vrijdag 22 juli 2011

Filipijnen: Op weg naar het zuiden

Manila (Slouch Hat (205))

De rustige dagen in Angeles kwamen tot een einde. De regen die soms uitbundig neerdaalde uit het gesloten wolkendek bepaalde de indeling van de dagen. Lekker spaghetti eten en door een dichtbevolkt winkelcentrum lopen.

Maar deze vrijdag werd het dus tijd om naar het zuiden te verkassen. Van mijn vorige bezoek aan Manila wist ik een plaats om te slapen waar er een familie kamer was. Een tweepersoonsbed en een stapelbed stonden in een kamer met een kleine bar en een aanrecht. Én dat was nu precies wat we nodig hadden! Zo konden we de kosten een beetje drukken door met z’n drieën een kamer te delen. Een hostel zoals ik al jaren gewend ben. Maar eerst met de bus naar Manila.

We werden precies op tijd opgehaald en de bus was, én bleef, beangstigend leeg. Henk vroeg me om de reden en was niet bevredigd met mijn antwoord dat het regen en tyfoon seizoen was.
‘Mensen die hier echt niets te zoeken hadden zaten nu op een andere exotische lokatie!’

Het landschap veranderde langzaam en het bleef natuurlijk niet opgemerkt dat we de buitenwijken van Manila binnen reden. Manila is ook weer anders dan de andere grote steden in de opkomende economieën in Azië. De armoede is er schrijnend en zet aan tot criminaliteit. Maar deze criminaliteit is niets anders dan de wil om te overleven. Zelfs vergeleken met Jakarta en Calcutta is het hier heel armoedig.
Een tropische regenbui brak los en het verkeer stond al snel muurvast. Dit omdat de nutsvoorzieningen zijn achtergebleven bij de snelle groei van de buitenwijken. Braak liggend land veranderd in krottenwijken die op hun beurt weer veranderen in baksteen en beton. Onder de grond veranderd er niets! Een dunne rioleringspijp kan het overvloedige water niet meer aan en bij de eerste de beste regenbui staat een hele wijk blank.
Via een omweg arriveerden we bij de “Swagman” en om de hoek lag het “Slouch Hat Hotel”. Onze kamer was klaar en was ook nog precies zoals ik me de kamer herinnerde. We moesten wel met z’n allen hard lachen om Henk in het stapelbed.
Veel tijd besteden we niet op de kamer want er moest eerst wat worden gegeten. Ik wist nog een winkelcentrum niet ver van ons hotel waar een overvloed aan goedkope restaurants was. Maar het begon natuurlijk weer hard te regenen. Een voor mij onbekend restaurant in een nieuwe woontoren schuin tegenover het hotel was voor ons voldoende.

Het was schrijnend om de armoede aan de andere kant van het glas te zien terwijl wij ons te goed deden aan spiesen met varkensvlees. Henk kon het niet langer verdragen en rolde zijn overgebleven rijst weer terug in het bananenblad en gaf het aan een naakt kind die buiten voor de regen stond te schuilen.
Het kind keek Henk aan alsof hij de paashaas in een rood pak van de kerstman voorbij zag komen. Hij at er in ieder geval niet van en ik vraag me af wat er met de rijst is gebeurd.

Door de regen liepen we snel weer terug naar het hotel dat we vandaag niet meer verlieten. We dronken een paar biertjes aan de bar en aten ons diner in het kleine restaurant. Pork Adobo en Philippine Beef Steak stonden deze avond op het men. En het smaakte ons uitstekend!
Copyright/Disclaimer