zondag 20 juli 2008

Thailand, op zoek naar een oude vriend

Koh Phangan, 20/07/2008

Na mijn late broodmaaltijd van gisteravond was er niet erg veel meer over van het halfje wit dat ik had gekocht. Met een nuchtere maag ging ik op zoek naar de plaats waar ik de bus naar Don Sak zou vinden. Ik was zeker niet erg fit en scherp zonder ontbijt. De bushalte was ik, ondanks een enorm reclamebord, zo voorbij gelopen en belandde daardoor op het lokale busstation. En hier was het dus weer typisch Thailand zoals ik al in één van vorige verhalen heb beschreven. Prijzen van 350 tot 500 baht vlogen me om de oren en ik werd van het kastje naar de muur gestuurd.
Kleine reisbureaus hadden dezelfde tactiek en ik kwam geen steek verder.
“Only 400 baht to Samui”, schreeuwden ze me na.
Mijn redding kwam in de vorm van wel een eerlijke taxichauffeur die me haarfijn uitlegde waar ik moest zijn voor de boot van tien uur naar Koh Samui. Op dit busstation was ik helaas onbeschoft en geloofde geen woord van wat ze me allemaal vertelden. Minibusjes en meer van dat slap gelul ging er bij mij niet meer in. Nadat ik een colaatje had gedronken en mijn bloedsuiker weer op pijl was gekomen kon ik alles wel weer duidelijk zien. Deze mensen waren oprecht geweest en hadden geprobeerd me te helpen.
Ik bood mijn excuses aan en kocht een gecombineerd kaartje voor de minibus en de boot naar Samui. De busjes zaten vol met de lokale bevolking en dat is bijna altijd een goed teken. In de minibus op weg naar de veerboot zat ik na te denken over wat ik zou aantreffen op Koh Samui. Zou Dave the Pieman nog wel in zijn kleine restaurant werken? Zou Haad Chaweng nog wel om aan te zien zijn? Ik had geen andere keuze dan het langzaam op me af te laten komen.
Op de boot had ik andere problemen. Regen! Ik wordt er ondertussen wel heel erg moe van. Het lijkt alsof de regen me achtervolgd.
“Welcome to Koh Samui”, hoorde ik in mijn gedachten en direct werd ik geconfronteerd met een echte vakantiebestemming. De prijzen zijn hier door het dak gegaan en ik dacht dat het in Pattaya al duur was. De taxi vroeg gewoon 500 baht voor een ritje van ongeveer 15 kilometer en een Heineken biertje met Happy Hour kostte slechts 85 baht. “Slechts” stond bijna voor elke prijs die ik zag.
Eigenwijs als ik ben begon ik gewoon maar te lopen richting Haad Lamai en hield een oog op de weg om te zien of er geen goedkopere minibus zou passeren. En inderdaad, voor 60 Baht werd ik afgezet bij de jachtclub en dat zou niet ver zijn van Dave’s Little Oasis Restaurant. Na een paar minuten rondkijken had ik de aandacht getrokken van een paar meiden die in een massagesalon werkte aan de overkant van de weg. Met z’n tweeën gingen we dus verder op zoek. Een klein restaurant met een andere naam voldeed aan de beschrijving die Dave me vijf jaar geleden had gegeven. Bij navraag, in het Thai, bleek het juist te zijn. De zaak was drie jaar geleden gestart nadat de Falang ervoor was vertrokken. Mijn laatste aanknopingspunt was een telefoonnummer en dat was helaas ook opgeheven. Met het verkreukelde kaartje in de hand stond ik zo een paar minuten in het lege restaurant. Ik wreef het nog een keer over mijn hart en gooide het in de prullenmand.
“Vaarwel Dave, misschien zien we elkaar ooit nog wel eens”.
Nu dit achter de rug was begon ik na te denken over wat ik verder wilde en kon doen. Lamai zag er voor mij niet erg aantrekkelijk uit dus het meest voor de hand liggende was om maar verder naar Chaweng te gaan. Vroeger was ik er enkele keren geweest om geld te pinnen maar ik had er nooit geslapen. Een minibus was nu snel gevonden en terwijl ik in de verte verdween stonden de meiden van de massage me na te zwaaien. Chaweng is nog meer van de toeristenkwaliteit voor de vakantiegangers, drie kilometer van restaurants, bars en winkeltjes die gekopieerde rotzooi verkopen. Spanje, Griekenland en Turkije maar dan anders. Tijdens het eten, gecombineerd ontbijt/lunch observeerde ik de weinige witte gezichten die voorbij kwamen. Verveeld door de regen, net als ik liepen ze door de eenzame lege straten van Chaweng. Nog voordat ik de laatste hap van mijn Sheppeard’s Pie naar binnen had gewerkt stond mijn besluit vast.
Er was nog voldoende tijd om de boot van vier uur naar Koh Phangan te halen. Op de GPS stond de magische afstand van 5,74 Km en desnoods zou ik er gewoon heen lopen. De enorme hoeveelheid stilstaande taxi’s vroegen allemaal dezelfde prijs, 300 Baht voor de korte trip. De motortaxi’s maakten het nog bonter, 150 Baht voor een enkele reis. Vastberaden stapte ik het dorp uit op weg naar de pier vanwaar de boot zou vertrekken. Je zou toch verwachten dat de prijzen gaan dalen als je dichterbij je bestemming komt. Op Koh Samui daarentegen gaan ze juist omhoog.
Na een korte rit voor 50 Baht achterop bij een oude man belande ik bij de pier. In de verte aan de overkant van het water lag mijn bestemming. In mijn gedachten ging ik zeven, acht, negen jaar terug. De mooie herinneringen die ik heb van Coral Bungalow’s met Kris, Dean, Chai en nog ontelbare anderen. Zou Coral Bungalow’s er nog wel zijn? Zou het erg veranderd zijn? Gewoon afwachten en gaan kijken, er zat niets anders op.
Aan boord ontmoette ik een jongen uit Tilburg, Glen. Nadat ik hem het hele verhaal had verteld liep hij met me mee. Wat was het hier veranderd! Het enige wat nog hetzelfde was was het stratenplan. Hoge betonnen bunkers vol met volgevreten en volgedronken jongeren. Resorts die zeker niet aan de Spaanse Costa’s zouden misstaan. Bij Coral Bungalow’s aangekomen kon ik mijn ogen niet geloven. Het was in de loop van de jaren ook doorgegroeid tot een resort met wel 80 kamers, van bungalows was allang geen sprake meer.

In het restaurant zat Chai als een koning temidden van zijn onderdanen de zaken te regelen. Één blik naar mij was voldoende. Hij sprong meteen op en liep me tegemoet. Het was een moment om nooit meer te vergeten. Oude vrienden, het leek wel of ik nooit was weggeweest. Chai vertelde het verhaal over de laatste zeven jaar, hoe het allemaal zo was gegroeid en dat zijn formule nu een succesformule was geworden. 80 kamers, een zwembad, 30 brommers, jetski’s en nog veel meer. We dronken een paar biertjes en spraken over de oude tijden. Ondertussen had ik al besloten om hier twee nachten te blijven. Morgen ga ik het dorp verkennen en misschien met de gratis brommer op pad die Chai me heeft belooft.
Copyright/Disclaimer