Alter do Chão (op een parkeerplaats), zaterdag 14 januari 2017
Wat gisteren op het eerste gezicht een mooie ruime veilige plaats voor de nacht leek bleek net na middernacht een overnachtingsplaats uit de hel. Zodra de stilte over de grote parkeerplaats viel werd die door een troep blaffende honden weer uiteen gereten. Daar lig je dan te luisteren naar de stilte en een concert van zwerfhonden. Voor een moment twijfel je nog om te gaan verkassen. Om één uur ’s nachts? Dat lijkt me achteraf toch niet zo’n goed idee! Dus een nacht van draaien, oordoppen en weinig slaap ligt voor me. Naast me hoor ik zachtjes snurken, ik zou graag willen dat ik ook zo gemakkelijk als mijn Aziatische vrouw kon slapen.
Bij het eerste daglicht verlaat ik ons bed en ik ben gebroken. De honden zijn gaan slapen nu het daglicht is teruggekeerd. Een koffie, Nederlandse radio via het internet en een broodje. Ik heb trek en ik heb slaap.
Door het grote raam van de leefruimte zie ik een militaire colonne verschijnen die op een klein pleintje aan de overzijde van de parkeerplaats enkele kanonnen afkoppelt. Ik ben het gevoel voor de datum en de dagen na al dat reizen helemaal kwijt. Zaterdag staat er op mijn computerscherm! Dan zal het ook wel zo zijn.
Ik kleed me snel aan en grijp mijn camera. Door het schudden van de camper is Lyka intussen ook wakker geworden. Het gordijntje van de alkoof schuift open en een slaperig gezicht komt tevoorschijn. Ik vertel haar in het kort wat er buiten gebeurd. Ze begrijpt wat ik ga doen en wenst me veel plezier. Het Portugees is helaas een taal waar ik echt geen touw aan kan vastknopen. Het doel of de gelegenheid waarom de kanonnen de saluut schoten afvuren blijft een groot vraagteken. Het is wel luid en indrukwekkend.
Op de terugweg overvalt de omvang van het eeuwenoude aquaduct me een beetje. Vanuit deze hoek kun je pas echt zien hoeveel werk er is verzet om het stadje Alves in een ver verleden van vers water te voorzien. Natuurlijk kunnen we na het ontbijt niet direct de oude stad verlaten. Hoewel Lyka er niet veel zin in heeft vertrekken we toch samen te voet naar de top van de heuvel waarop de oude stad is gebouwd.
Na een stevige klim komen we hijgend aan bij de buitenste rand van de vesting en het valt me meteen op hoe rustig het hier is. Een verdwaalde auto passeert ons maar ik kan me moeilijk voorstellen dat dit de enige toegang tot de imposante vestingstad is. Auto’s hebben wel veel verpest, zonder die stalen koetsen zou je je in vervlogen tijden wanen.
Eenmaal door de enorme poort staan we oog in oog met de geschiedenis! De geschiedenis van Portugal welteverstaan. Hoewel het hier toch een beetje als Spanje aanvoelt kun je ook kleine verschillen zien. Binnen in de poort is het ook nog opvallend rustig en heb ik voldoende gelegenheid om foto’s zonder vreemden in het beeld te maken.
Op het kleine dorpsplein is er een festiviteit aan de gang die ongetwijfeld met de kanonnen van eerder heeft te maken. Mannen op paarden die staan te wachten. We hebben geen idee waarop ze staan te wachten en we zijn ook niet in de gelegenheid om te vragen waarop we staan te wachten. Na even te hebben rondgehangen hebben we het eigenlijk wel gezien! Beter gezegd, we begrijpen dat de oploop op het dorpsplein betekend dat de bezienswaardigheden in Elvas waarschijnlijk leeg zijn. En dan ook nog eens omdat we tot nu toe maar heel weinig buitenlandse toeristen hebben gezien. We hebben het in de binnenlanden van Spanje en Protugal veel beter naar ons zin! De stranden, en de zee, zijn wel mooi maar we houden er beiden niet zo van. Cultuur, rust en goed eten, daar houden wij van.
In de “Our Lady of the Assumption Cathedral” kijken we onze ogen uit. Het blijft mooi en indrukwekkend, en toch ook weer een beetje anders na al die kerken en kathedralen die we de afgelopen maanden al hebben gezien! We zijn samen in de kerk en dat maakt het nog specialer. Vooral het kleurenspel met al die verschillende soorten marmer maakt deze kathedraal heel bijzonder.
Aan het plafond hangt een vreemd hemelgordijn. Die driehoek met het oog er in herken ik uit Vietnam. Daar heb ik jaren geleden een sekte bezocht, de Cao Dai in Tây Ninh, die deze driehoek met het oog er in ook gebruikte. Het alziend oog van god? Ik weet het niet meer, het is tenslotte al meer dan twaalf jaar geleden.
We slenteren rustig verder door het stadje en over de stadsmuren. Ik beeld me in hoe hier eeuwen geleden de verdedigers uitkeken over de aanvallers. Dan staan we plotseling voor de plaatselijke overdekte markt. We moeten zeker nog langs de Lidl maar toch koop ik ook op deze markt nog wat voor een latere lunch.
