maandag 9 november 2015

Filippijnen: De geur van cement

San Antonio (Mamsi Homestay (Front Room)

De ochtend is hier in de tropen veruit het beste moment van de dag. ’s Nachts daalt het kwik tot 23 à 24 graden Celsius en dat is fris te noemen, de nachten koud noemen zou te ver gaan. Ergens in de stille donkere Filippijnse nacht heeft Lyka de ventilator uitgezet omdat de dunne deken die haar beschermd tegen de muggen nu niet meer beschermd tegen de frisse temperatuur van de Filippijnse nacht.
Op de bovenste trede van het trapje voor het huisje, “Mamsi Homestay”, sip ik van mijn eerste mok koffie van deze ochtend. Het is nu een gewoonte die ik al zeker een jaar in stand hou is. “Amerikaanse koffie” noem ik het. “Slappe leut” zouden jullie het in Nederland noemen. Van een koffiepad zet ik twee koppen koffie, de hoeveelheid water natuurlijk. Ik drink de koffie zwart dus hij wordt niet verder verdunt. Maar na een jaar heb ik wel eens het idee dat de HEMA mocha nu ook voor me te sterk wordt. Het is en blijft dus gewenning hoe sterk de koffie is.
Het dikke monster, die ik nu tot “de Nachtbloem” heb gedoopt, verschijnt om iets voor zevenen op een brommer met twee jongens op het toneel. Ze duikt meteen de koelkast en voorraadkast in. Zoals ik al eerder schreef, het zijn net mieren op zoek naar voedsel. Mijn aanwezigheid op de trap voor de toegang naar het huis is voldoende om de twee jongens te laten omkeren en ze verdwijnen achter de bamboe afscheiding van de buren uit het zicht.
Zijn ze zo dom dat ze denken dat ik ze niet meer kan zien? Ik hoor ze praten en zie de felgekleurde kleding door de spleten in de bamboe afrastering! Achter mijn rug slurpt het vette monster aan een kom Milo met extra suiker. Gelukkig weet ze nu dat de zak brood op de koelkast verboden terrein is. Dat brood is voor mij! Brood is namelijk zeldzaam en ik mag van geluk spreken dat ik redelijk brood kan vinden. Bijna al het brood is van dat extra gesuikerde brood. “Chinees brood” noem ik dat naar de veelal Chinese bakkers die het ook vers bakken. Na enkele happen voel ik me beroerd en misselijk worden.

De twee bouwvakkers die de klus hebben aangenomen verschijnen, het zijn twee jongens uit de groep die ook de vloer hebben gestort. De prijzen voor een dag arbeid zijn al afgesproken en mamsi verteld me dat de twee samen 550 peso per dag kosten. Elf euro voor twee man die samen tien uur werken! (Zouden deze twee met hun gezin naar Nederland willen komen en hun bamboehutten en alle waardeloze rotzooi die ze bezitten achterlaten?)

Het zwarte zand, of beter gezegd een mix van vulkanische as en gesteente, moet eerst worden gezeefd. De Twee mannen bezetten ieder een kant van de zeef die de opperman ondertussen heeft vol geschept. De taken zijn duidelijk verdeeld! De stukadoor heeft de kennis, het gereedschap en dus de leiding. Hij krijgt ook het beste betaald. De andere man is allang blij dat hij vandaag niet de zware manden en dozen met sardines hoeft te sjouwen. Af en toe een doormidden gezaagde jerrycan vol met specie naar binnen sjouwen is een betere klus. En dat voor € 4,- per dag!
Er wordt hier in de Filippijnen werkelijk niets dat nog bruikbaar is weggegooid en nog voordat de cement aan het gezeefde zand wordt toegevoegd duiken de twee op een hoop hout en bamboe dat mamsi aan de zijkant van het huis heeft opgestapeld. In een druk overleg trekken ze planken en bamboe latten uit de stapel. Vol verbazing bekijk ik de handelingen en op dat moment heb ik nog geen enkel idee over het doel dat ze met dat hout en bamboe voor ogen hebben.

Een blik met recht geslagen verroeste spijkers, “Expandet bevestigingsmaterialen” worden nog niet geleverd in de Filippijnen, komt tevoorschijn en binnen een kwartier is er een steiger in elkaar gespijkerd die de ARBO in Nederland nachtmerries zou bezorgen. Het is misschien niet de mooiste maar hij doet net zo goed zijn werk als een dure aluminium steiger in Nederland! Ik kijk naar de stukadoor en schat hem ten hoogste zestig kilo, dat betekend dat de steiger mij niet zou kunnen dragen!

De steiger wordt op zijn plaats gezet. Buiten hoor ik de versleten schep over het beton van de straat door het cementmengsel gaan en voor mijn ogen wordt de muur natgemaakt. Met dank aan Jan van Engelen en Kick de Graaf kan er na bijna vier jaar een begin worden gemaakt om de muren in de woonkamer af te werken. Mamsi staat trots als een pauw naar me te lachen. Dit jaar zal het een hele andere kerstmis zijn.

