Kuantan 10/04/2007
Ik werd wakker in een stad die ik alleen in het donker had gezien. Dit is een probleem, ik kan mij namelijk slecht oriënteren in een stad in het donker. Het was dus alsof ik opnieuw was aangekomen vanochtend.
Het hotelbed was voortreffelijk en ik had goed geslapen, waarschijnlijk mede door de drie Tiger biertjes die ik had genuttigd. Na een lauwe douche maakte ik de tocht naar beneden waar het verrassing ontbijtbuffet werd geserveerd. Gebakken rijst, Mee, Kroepoek, kip met saus, toast met jam. Koffie, Thee, Sinasappelsap en water. Watermeloen en van die rijstjellies. Dat was snel gekozen dus, een paar boterhammen met jam en een paar koppen koffie en ik was onderweg. De dagploeg was ondertussen gearriveerd en deze was vriendelijker dan de avondploeg. Ze zag me het ontbijt inspecteren en bood mij onmiddellijk een roerei aan. Dat noem ik nog eens service! Het ontbijt smaakte mij uitstekend en na mijn tweede kop koffie was het tijd om er op uit te trekken.
Ik had natuurlijk het reisboek er op na geslagen en die had weinig te melden over Kuantan. Het kwam niet verder dan de “Masjid Negeri” en een vissersdorp dat met een pontje te bereiken was. Nou, dat pontje bleek verdwenen omdat een enorme betonnen brug over de rivier was gebouwd. Dan maar lekker lopen! En daar ging ik dan de brandende zon tegemoed. Ik had een voorhoofd van perkament na die zes uur in de zon afgelopen zondag. Ik zou dus voorzichtig zijn met de zon.
Wat mij het eerste opviel aan de oostkust is de rust, het is zeker rustig vergeleken bij de westkust. De mensen zijn er meer relaxed.
Het andere dat meteen opviel was het zwerfvuil. Het is spijtig om te constateren dat de mensen letterlijk alles uit het raam van hun auto gooien. Afvalbakken zijn dun bezaaid, ook midden in de stad, dus de gemakkelijkste oplossing is gewoon om alles op straat te gooien. Het derde punt is het moeilijkst om mee om te gaan. Als voetganger ben je weer vogelvrij, denk niet dat er ook maar één auto voor je zal stoppen. Gelukkig is het anders bij verkeerslichten, daar wordt ook bij oranje al gestopt. De politie is hier meedogenloos tegen overtreders.
Na een 40 minuten kwam ik aan in het dorp dat meer weg had van een spookstad. De enige mensen die ik zag waren de oude mensen die in de schaduw genoten van de verfrissende bries die van zee kwam. De vissers lagen waarschijnlijk te slapen, die gaan tenslotte s’avonds de zee op. Later zag ik nog enige activiteit in de vorm van een gymles op een groot grasveld die meer weg had van een dansles. Arabische muziek schalde uit twee grote luidsprekerboxen en de meisjes met hoofddoekjes wiegden mee op het ritme van de muziek. Dat was het dorp!
Eenmaal terug in de stad was de moskee ook zo gezien. Dat was het voor vandaag en het was nog niet eens één uur. Ik genoot van een mooie lunch en trakteerde mijzelf op een middag vrij. Heerlijk slapen in de airco.
Na het avondeten slenterde ik een beetje door de verlaten stad en kwam uiteindelijk in hetzelfde restaurant als gisteren terecht. De Tigers smaakten mij uitstekend en nu had ik zelfs gezelschap om mee te praten. Een tafel vol met Chinezen die de Guiness/Carlsberg half om dronken. Er werd gelachen en gedronken, ze nodigden mij uit om aan tafel te komen zitten. Met een glimlach sloeg ik de uitnodiging af en bleef alleen aan mijn eigen tafel zitten. Er werd “wild varken” (Babi Oetang) besteld en het bier vloeide rijkelijk. Als je in Maleisië bier wil drinken zoek dan de Chinezen op. Een restaurant met grote Chinese symbolen op de gevel is een plaats waar je zeker een biertje kan drinken. Het enige nadeel zijn de toiletten in die restaurants, deze keer liep er een rat zo groot als een konijn voor mij uit toen ik een plasje wilde plegen. Nou ja, dat zijn de charmes van het onderweg zijn. De verhalen die de locale vertelden logen er niet om. Hoge werkeloosheid en een regering die de oostkust aan zijn lot overliet. Veel mensen trokken weg om elders hun geluk te beproeven. Ik dacht een moment aan de Bangladeshies die hier hun geluk kwamen zoeken. Uiteindelijk was laat en tijd om naar het hotel te gaan. De lichten van de moskee waren al uit. Ik had deze foto gemist! De volgende keer dan maar. Morgen zou ik op tijd opstaan om een tweede poging naar “Pekan” te wagen.