Een enorm uitgebreid assortiment van kaasjes ligt tentoongespreid. Ik ken ze natuurlijk niet allemaal! Ik kan alleen maar ruiken en knijpen. Het is moeilijk te communiceren wat er voor melk is gebruikt. We worden vriendelijk toegelachen door de boeren bevolking. Wij lachen hartelijk terug met meer tanden dan de mensen tegenover ons. Met een mooie mix van harde en zachte, geiten en schapen kaasjes verlaten we de markt. Bij de Lidl wordt er weer voor de gebruikelijke twee dagen verse groenten en vlees ingeslagen en wij gaan weer op pad richting de kust. De Pecan koekjes en rode wijn worden niet vergeten.
Maar nu wordt het toch echt tijd om Elvas te verlaten. Het eerste stuk is dezelfde weg zoals we zijn gekomen. Voor een moment twijfel ik om de berg langs de weg op te rijden maar zonder overleg gaan we verder. We hebben al zoveel gezien en we moeten ook nog wat overlaten voor ons volgende bezoek. Er hangt nog steeds een onrust tussen ons in de camper. Het is geen ruzie maar het wringt wel.
De maag begint te knorren en we kijken uit naar een plek om te lunchen. Net buiten Monforte zien we een vreemde verzameling van eenzame kapelletjes, tenminste, daar lijkt het op. Er is er een met een ronde toren, een langwerpige en een met twee kleine torentjes. Mijn vrouw is niet erg geïnteresseerd en ze is allang weer blij dat ze met haar troepen in “Clash of Clans” aan de slag kan. Ik heb me voorgenomen om me er niet meer druk over te maken. Zij doet haar ding en ik doe mijn ding!
De kaasjes blijven vandaag in de tas want we hebben eerst nog wat anders op te maken. Eten kopen is wel heel gemakkelijk maar eten weggooien is natuurlijk zonde. En om eerlijk te zijn heb ik het gevoel dat Lyka ook niet op die kaasjes zit te wachten! Wat de boer niet kent dat eet hij niet.
Het is net half drie wanneer we op een lege parkeerplaats aan de rand van “Alter do Chão” arriveren. Ik heb geen zin meer om verder te rijden. Het boekje geeft geen bezienswaardigheden aan en de parkeerplaats is vlak genoeg. Ik wil even alleen zijn en een stukje wandelen. De spanning tussen ons hangt nog steeds in de camper en ik krijg langzaam het gevoel dat we misschien te lang onderweg zijn. Het is tenslotte niet niets om enkele maanden met z’n tweeën op zo’n kleine oppervlakte lief en leed te delen.
Het kleine stadje blijkt genoeg aan cultuur verstopt te hebben en heeft zelfs een heus kasteel. Een stadskasteel om even aan Nederland en Zaltbommel te denken. Het kost maar twee euro om naar binnen te gaan maar toch loop ik door en neem plaats op een houten bank op het plein. Mijn gedachten razen door mijn hoofd, onze culturele ontmoetingen, de weinige tegenslagen en ik probeer tevergeefs een oplossing te vinden voor de onvrede die er in de camper heerst. Moeten we doorgaan met de reis? Tegen de zin van mijn vrouw in? Of moeten we er maar een einde aan breien en sneller dan gepland naar het koude Nederland teruggaan? Ik kom er met mezelf niet uit en besluit om maar een paar dagen verder te gaan. Volgende week ben ik tenslotte jarig en ik heb weinig trek om dat thuis te vieren.
Zonder een oplossing voor het probleem te hebben gevonden vervolg ik mijn eenzame wandeling. Een stuk verder passeer ik de plaatselijke brandweerkazerne en wordt helemaal warm vanbinnen. Buiten op het terrein staat een oude Ford brandweerauto op blokken. Een terecht museumstuk wanneer zij zou worden gerestaureerd. Voorzichtig loop ik door de openstaande poort naar de brandweerauto en maak foto’s. Steeds op mijn hoede of er misschien iemand komt zeggen dat ik me op verboden terrein bevind. Gelukkig is het ook hier net zo rustig als in het centrum! Eigenlijk zo rustig als op het hele platteland van Portugal. Een rust die Portugal beminnelijk maakt.
Terug is de camper lijkt de lucht weer opgeklaard en ik begin aan het eten. Eerst moet ik nog wat restjes uit het vriesvak wegwerken, rijst met omelet en boontjes met garnalen. Het smaakt ons na al die maanden onderweg te zijn geweest nog steeds goed. Gelukkig wel, want wanneer mijn eten ons niet meer smaakt dan gaan we zeker terug naar huis!
Op de parkeerplaats blijven we ook deze nacht weer alleen achter. Het angstgevoel van onveiligheid tijdens het alleen staan is na drie maanden helemaal weg. De regels voor een plaats om te overnachten zijn een stuk simpeler geworden. Wanneer ik het niet vertrouw dan rijden we op voorhand al verder naar een plaats die we wel vertrouwen.
zaterdag 14 januari 2017
Portugal: Blaffende honden
Meer verhalen over:
Kamperiolen,
Portugal (Camper),
Winterreis Camper 2016/2017