woensdag 12 januari 2011

India: “Vrede begint met een glimlach” deel 1

2011-01-12_082253headblog
Kolkata (The best Inn), woensdag 12 januari 2011

Ik denk dat deze uitspraak van Moeder Teresa één van de beste is die ik ooit heb gehoord.

Vandaag is het dus onze eerste echte dag in Calcutta. Laat ik het vanaf dit moment maar Calcutta noemen omdat de eigen bewoners van deze miljoenenstad haar ook zo noemen.
Met pijn in de heupen en anderhalf uur vroeger dan gepland, ik heb de tijd van mijn iPhone niet aangepast, word ik in een koude kamer wakker. Het is buiten nog donker en ik begrijp meteen wat er mis is. Binnen een minuut wijzig ik de tijd op mijn iPhone en doe het licht weer uit. De volgende anderhalf uur slaap zijn een welkome extra aanvulling na de lange dag van gisteren. 
Klein ontbijt
Bij het tweede alarm van mijn mobiele telefoon gaat het licht aan en als eerste word er koffie en thee gezet. Wat is zo’n dompelaar dan toch een heerlijk attribuut om in je rugzak te hebben. Het is een beetje onwennig om met iemand anders, zeg maar vriend, wakker te worden in dezelfde kamer. Ik reis graag alleen en deel af en toe wel eens een kamer maar privacy wordt steeds belangrijker voor me. Maar tijdens deze twee weken wordt het dus een kamer delen. Vijf minuten eerder dan afgesproken arriveert ons ontbijt en dat valt niet mee of tegen. Alleen de kruidige thee, Masala Chai, is te zoet en die krijg ik dus echt niet weg. Mijn twee sneetjes geroosterd brood met omelet gaan wel goed naar binnen. Het vult me niet volledig maar het is voldoende om de dag mee te starten.
Tijdens het ontbijt gaat een van de Indiase broers op mijn bed zitten om over de aanstaande fooi voor hun te onderhandelen. Jack en ik kijken elkaar vreemd aan! Het is onze tweede dag, eigenlijk de eerste echte dag, en ze willen het over een fooi hebben? Begrijpen ze dan niet dat ze een fooi moeten verdienen door goede service te verlenen? Misschien zijn er een paar Amerikanen op bezoek geweest die ze zo maar een weeksalaris fooi hebben gegeven? Ik werk ze vriendelijk glimlachend de deur uit. Zodra die in het slot is gevallen moeten Jack en ik hard lachen. We hebben veel mee gemaakt tijdens onze reizen maar dit slaat werkelijk alles! 
The Best Inn
Vandaag is dus Calcutta aan de beurt om ontdekt te worden. Iets over acht uur storten we ons in deze vreemde wereldstad. We lopen vandaag wild, met een beetje richtingsgevoel en geholpen door mijn Garmin 400t, naar het noorden waar onze doelen voor vandaag liggen. Wat ons als eerste opvalt is dat het in de stad heel erg fris is zo vroeg in de ochtend. De mutsen gaan op en ook de Indiërs gaan vaak getooid in een wollen muts. De koude wind uit de Himalaya’s stroomt in januari over de laaglanden richting de golf van Bengalen.    
Oude gevelsOude gevelsOude gevelsRoyal Enfield
Het is muisstil in onze straat. Mijn camera klikt en ik kan alleen maar hopen dat Jack niet denkt dat mijn fotograferen hem ophoud. Elk raam, elke poort, elke deur en elke gevel verteld een verhaal aan iedereen die wil luisteren. Zelfs een opgeknapte Royal Enfield schreeuwd om gefotografeerd te worden.
We gaan een paar keer een hoek om en komen zo op de “Ashutosh Mukherjee Road”. Een hoofdstraat, een verkeersader, en hier is het wel heel erg druk! Dit is iets wat ik moeilijk kan verwerken, Ik heb nog nooit zoveel indrukken tegelijk moeten verwerken in Azië en heb het gevoel dat mijn hoofd straks uit elkaar zal spatten of imploderen, dat is ook nog een mogelijkheid. Snel weer een zijstraat in waar het minder druk is!    
Leven op straatLeven op straatLeven op straatEen zware lading
We zien het leven in een wereldstad van arme mensen die zich rijk voelen! Van enige afgunst is in India geen sprake. Mensen leven op de straat omdat het “karma" is. Ze accepteren hun bestaan zonder vragen te stellen. Het is nu eenmaal zo.Ik heb geen idee of we door een rijke of een arme buurt wandelen. Een ding weten we wel, we voelen ons niet onveilig in deze wereldstad. Stap voor stap komen we dichterbij het “South Park Street Cemetery”, ons eerste doel voor vandaag.  
