dinsdag 8 juli 2008

Maleisië, aapjes kijken

Kuala Lumpur, 08/07/2008

Natuurlijk hadden we na een avond stevig drinken weer een goede nachtrust nodig. Laat opstaan, nou ja laat, negen uur klaar staan. Dit betekende wel dat we de brug tussen de torens vandaag niet konden bezoeken en dat we dat dus tot morgen, de laatste dag, zouden bewaren. Een gok maar Henk was er zeker van dat we morgen wel vroeg zouden opstaan.
Na het ontbijt zouden we de Batu Caves gaan bezoeken. In plaats van op de bus te stappen naast Chinatown wandelden we richting Kampong Bahru om daar de bus te nemen. Kuala Lumpur is een miljoenen stad waar altijd wel wat te zien is. Helaas moesten we even afwijken van ons pad omdat mijn darmen voor het eerst opspeelden. Dat moest wel van het bier zijn dat tot nu toe rijkelijk had gevloeid op onze avonden in Maleisië.
Bus nummer 11 bracht ons bijna tot aan de poort van het tempelcomplex. Batu Caves is een enorme Hindoe tempel in en om een grote grot. Rond te tempel zijn diverse kleinere tempels opgericht ter ere van van alles en nog wat uit de Hindoe legendes. De olifantengod, Ganesh, kennen jullie waarschijnlijk wel en ook van Shiva hebben jullie wel eens gehoord. Voordat we de treden naar de grot beklommen nam ik Henk eerst mee naar de tempel van de god met het apenhoofd. Heel indrukwekkend dat groene gedaante, Henk daarentegen had alleen oog voor de kleine Makaken die in en rond de tempel wonen.
De 272 treden moet ik nu altijd in één keer zonder te rusten nemen. Het is een soort bewijs aan mezelf dat ik nu fitter ben dan jaren geleden toen ik wel eens twee keer moest stoppen voordat ik boven was. Met Henk in mijn kielzog en het verstand op nul liep ik naar boven. Natuurlijk lukt het me nu wel en ik ben nog steeds trots als ik van die jonge gasten van rond de twintig zie puffen en zweten voordat ze boven zijn.
In de grot kon Henk zijn ogen niet geloven en hij vertelde me wel tien keer dat dit één van de mooiste dingen was die hij ooit had gezien. Ondanks het feit dat ik hier al meerdere malen ben geweest genoot ik ook, zeker van Henk omdat hij ook genoot en het heel erg naar zijn zin had. De troepen kleine apen werden nog het meest gefilmd en werden af en toe afgewisseld met een beeld van een tempel.
Pas om drie uur arriveerden we terug in het KLCC voor de lunch. Een grote kebab met lamsvlees voor mij en een spaghetti met kipshoarma voor Henk. Het bord was leeg voordat ik het einde van mijn kebab had gezien.
Zijn lippen aflikkend zei Henk, “ik haal ook nog zo’n broodje, het ziet er goed uit!”
En weg was hij. Na het eten moesten we toch nog even rusten op de kamer en bijkomen van de dag. Van slapen komt er weinig voor mij omdat ik dan meestal aan mijn verhalen ga werken. Slapen doe ik ’s nachts is dan ook mijn motto tegenwoordig.
Gelukkig gingen we ook op de tweede avond naar Chinatown om de gemiste Chinese maaltijd van gisteren te nuttigen. Het was geen culinair hoogstandje maar gewoon OK. We hadden allebei ons bordje leeg en dronken nog een paar biertjes. Het werd zeker niet te laat want morgen moeten we om zeven uur op om kaartjes te gaan halen voor het bezoek aan de brug tussen de twee Petronas torens.
Copyright/Disclaimer