zaterdag 16 januari 1999

Thailand: De eerste echte cultuur

Ayuthaya (Ayuthaya GH), 16 januari 1999

Veel later dan gepland kom ik van het slechte matras omhoog. Schud mijn hoofd en zoek automatisch naar de fles water die naast mijn bed moet staan. Boven mij draait een plafondventilator trouw zijn rondjes. Een slok lauw water, die slecht smaakt, en dan naar het toilet. Het koude water brand op mijn gezicht. De derde kater in de eerste week, dat moet dus ook veranderen.
Merry V Guest House
Mijn rond het bed uitgestalde spullen verdwijnen zonder enige vorm van orde of logica in mijn rugzakken. Ik trek de veters aan, druk de sluitingen, rits de ritssluitingen dicht en ben bijna klaar om op pad te gaan. Een laatste blik rond de kleine kamer is de belangrijkste handeling handeling van de dag. Zorg dragen dat je niets van je uitrusting achterlaat. Je zal verbaasd staan over wat mensen zoal vergeten door de haast om op tijd te vertrekken.
Beneden zit het restaurant al vol. Veel mensen maken zich klaar voor een dag Bangkok, een dag niets doen of een vertrek naar de volgende bestemming. Verbaasd kijk ik naar de vreemde kleren en haardrachten. Ook op de tafels staan allerlei vreemde gerechten die ik nooit had verwacht. Het lijkt dat je verblijf in een vreemde nieuwe omgeving ook je eetgewoonten veranderd. Yoghurt met een banaan in schijfjes voor ontbijt? Geef mij maar de twee gebakken eieren met een paar sneetjes toast. Het enige waar ik nog aan moet wennen is de Nescafé die hier in Thailand tot de god van de ochtend is gepromoveerd maar thuis in Nederland wordt verguisd.
Marieke zit in haar reisgids te lezen en is daar zo druk mee bezig dat ze me niet opmerkt wanneer ik van de trap kom. Pas wanneer ik de stoel verschuif om plaats aan tafel te nemen kijkt ze verbaasd en geërgerd op. Een vreemd gevoel bekruipt me, ik kan het niet plaatsen maar ik voel een spanningsveld tussen ons.
Na een comfortabele reis van een uurtje of twee in een minibus is onze eerste halte Ayuthaya. Ik heb nog steeds het gevoel dat er iets aan de hand is, de stilte tussen ons valt gewoon op. De bulderende lach van Marieke blijft stil.
Bij aankomst in Ayuthaya blijkt het busstation midden in de oude stad te liggen. Het is maar een korte wandeling naar het straatje waar zich de meeste guesthouses bevinden in de oude stad. Marieke heeft onderweg in de minibus al een guest house gekozen en dat gaan we als eerste proberen. Ik was veel te druk bezig met het naar buiten kijken en het in me opnemen van de nieuw te ontdekken wereld. Ik vind het wel lekker dat Marieke het initiatief neemt, het geeft mij de mogelijkheid om mijn energie aan al dit nieuws te besteden.
Het Ayuthaya GH is een mengsel van steen en teakhout gebouwd aan het einde van wat een doodlopende weg lijkt. Alles is voor mij weer even nieuw en ik geef toe dat ik zelfs een beetje verlegen ben in al die nieuwe situaties. Schoenen en sandalen buiten laten is een van de nieuwe regels waar ik aan moet wennen. Er is ook een eerste tegenslag, geen een-persoons kamers! De enige kamer die nog vrij is blijkt een prijzige super de luxe kamer met een privé badkamer en een groot tweepersoonsbed.
Hier beginnen zich de eerste problemen te openbaren. Hoe slaap je met een wildvreemde in één kamer? En nog moeilijker, hoe, in een tweepersoonsbed? De vragen over privacy gaan de boventoon voeren in deze situatie. We nemen uiteindelijk de kamer, min of meer omdat we geen andere keuze hebben, en de stilte hangt in de lucht als teken voor de zichzelf aankondigende problemen.
De rugzakken worden in stilte uitgepakt en de diverse persoonlijke onderdelen van de bagage duidelijk gescheiden uitgestald op de tafeltjes en stoelen in de kamer. De eerste dag samen is niet zoals ik me had voorgesteld. Marieke is een beetje te dominant en ik te bang om haar in deze vroege stage van mijn reis los te laten en alleen verder te gaan.
