vrijdag 27 november 2015

Filippijnen: Vertier

Angeles City (Walkabout Hotel (Poolside 01)

Er is geen wezenlijk verschil tussen de dagen in het verlaten vissersdorp en de dagen in het drukke Angeles City. De dagen smelten naadloos aaneen en worden dragelijk door dezelfde routines en op gezette tijden onderbroken door maaltijden. De boeken en films zijn hetzelfde maar de maaltijden worden meer gewaardeerd omdat je gewend bent geraakt aan de povere maaltijden van de armen der aarde.

‘Wanneer je niet blij bent met wat je hebt, hoe kun je dan blij zijn meer?’

Deze spreuk las ik voor de eerste keer in 1999 in een tempel bovenop een berg in Mae Hong Son. We hadden die berg in alle vroegte beklommen om de zon te zien opkomen boven een benevelde hoogvlakte. Die spreuk spookt, sinds ik hem voor de eerste keer heb gelezen, altijd in mijn achterhoofd. Bij alles wat ik doe, zie of eet! Bij elke ervaring, geluid of beeld!
Het is een filosofie van de Boeddha. Die Boeddha die mijn leven, na al mijn omzwervingen in Azië, indringend verandert heeft en mijn koers gewijzigd in de juiste richting. Met hoe weinig kan een mens op latere leeftijd tevreden? Hoeveel kan een mens van een simpele maaltijd met goedkope wijn genieten? Vragen waarop ik geen antwoord kan geven. Wat ik wel weet is dat een mens zich eerst moet bevrijden van het juk der consumptie. De machtige machine van de rijken der aarde die alleen maar bedoelt is om ons onzinnige producten aan te smeren, te verspillen en zo snel mogelijk ons geld afhandig te maken. Het hele systeem berust op de indoctrinatie dat we nooit genoeg hebben en altijd meer willen. Wanneer je die cirkel weet te doorbreken ben je verlost!

‘Besparen wanneer het kan en uitgeven wanneer het moet!’

Is een regel die ik mezelf tijdens al mijn reizen in het verre Oosten heb aangeleerd en die ik hier ook in de praktijk breng. Angeles City, de City of Sin, een vieze stad die in de jaren zestig en zeventig als een kankergezwel aan een Amerikaanse luchtmachtbasis is gegroeid. Het was bestemd voor de R&R voor het Amerikaanse personeel van de luchtmacht, landmacht en marine. Er is sinds die tijd niet veel verandert! De militairen hebben plaats gemaakt voor vrijgezellen, weduwnaars en leugenaars uit Australië, Europa en Azië. Het is voor de buitenstaanders en moraalridders dan ook een plaats om links te laten liggen.
Zelf heb ik het hier, omdat ik niet tot de bovenstaande groepen behoor, prima naar mijn zin. Ik ga graag al vroeg op pad en ben ook weer vroeg in het hotel. De happy hour prijzen zijn daar een belangrijke reden voor. Op straat mag er slechts beperkt reclame worden gemaakt voor wat er zich achter de gesloten deuren en gordijnen afspeelt. Dat hebben ze hier snel geleerd van de fouten die in Thailand zijn gemaakt. De namen hebben meer met de fantasie of herkomst van de eigenaar van de gogo-bar te maken dan met het geboden entertainment!
De eerste gogo-bar die ik binnen stap valt meteen in de categorie “opdrinken en wegwezen!”. Mijn biertje wordt geserveerd met het voor Angeles kenmerkende servetje om de hals gedraaid. Het verhaal gaat dat dit een gewoonte is geworden sinds een uitbraak van leptospirose oftewel de rattenpisziekte in een ver verleden. Maar niemand in Angeles City kan me vertellen wanneer die uitbraak van leptospirose zou zijn geweest of hoeveel soldaten er aan gestorven zouden zijn. In principe maakt het weinig uit want het maakt je biertje, dat nu SMB (San Miguel Beer) heet, alleen maar feestelijker. SML (San Miguel Light) is de tegenhanger en ook de reden waarom ze de namen hebben aangepast ergens in de afgelopen twee jaar.
Op een stuk of tien enorme LCD schermen speelt een videoclip van een Amerikaanse Hip-hop rap-duo. De muziek staat zo hard dat een gesprek bij voorbaat al is uitgesloten en de bas stompt je bij elke dreun van de speakers in je maag. Het is mijn muziek in ieder geval niet maar een groep Amerikaanse jongens, inclusief achterstevoren gedraaide honkbal petjes, driekwart schreeuwende shorts en opzichtig gekleurde Nike gymschoenen, vermaken zich prima. Een wijnkoeler gevuld met gele pingpongballen wordt door een van de jongens onverwacht geleegd op het podium en de danseressen duiken over elkaar heen als dolfijnen. Een wirwar van lichaamsdelen is het gevolg.
Een enkele danseres, die zonder enige twijfel op de been blijft en doordanst, kijkt met afschuw naar de collega’s die over elkaar heen duiken om zoveel mogelijk balletjes te bemachtigen. Die balletjes brengen namelijk geld op en dat is ook de reden waarom die meisjes hier staan te dansen. Geld! Voor vijf euro per avond staan ze hier vanaf vijf uur ’s middags tot twee uur ’s nachts zichzelf uit te sloven. Hun uniformen zijn een mengsel van een witte bikini met overblijfselen van oude vitrage’s. Persoonlijk kan ik het niet prikkelend noemen wat ik zie. Maar ik ben geen expert op dit gebied. Als ik een cijfer voor het geheel zou moeten geven dan zou dat zeker geen voldoende zijn.
Terwijl ik over “Fields Avenue” terug richting ons hotel loop probeer ik me bij de namen van de bar en de kleding van het deurpersoneel voor te stellen wat ik binnen zal aantreffen. Een onmogelijke opdracht! En dat is ook precies de reden waarom ik bij “La Bamba” binnenstap. Het licht is gedempt rood en uit de muziekinstallatie klinken de Rolling Stones. Ik wordt direct herkend en de serveerster bied me dezelfde kruk aan als eergisteren.