Mijn spijsvertering roept en ik moet mijn observatie onderbreken, ik verdwijn achter het douchegordijn die de afscheiding tussen de woonkamer en badkamer is. Na bijna drie weken in het dorp met het aangepaste dieet is mijn spijsvertering nog wel regelmatig alleen zeer vertraagd. Het vezel arme dieet lijkt zelfs de laxerende werking van zwarte koffie en literflessen San Miguel bier te neutraliseren. Een keer in de drie dagen komt er wat waterig afval uit mijn darmen. Aan de maaltijden ligt het zeker niet want ik geniet nog steeds van de simpele en sobere maaltijden die mamsi ons ’s middags en ’s avonds voorzet. Ik heb wel het idee dat de kilo’s er af vliegen! Voor een moment denk ik aan de frituurpan onder het afdakje in Nederland en de heerlijkheden die we daar enkele weken geleden in bakten.

Hoewel ik niet geheel tevreden ben over sommige delen van het stukwerk besluit ik om mijn mond te houden. Alsof mamsi mijn gedachten kan lezen komt ze naast me staan en verklaard waarom de muren zo ruw blijven. Er moet namelijk nog een laag overeen van heel fijn zand vermengd met veel cement. Ik zie het al voor me en begrijp nu ook waarom de voorgevel zo glad is.
Mamsi maakt tevens van het moment gebruik om me warm te maken voor een deur in plaats van het douchegordijn tussen de woonkamer en de badkamer te plaatsen. Eerlijk gezegd wordt ik er wel een beetje moe van want ze blijven onafgebroken vragen terwijl ze je met van die hondenogen aankijken. Aan de andere kant kan ik ze ook geen ongelijk geven, het is nu eenmaal niet eerlijk verdeeld in de wereld, dus informeer ik voorzichtig naar de schatting van de kosten.
Dat het geen impulsieve ingeving is, maar een actie met voorbedachte rade, is duidelijk wanneer ze een briefje tevoorschijn haalt met daarop een duidelijke en gespecificeerde begroting in het engels. Het geheel, inclusief de arbeid, zal niet meer dan 2.000 peso, zeg maar € 40,-, kosten. Ik doe alsof ik diep nadenk en frons mijn voorhoofd alsof ik een moeilijke berekening maak. Met een gezicht als een kind dat nog even moet wachten om het grootste Sinterklaas cadeau onder de schoorsteen open te maken staat ze naast me te wachten. Ze is zichtbaar opgelucht wanneer ik het plan goedkeur. Ik vertel er wel duidelijk bij dat dit voorlopig het laatste is omdat ook mijn geld niet oneindig is.

Ik moet gelijk denken aan een overleden vriend van mij in Pattaya, Colin. Hij was al diep in de zeventig en had een Thaise weduwe die goed voor hem zorgde. Dat was het probleem niet! Het probleem was dat ze uit een klein dorp uit het verre noorden van de Isaan, vroeger Laos, kwam. Een dorp zonder winkel of bank, een dorp zonder stromend water of telefoon.
Voor dit simpel denkende, maar zeer zeker goedhartig, mens was de komst van een ATM machine in het dorp, die haar voorstellingsvermogen ver te boven ging, een openbaring. Zij kon het niet bevatten dat je er een klein stukje langwerpig plastic instak, een viercijferige code intoetste, met als gevolg dat er geld tevoorschijn kwam. En wat voor geld? Zo maar een halfjaar salaris voor iemand die 24/7 op de rijstvelden ploetert! Gratis en voor niets! En twee weken later kon je dat weer doen!
Lange avonden heeft Colin geprobeerd haar uit te leggen dat er aan de andere kant van de machine, in Engeland, er geld in moest worden gestopt in de vorm van zijn pensioen. Tevergeefs, ze kwam niet verder dan de gedachte dat er een eindeloze stroom bankbiljetten uit die gekleurde machines kwam. Uiteindelijk heeft Colin het simpel opgelost. Op een ochtend ging hij met haar, na een dag en nacht gezeur aan te hebben gehoord, naar de ATM en toetste een verkeerde PIN-code in. Verbaasd stond ze naar de machine te kijken toen er geen geld tevoorschijn kwam.
De blik in haar ogen vertelde boekdelen en Colin begreep dat hij om haar te overtuigen het nog een keer moest proberen. Hij herhaalde zijn truc en tevreden gingen ze samen terug naar het huisje tussen de rijstvelden. ’s Avonds tijdens het avondeten vertelde ze Colin dat ze begreep dat er geen geld meer uit de machine kwam. Het papier was op en ze zou het goed in de gaten houden wanneer er weer een nieuwe rol papier in de machine zou worden gezet. Ze had het van een vriendin gehoord die het met haar eigen ogen had gezien!

En dat is gelijk de strekking van het verhaal. Je kan ze niet leren om met geld om te gaan omdat ze uit een andere cultuur komen en een totaal andere instelling hebben.
”Vandaag is belangrijk, morgen zien we wel weer!”, is de instelling waar ze mee opstaan en mee naar bed gaan.
Dus komende zondag zal ik in het huishoudbudget moeten snijden. Wanneer uitleggen niet werkt is een kleine leugen voor hun eigen bestwil toegestaan. En we komen die week toch wel door, we komen ècht niet om van de honger!

Copyright/Disclaimer