maandag 18 augustus 2025

USA: Op weg naar Montpelier

White river

Montpelier (Corby en Lalitha), donderdag 21 april 2011

Heb ik toch onterecht gedacht dat ik vannacht alleen op de kamer zou slapen. Om kwart voor twee werd ik wakker van het felle licht en twee Koreaanse jongens, die zich meteen begonnen te verontschuldigen toen ik zonder wat te zeggen langs hen heen liep om mijn blaas te gaan legen. Die vier halve liter blikken bier waren me slecht gevallen! Ook vreemd, want gisteren heb ik in één ruk doorgeslapen zonder dat ik midden in de nacht naar het toilet moest.
De twee jongens lagen al tussen de lakens en verontschuldigden zich opnieuw toen ik het licht uitdeed.
‘No problem!’, fluisterde ik ze toe om ze op hun gemak te stellen en kroop zelf ook weer in mijn warme bed.
Tot de wekker om zes uur afliep heb ik af en toe nog wel geslapen maar niet echt vast geslapen zodat ik vermoeid ben opgestaan. Er zit niet anders op dan het licht aan te doen en snel mijn rugzak te pakken. In een situatie als deze is het nooit een goed idee om beleefd te zijn. Je rugzak pakken moet met het licht aan omdat je anders wel eens het één of ander kan vergeten en dan wordt je beleefdheid afgestraft.
De twee slapers draaiden zich weg van het scherpe licht van de tl-verlichting en kruipen helemaal onder de dekens. Binnen tien minuten ben ik klaar en inspecteer voor de laatste keer de vloer rond, en onder, mijn bed. Ik ben niets vergeten en ga naar beneden om uit te checken. En daar was de eerste tegenslag van de dag.
De gemeenschappelijke ruimte en keuken gaan ’s morgens pas om zeven uur open. Geen koffie en geen internet voor deze reiziger. Er zit niets anders op dan op weg te gaan naar het “South Bus Station” om te kijken hoe en wat de situatie met de bussen is. Ik ben er ook bijna honderd procent zeker van dat er in, of in de buurt van, het station voldoende koffie gelegenheden zijn waar ik ook een broodje kan eten en misschien zelfs wel Wifi zal aantreffen.
2011-04-21_063024flickr De laatste USD 1,70 verdwijnt van mijn “Charlie Card” voor de rit met de ondergrondse. In de groene lijn ga ik op pad naar het “station Park Street” station. Overstappen op de rode lijn en de tweede halte is mijn eindbestemming. Het is nog geen zeven uur en er liggen nog drie hele uren tussen nu en het vertrek van mijn bus naar Montpelier.
In de grote hal van het “South Station” tref ik een dozijn restaurants van verschillende bekende fastfoodketens aan. Dus met het ontbijt zit het straks wel goed! Maar eerst ga ik op zoek naar de plaats vanwaar mijn bus zal vertrekken. Ook dit is geen probleem en binnen vijftien minuten sta ik in het enorme busstation met alle antwoorden op al mijn vragen bevestigd.
Ik heb ook het nog missende buskaartje voor komende zondag van Montpelier naar Montreal in mijn hand. Allemaal gaat bij Greyhound allemaal heel efficiënt en eigenlijk is dat zoals ik het had verwacht. Op het schone gratis toilet in het busstation denk ik er over na hoe dit allemaal in Nederland zou gaan. En mijn uiteindelijke conclusie is niet echt een mooie.
Ten eerste moet je nu in Nederland een toeslag betalen als je een papieren kaartje aan een loket wil kopen. De medewerker van de spoorwegen is meestal ook niet echt vriendelijk. De veelal iets te voluptueuze vrouw met een kastanjekleurig geverfd mannenkapsel is het niet het voorbeeld van het vriendelijk gezicht van Nederlands grootste personen vervoerder!
Maar het wordt allemaal nog erger wanneer je nadenkt over de toiletten bij de Nederlandse Spoorwegen! Als ik me goed kan herinneren moet je tegenwoordig in Utrecht op het centraal station nu € 0,50 betalen om je behoefte in een smerig hok te doen. In een ver verleden heeft een hoge ambtenaar berekend dat door het uitbesteden van de toiletten op de grotere stations, en het sluiten van de toiletten op de kleinere stations, zijn bruto jaarsalaris met enkele duizenden Euro omhoog kon.
En dan denk je als hoogopgeleide ambtenaar natuurlijk niet meer aan de ongemakken voor de honderdduizenden reizigers die elke dag in en om de treinen naar het toilet moeten. Hoge ambtenaren hebben dienstauto’s betaald door werkend Nederland!
En natuurlijk ook niet aan de contractant van het toilet die zelf nooit aanwezig is omdat zijn BMW naar de garage moet! Het uitbaten van de toiletten, en zijn andere belangrijke sociale werk, heeft hij bij voorkeur uitbesteed aan een student die het echt geen reet kan schelen of de toiletten schoon zijn of niet!
Die student gaat voor de acht euro per uur minimum loon rustig zitten lezen in zijn studieboeken en wisselt af en toe een bankbiljet of een euromunt voor een wanhopige passagier. Dit natuurlijk alleen wanneer per ongeluk zijn oog op de persoon in nood valt.