Na een snelle simpele lunch gaan we uit elkaar. We hebben even wat ruimte nodig. Ik huur een fiets bij het Ayuthaya GH en trek er, met een gekopieerd kaartje van de oude stad dat ik van de eigenaar van het guest house heb gekregen, alleen op uit.
Wat Lokayasutharam
Het wordt een onvergetelijke eerste ontmoeting met de eeuwenoude tempels van Thailand. Ayuthaya was de koninklijke hoofdstad van Siam van 1350 tot 1767. Voordat het de hoofdstad van Siam werd was het een Khmer grenspost. De oude naam “Ayodhya” is dan ook vanuit het Sanskriet gekomen en betekent, ontoegankelijk of onverslaanbaar. De Ayuthaya periode wordt vaak gezien als de gouden periode van Siam. Geschiedenis werd hier geschreven en de kunst en handel bloeiden hier als nooit tevoren.
Drieëndertig koningen heersten over Ayuthaya voordat het door de Burmezen werd veroverd. Op haar hoogtepunt was het een handelspost voor de Portugezen, Fransen, Engelsen, Chinezen, Japanners en Nederlanders. Aan het einde van de 17e eeuw was de bevolking van de stad gegroeid tot meer dan een miljoen en een ieder die de stad gezien had vertelde dat het de meest roemrijke stad was die ze ooit hadden gezien. Mooie oude tempels en Boeddha beelden, vele eeuwen oud en vaak bedoven onder bloemen en andere offers.
Wat Mahathat
Wat Chai WattanaramWat Mahathat Wat Yai Chai Mongkon
Wat Yai Chai Mongkon
Ik fiets rustig door het oude dorpje/stadje dat eigenlijk een groot museum is. Het links rijden blijkt niet zo moeilijk, het drukke verkeer dat van alle kanten op je af komt is soms wel een beetje angstaanjagend maar ze gedragen zich heel netjes.
Wat Chai Wattanaram
De rust van het Wat Chai Wattanaram, een park met een groen gazon en tientallen eeuwenoude monumenten, waar je kan wegdromen over wat zich hier honderden jaren geleden heeft afgespeeld. Wat Phanan Choeng, een tempel uit de 14e eeuw waar een 19 meter hoge Boeddha je vanuit de hoogte aankijkt. De tempel is een bedevaartsoord en wordt dagelijks door vele honderden mensen bezocht.
Wat Phananchoeng
In Wat Phanan Choeng gebeurt er iets wat ik heel vreemd vond en niet kan verklaren. In het begin van je reis kopen velen meteen aardig wat souvenirs, persoonlijk was ik meteen verknocht aan die kleine Boeddha amuletten die je in een medaillon kan laten plaatsen en aan een ketting draagt. Haast iedere Thai is behangen met die amuletten voor geluk en bescherming. Ik ben natuurlijk nog een leek op dit gebied. Maar schoonheid herken je meteen, het grijpt je en laat je niet meer los. Mijn oog viel op een klein amulet van klei.
Een monnik achter de vitrine vroeg me in opvallend goed Engels wat ik vond van het Boeddhisme. Ik heb me nog geen mening kunnen vormen en ik bezit ook niet de kennis om al een mening te hebben, maar ik zou die kennis zeker verwerven in de lange tijd die ik nog te gaan heb in Thailand.
Hij verteld me dat hij zich ervan bewust is dat ik al een hoge graad van verlichting heb bereikt! Hij heeft voor mij dan ook een speciaal amulet! Hij verlaat de kleine winkel en komt een paar minuten later terug met een mooi messing kleurig amulet. Geld wil hij er niet voor hebben, een offer voor de tempel word wel op prijs gesteld.
Een moeilijk punt voor een verse wereldreiziger uit Nederland. Is het een verkooptruc of oprechtheid? De westerling met zijn gezonde wantrouwen en vooroordelen is snel uit balans gebracht. Ik ben ondertussen op de hoogte van de prijs van die klei amuletten en beslis zonder een aanwijsbare reden dat het dubbele van de gewone verkoopprijs zeker op zijn plaats is. Mijn papiergeld verdwijnt geruisloos in een grote aardewerken vaas naast de vitrine en ik word door de monnik naar de tempel ingeleid.
