. Het is werkelijk onbegrijpelijk dat hier bijna geen toeristen zijn. Het grote voordeel is natuurlijk wel dat je heerlijk foto’s zonder toeristen kan maken. Een mooi tentoonstelling, met behulp van audiovisuele middelen, gaf een beeld over de viering van de geboortedag van de Boeddha. Muziek en rituelen van offeren werden er goed uitgelegd en getoond in het mandarijn en engels.

Schuin achter de “Confusius Temple” ligt een andere en zeker niet minder mooie tempel. De “Baoan Temple” springt in je gezicht na de soberheid van de “Confusius Temple” en de overdaad aan versieringen lijkt alleen maar groter. Je wordt overladen met een waterval van indrukken. En daar wordt je dan ook meteen weer heel stil van.

Bij het zien van al die biddende mensen begonnen Tettje en ik een gesprek over de dood, mede ook naar aanleiding van de vliegramp in Tripoli waar zoveel Nederlanders omkwamen.
‘En dan komt onze liefde voor het verre oosten met haar mystiek bovendrijven.’
‘De dood is niet eng in Azië!’
‘Het Christendom in Europa heeft de dood omgeven met straf en beloning, de hel en de hemel.’
In Azië met haar culturen en religies is de dood even belangrijk als het leven zelf. Ik wil geen discussie starten over reïncarnatie, maar het voortleven van de ziel (geest) is natuurlijk wel gemakkelijk te accepteren. Het verbranden van (namaak) geld voor de geesten en het offeren van eten is mooi om te zien. Natuurlijk hopen we nog lang samen te kunnen reizen en we nu alweer voor de vierde keer samen op pad.
Na een goed gesprek en mooie fotosessie gingen we weer richting het centrum. Lekker terug slenteren en overal kijken en genieten. Het duurde niet eens zolang toen ik voor een winkel de ingeving kreeg waar ik d hele dag op had gewacht. Een dierenspeciaalzaak waar aquariumvissen worden verkocht. Mijn brein draaide op volle toeren en ik zag stapels siliconenslang in alle afmetingen voor me.

En het was ook nog meteen raak! Precies wat ik zocht voor ruim drieëneenhalve Euro. Mijn zonnebril was veilig en ik had genoeg slang voor de rest van de tijd die ik met de bril zou doorbrengen. Drie deuren verderop was er ook nog eens een restaurant dat mooie gebakken noedels in een variatie serveerde die ik nog nooit had geproefd of gezien.
‘Het geluk lachte me toe!’

We slenterden door enorme ondergrondse winkelcentra en waren betoverd door de vriendelijkheid van de lokale bevolking. Overal mochten we proeven van vreemd en exotisch eten en op één plaats kochten vier schooljongens zelfs een speciale soort pannenkoek voor ons.

‘Ik wilde verschillende keren het geld aan hun geven maar ze sloegen het resoluut af.’
‘Kunnen jullie je voorstellen dat een nuchtere Hollander een frikadel speciaal voor een Taiwanees koopt?’
Nou, ik niet! En zo kwam er een einde aan weer een mooie dag in Taipei.

Dit klein meisje met het hoedje wil ik jullie niet onthouden. Wat een schatje die samen met haar oudere zus aan het winkelen is en al heel hip gekleed is.
Copyright/Disclaimer