zaterdag 22 oktober 2011

Maleisië: Een rustige zaterdag

Kuala Lumpur (Corona Inn (120))

Het voordeel van het vaak bezoeken van een plaats is dat niets meer hoeft, alles mag én kan. Herman was erg relaxed en na een uitgebreid ontbijt gingen we langzaam op weg naar een Chinese tempel. De monorail is een gemakkelijke manier om je rond te bewegen in Kuala Lumpur. Helaas is het ambieuse plan van een vijftien jaar geleden flink ingekort en verder dan één lijn is het nooit gekomen.
Maar toch, het brengt je gemakkelijk van KL Sentral naar het centrum zonder ook mar één keer over te stappen. Het station waar wij de monorail verlieten was deze keer “Tun Sambatan”. Een korte wandeling, met een stevige klim, bracht ons naar een vaak over het hoofd geziene bezienswaardigheid.

De kleurrijke “Thean Hou Temple” is altijd druk met Chinese koppels die waarzeggers raadplegen wanneer het het juiste moment is om te trouwen. Anderen komen weer hulp vragen aan de Godin van de zee, “Tianhou". Er hangt een zware rook van wierook en overal staan kleine schaaltjes gevuld met fruit en andere etenswaar. Het is hier goed vertoeven! Een verkoelende wind trek door de tempel en er is ook een mooi uitzicht op de Petronas Torens en de Menara KL.

Onze culturele activiteiten voor vandaag zitten er al weer op en we gaan te voet op weg naar het "Midvalley Shopping Complex" om wat te gaan eten. Ik krijg alweer een flinke trek en ik weet uit ervaring dat er in het winkelcentrum veel heerlijkheden met mijn naam er op liggen te wachten.
De kleurrijke versieringen gemaakt voor “Deepavali”, het Hindoestaanse festival van het licht, zijn een lust voor het oog en daar wordt natuurlijk een foto van gemaakt.

En ik heb zelfs een beetje geluk vandaag! Het is Nikon dag in het enorme winkelcentrum en je Nikon camera krijgt een gratis schoonmaakbeurt. En daar zeg ik geen “nee” tegen want dat grapje kan je in Nederland zo maar € 100,- kosten. Ik vul een formulier in en overhandig mijn camera aan het vriendelijke meisje.
‘Please come back in 30 minutes?’, vraagt ze vriendelijk.
Ik schud mijn hoofd en schuif een beetje naar rechts aan de balie. Herman besluit om op zoek te gaan naar een paar schoenen en vanuit mijn ooghoek bekijk ik de servicemonteur die mijn camera onder handen neemt.
Ik kan aan zijn gezichtsuitdrukking zien dat hij verbaasd is over de staat van mijn Nikon D700. Nog geen twee jaar oud maar het leven van een veroveraar geleefd. Bijna 20.000 foto’s geschoten in soms extreme omstandigheden, mij camera heeft al een heel leven achter zich! De monteur kijkt op en ik knik op mijn beurt vriendelijk naar het gebruinde gezicht. Hij moet er zelf nu ook om lachen.
Twintig minuten later krijg ik mijn camera weer van het vriendelijke meisje terug en ik bekijk snel het resultaat. Zelfs de viewfinder is weer bijna zonder vuil en nadat ik de camera weer in mijn favoriete instellingen heb gezet schiet ik een proef plaatje van mijn Lyka.
Zelf ontkom ik er ook niet aan wanneer de fotograaf van Nikon me ziet.

En dan is het eindelijk tijd om te eten! Een Hokkien noedels met een paar popia’s, zeg maar koude ongebakken loempia’s.
En zo wordt het weer langzaam tijd om naar het hotel te gaan om wat te rusten en ons een beetje op te frissen.


Na de rust en de douche laat het weer zich ook weer van zijn slechtste kant zien.
‘Spetter, spetter’, en we komen niet verder dan tweehonderd meter van het hotel waar we onder een parasol neervallen. We waren toch niet van plan geweest om het vanavond laat te maken dus bestellen we meteen maar wat snacks en een bord gebakken rijst voor Lyka.

Morgen moeten we vroeg op voor het hoogtepunt van ons verblijf in Maleisië.
Copyright/Disclaimer