‘SMB’, zeg ik tegen het meisje achter de bar en ik krijg het biertje exact hetzelfde geserveerd als in de bar die ik ben ontvlucht.
De muziek bepaalt wat voor soort klanten en mannen hier binnen zitten. Ze zijn allemaal, geen enkele uitzondering, boven de veertig. Op het podium staan een twintigtal meisjes in gouden bikini’s te dansen. Ik denk voor een moment na. Waren die bikini’s twee dagen geleden ook goudkleurig? Niet dat het belangrijk is maar ik meen me van vorige bezoeken aan Angeles City te herinneren dat ze voor elke dag van de week een andere kleur bikini op voorraad hebben.
Ik drink van mijn biertje en zie twee mannen, 100% zeker Australiërs gezien de kleding, binnenkomen. Ze staan direct voor het gordijn als zoutpilaren bevroren in de tijd. Die zijn hier voor het eerst! Dat is ook 100% zeker. Ze kunnen hun ogen niet van de dansende meisjes af houden! Ze nemen na enkele minuten plaats op een van de banken aan de overkant van de bar en bestellen onwennig wat te drinken.
Onwennig omdat ze hier voor het eerste zijn. De serveerster moet eerst de hele drankkaart inclusief de prijzen oplezen voordat de twee tot een beslissing kunnen komen. Het opsteken van mijn wijsvinger naar het meisje achter de bar is voldoende voor mij om een volgend biertje te krijgen. Een Coke Zero en een SMB worden geserveerd en het bonnetje gecontroleerd.
De dansers worden gewisseld en gaan over tot de verplichte animatie van de wachtende klanten. Zij weten, uit de oogopslagen van de klanten, wie er een potentiële klant is of wie waarschijnlijk zal bezwijken voor het geven van een lady-drink. Een wandeling rond het podium terwijl Rod Steward vraagt of we hem sexy vinden. Enkele van de meisjes raken verstrikt in de grijpende tentakels van een van de toeschouwers. Het wordt druk voor de serveersters die de “lady-drinks” moeten serveren. Ook deze lady-drinks brengen voor de meisjes geld op.
Geld, dat is de enige reden dat die meisjes hier zijn. Geld, om hun arme familie elders in de Filippijnen te voeden. Geld, om hun leven enigszins te verbeteren. Soms komt er meer bij kijken. Een nieuwe partner die maandelijks een paar centen stuurt? Een nieuw leven in een ver vreemd land? Maar altijd met de gedachte om het leven van hun arme familie thuis op hun geboortegrond te verzachten of te verbeteren.
Ik bestel nog een biertje terwijl AC/DC over de snelweg naar de hel rijdt. Ik ken geen medelijden meer. Bedelaars zijn gewone medemensen. Ik ken wel respect. De danseressen verwisselen weer van plaats en de molen draait langzaam verder tot sluitingstijd. Één veertig voor een biertje is best te doen met deze oneindige klucht voor mijn ogen!
Copyright/Disclaimer