Golden triangle (S.V. Place)
De gevoelens van gisteren waren niet in dromenland achter gebleven!
Van de niet echt waterdichte afspraken was geen spaander meer overgebleven en de boys bliezen snel het dorp uit zonder wat te eten. Stil en op een afstandje volgde ik de twee racers. Mijn snelheid lag in deze ochtendkoude zeker niet hoog genoeg voor de andere twee en na twee kilometer stonden ze alweer demonstratief langs de kant van de weg op ons te wachten.
Na een kort gesprek en overleg overwonnen we voor een korte tijd de communicatieproblemen en we reden terug naar het dorp. Een paar puddingbroodjes met een slok hete thee was voldoende om me op te starten en twee deuren verderop werd Jack zijn achterrem nagekeken.
Helaas kon er niet gerepareerd worden en we probeerden een oplossing te vinden. Deze tweede motor met panne gooide onze planning dusdanig in de war dat we naar alternatieve slaapplaatsen moesten zoeken. Helaas moest ik elke keer met een alternatief op de proppen komen. Ik was nog steeds de gebeten hond en ik kreeg nu sterk het gevoel dat er niet meer naar mij geluisterd werd.
De GPS werd uitgezet en de jongens gingen verder op de papieren kaart van Kevin.
Ze kozen de moeilijkste weg en daar was ik helemaal niet blij mee. Maar voor Jack was het allemaal nog moeilijker want hij had alleen maar de voorrem tot zijn beschikking. Mijn achter en voorrem kwamen een keer tot boven het kookpunt en lieten me voor wat we waren. Koelen met water en wachten tot alles voldoende is afgekoeld. Ze gingen op hun eigen snelheid verder en om eerlijk te zijn kon het me geen moer meer schelen. Ik had hier helemaal geen zin in. Mijn toevoegingen kwamen dan ook niet meer verder dan dat de rem waarschijnlijk in Fang wel zou kunnen worden gerepareerd. Tegen beter weten in werd er nog een keer gestopt bij een Honda showroom maar daar kregen ze ook nul op het rekwest. In Fang was de rem binnen een uur gerepareerd en ik kocht snel een nieuwe batterijlader omdat mijn oude het had begeven. Een hapje eten en er werd beslist dat we nog een stukje verder reden om morgen uitgerust aan de rest van de tour te beginnen.
Eenmaal in Tha Ton aangekomen was er al besloten om nog verder te gaan en we zouden wel zien waar het zou eindigen.
‘Zolang we maar niet op zandwegen kwamen!’, werd mij toegeroepen.
Niemand wilde meer voorop rijden en zo werd ook deze dag een lijdensweg die als finale een racepartij had niemand wilde. Het was het duel tussen de GPS’en van Jack en mij. Vrij rijden mocht niet meer want we zouden ons nu aan de route houden. Met de hoop dat ik het nog een keer bij het foute eind zou hebben. Bij het eerste de beste hotel in “The Golden Trangle” stopte ik en ik had ook geen zin meer om verder te gaan. De twee uurtjes privacy koelden ons allemaal weer af en tijdens het avondeten bespraken onze mogelijkheden voor de rest van de tour. We zouden het vanaf nu van dag tot dag bekijken.
Op de terugweg maakte Lyka nog een dansje met de kerstman en zo was het toch nog allemaal goed gekomen.