Het is een enorm en indrukwekkend gebouw. Een explosie van van kleur omgeven door goud. Ècht goud! Bladgoud is overal! Nadat ik van mijn goedkope sandalen ben ontdaan wordt ik in stilte naar binnen geleid. In de enorme ruimte waar de grote Boeddha op een voetstuk zit leid de monnik mij naar een van de hoeken waar ik op mijn knieën voor een monnik in een oranje gewaad moet gaan zitten.
De oude monnik zit op een koffietafeltje en moet zeker één of andere hoge priester zijn. Na een kort gesprek in het Thais tussen de twee in oranje gehulde mannen knikt de oude monnik met een vriendelijke glimlach naar mij. Er word door de monnik voorgedaan hoe ik mijn handen moet vouwen en ook hoe ik moet buigen voordat ik het wist was ik gezegend door de hoge priester.
Tenminste, daar leek het op. Een kwast werd gedoopt in een bak met water waar van die gouden snippers in dreven. Een paar slagen met de natte kwast en het water reinigde mij van mijn weinige zonden. Ik was weer rein en puur! Een al met al indrukwekkende ceremonie. Het viel mij wel op dat in het halfuur dat ik in de tempel verbleef na de reiniging niemand anders het ritueel onderging. Misschien is het toch iets speciaals geweest.
Vermoeid en voldaan, ik heb zeker dertig kilometer gefietst onder een brandende tropenzon, vind ik vroeg in de avond de weg terug naar het guest house. Ik heb ondertussen een stevige trek maar ben ook bevreesd voor wat er allemaal langs de weg wordt verkocht. De geur van eten hangt overal in de lucht en trekt me met tientallen onzichtbare handen naar een van de kraampjes langs de weg. Bij een kraampje probeer ik één van de vele snacks die de Thais de hele dag eten. Het zijn balletjes zo groot als spruiten die als een enorm kralensnoer op een houtskoolvuur worden geroosterd.
De lokale venter met zijn fiets en zijspan doet goede zaken en dat geeft mij vertrouwen in de kwaliteit van het eten. Er staan zeker tien klanten te wachten om te worden geholpen. Wachtende op mijn beurt probeer ik uit te vinden hoe ik kan uit leggen wat ik wil en wat het kost. Ik spreek natuurlijk nog geen woord Thais, waaruit de balletjes bestaan blijft dan ook een verrassing. Ik open en sluit twee keer mijn rechter hand terwijl vele nieuwsgierige ogen mijn handelingen volgen.
Tien balletjes met de bijbehorende rauwe witte kool, wat ingelegde gember en veel spaanse pepers gaan in een plastic zakje. 20 Baht! Gewoonweg heerlijk! De eenvoud van een mengsel van rijst en vet varkensvlees. Een balletje, een stukje rauwe wittekool, een stukje ingelegde gember en voorzichtig met die hete pepers.
Wat Yai Chai Mongkon Deze eerste dag buiten Bangkok is uiteindelijk een heel bijzondere geweest, de eerste ontmoeting met “de echte Thaise bevolking”, die zo vriendelijk en trots zijn dat je van zo ver bent gekomen om hun land te zien. Ik heb in één dag al zoveel gezien dat ik denk dat ik in een “scenic overload” ben geschoten.  Hoeveel kilometer ik precies heb gefietst en hoeveel foto’s ik vandaag heb gemaakt is niet te schatten. Ik heb aan de lopende band foto’s gemaakt en denk bij mijzelf, ik bekijk het allemaal wel als ik weer thuis in Nederland ben!
Marieke blijkt een beetje gehaast, persoonlijk had ik nog wel een dagje langer in Ayuthaya willen blijven dan deze halve dag maar ik heb ook geen zin om alleen achter te blijven. Marieke is namelijk op weg naar Laos en heeft deze plaatsen allemaal al meer dan eens bezocht. Het kan ook nog wat van die gejaagdheid zijn geweest die ons in de westerse wereld wordt opgedrongen.
Het moet ook voor haar een beetje onwennig aanvoelen om met een vreemde kerel op pad te zijn en je tijd en privacy te delen. Dat terwijl je juist alleen op reis bent gegaan voor de rust en om met niemand rekening te hoeven houden. Maar ja, mensen zijn nu eenmaal kuddedieren! En steeds hangt die haast zichtbare spanning tussen ons in de lucht.
Copyright/Disclaimer