Een zware ladingEen flink ongeluk
De slierten rook van de honderden houtvuurtjes waarboven wordt gekookt blijft tussen de oude koloniale gebouwen hangen. Vermengt met de geur van kruiden en specerijen kan ik niet zeggen dat het stinkt in Calcutta.
Een verongelukte taxi staat langs de weg geparkeerd en wij vragen ons af hoe hard deze klap wel niet moet zijn geweest om het dikke oude staal van de Engelse auto zo op te vouwen?    
Heilige boomHeilige boomVuilnisVuilnis
Bij elke “bodhiboom” (banyan tree) langs de straat is een altaar ingericht. Indiase vrouwen met een rode of mannen met een witte stip op hun voorhoofd laten ons merken dat spiritualiteit in India nooit ver weg is. Tachtig procent van de Indiërs is Hindoe! Dan begrijp je wel dat het Hindoeïsme nooit ver weg kan zijn. De “Bindi” is een krachtig symbool in het Hindoeïsme.
Een miljoenenstad als Calcutta produceert natuurlijk ook een enorme berg afval. Het afval wordt door een groot leger vuilnismannen met behulp van een vloot oude vrachtwagens naar buiten de stad vervoerd. Maar dat “verse” afval stinkt niet en alles dat kan worden hergebruikt wordt er tussenuit gevist!
Net voordat we het “South Park Street Cemetery” bereiken vinden we het tijd voor een kopje koffie en een snack. Natuurlijk zijn we nog steeds een beetje angstig voor het echte straatvoedsel maar bij dit kleine professionele café ziet alles er zo goed uit dat we ons maar aan een samosa wagen. Het smaakt me zelfs zo goed dat ik tegen beter weten in nog een tweede eet. 
South Park Street Cemetery
Het “South Park Street Cemetery” is de hoofdbegraafplaats van de Engelse Oost-India Company en daarmee een verzameling van rijkelijk versierde graven van de ambtenaren, rijken en nobele uit een ver verleden. 
South Park Street Cemetery
Je mag het luguber vinden maar in Azië is er niets luguber aan oude begraafplaatsen. De kolonisator heeft bijna altijd mooie en uitbundige grafmonumenten achter gelaten voor de zielen die “het thuisland" nooit meer zouden zien. Hele gezinnen zijn hier bijgezet in graftombes die ook nu, na meer dan honderd jaar, nog mooier en beter zijn dan de woningen voor veel Indiërs aan de andere kant van de hoge muren.    
South Park Street CemeterySouth Park Street CemeterySouth Park Street CemeterySouth Park Street Cemetery
Alle bouwwerken op deze begraafplaats stralen rijkdom en autoriteit uit. De slecht onderhouden tuin en bomen geven de omgeving een buitenaards gevoel. Ik vraag me in stilte af wat Jack van ons bezoek aan deze begraafplaats vind. Ik denk niet dat hij een cultuurbarbaar is maar of dit zijn ding is? 
South Park Street Cemetery
Voor de armen en lagere bestuurders en lagere ambtenaren rest niets anders dan een plaquette in een muur gemetseld. Alles genummerd en gecatalogiseerd net als honderd jaar geleden toen de Britten hier de scepter zwaaiden.     
South Park Street CemeterySouth Park Street CemeterySouth Park Street Cemetery
South Park Street Cemetery
Deze plaquette herdenkt “Augustus Clevland”. Hij verwisselde op negentien jarige leeftijd het tijdelijk voor het eeuwige aan boord van een schip genaamd “Atlas” dat hem naar Kaap de Goede Hoop, Kaapstad, vervoerde om zijn gezondheid te herstellen. Na zijn dood werd zijn lichaam in een vat met brandewijn bewaard om het te conserveren. Later is zijn lichaam met de loodsboot aan land gebracht in de Kaapkolonie. Hij zal daar hoogstwaarschijnlijk ter plaatse begraven zijn en dit is het monument ter herdenking van deze jonge gewaardeerde ambtenaar van het Britse keizerrijk.
Buiten de poort van de begraafplaats heb ik even tijd nodig om alles te laten bezinken. Een blikje cola verfrist me en geeft me de benodigde energie om weer verder te gaan. Voor mij is het eigenlijk al genoeg voor vandaag maar we hebben slechts twee weken de tijd in India dus heb ik me voorgenomen om zoveel mogelijk te doen wanneer het nog mogelijk is.

Op dit moment tijdens het beschrijven besluit ik om deze eerste dag in Calcutta op te delen in twee delen. Anders wordt het verhaal over vandaag wel heel erg lang!
Copyright/Disclaimer