Met die vreselijke gedachten over hoe slecht die dingen geregeld zijn in ons moderne en vooruitstrevende Nederland ga ik maar op zoek naar een kop koffie en een broodje op een vreemd station in Boston.
Amtrak Acela Express Ook de Verenigde Staten van Amerika heeft haar eigen hogesnelheidslijn. Deze trein heeft de exotische naam de “Amtrak Acela Express”. De gewone spoorlijn van Boston naar Washington DC is het territorium van deze snelle trein die veel overeenkomsten heeft met de hogesnelheidstreinen in het Verenigd Koninkrijk. Mannen een treinen, een perfecte combinatie!
Bagel met creamcheese Bij “Au Bon Pain” gaan mijn ogen een paar keer over de menukaart en ik kies uiteindelijk voor een “Bagel with Creamcheese”. Dat heb ik wel eens op de tv gezien dat Amerikanen dit broodje vaak eten. Het is een Joodse combinatie en het is Koosjer. Een koffie en een broodje ei met bacon en kaas voor onderweg in de bus complimenteren mijn bestelling.
Helaas is er in het enorme treinstation sinds de aanslagen van 9-11 geen gratis internet meer dus duik ik maar in mijn reisverhalen. De tijd vliegt om en ik neem nog maar een slok uit mijn koffiebeker om te ervaren dat die echt tot op de bodem leeg is gedronken. Mijn horloge geeft tien over negen aan en ik vindt het tijd om maar eens te gaan kijken of mijn bus er al is.
De routine van het aan boord van de “Greyhound” bus gaan is eenvoudig. Ruim een half uur van tevoren vormt zich een beschaafde rij op de plaats waar de deur van de bus gaat verschijnen. Ongeveer vijftien minuten voor het vertrek komt er een medewerker die de regels voor het aan boord gaan nog een keer luid en duidelijk uitlegt aan de wachtende passagiers. Het is een beetje als de verplichte uitleg in in vliegtuig van de zuurstofvoorziening uit het dak, de nooduitgangen en de zwemvesten. Iedereen kent het ondertussen uit hun hoofd maar ze blijven het je tocht vertellen.
Wanneer iedereen zijn plaatsje in de bus heeft gevonden rolt de bus langzaam het busstation uit en ik ben eindelijk op weg naar mijn volgende halte van deze mooie reis op het Noord-Amerikaanse continent. Er is maar weinig verschil met de vertrekkende bussen in Azië. Binnen een half uur ligt bijna iedereen te slapen terwijl ik als een van de weinigen het aan mijn oog voorbij trekkende landschap aan de andere kant van het raam bestudeer.
Het eerste stuk van de reis is er veel dun hout begroeiing afgewisseld met moerassen. Het moet hier echt een vreemde en angstaanjagende wereld zijn geweest enkele eeuwen geleden ten tijde van de publieke berechtingen van de heksen!
De eerste heuvels doemen op aan de horizon en voordat ik het weet rijden we door een dicht bebost heuvellandschap. De jongen op de stoel naast me verteld over de Tomcat’s, Poema of Bergleeuw, beren en Elanden die hier in de bossen nog in het wild voorkomen.
White river De grauwe grijze dichte bossen bezaaid met grote zwarte brokken half gesmolten sneeuw zien er niet echt uitnodigend uit. Ik ben hier ook in de mysterieuze omgeving waar Stephen King de meest waanzinnige ideeën voor zijn fantastische boeken opdeed.
Voor korte stop in “White River Junction" roept de chauffeur een waarschuwing om over de intercom. Alle wilde dieren, zoals nog niet zolang geleden beschreven door mijn buurman, passeren de revue en het gevaar is voor iedereen duidelijk. Ik kies ervoor om de bus alleen te verlaten voor een bezoek aan het toilet en snel als een haas zit ik binnen enkele minuten weer op mijn stoel. Het is niet ver meer tot mijn bestemming voor vandaag.
Het is best wel grappig dat wij ergens in het verleden de data in onze belevingswereld verkeerd hebben begrepen. Corby is in de veronderstelling dat ik morgen pas zal arriveren maar het is toch zeker een dag eerder. Gelukkig weet het adres van de Corby familie en ik hoop dat Lalitha thuis is.
Montpelier is een vriendelijke groene stad in de heuvels van noord-oost USA. De stad voelt aan als een dorp wanneer ik de bus verlaat. De chauffeur knikt vriendelijk naar me wanneer ik van de laatste trede van de bus op het asfalt stap.
Griffin familyGriffin familyGriffin family Na een korte wandeling door de straten van Montpelier zit ik aan de koffie in de keuken met Lalitha. De tijd vliegt om en Corby komt iets eerder thuis van zijn werk. We hebben elkaar vier jaar niet gezien en hebben natuurlijk elkaar veel te vertellen.
Salade Na een heerlijke Maleisische maaltijd, de rijst en kerrie ben ik vergeten te fotograferen, maar de salade is wel voor de eeuwigheid vastgelegd, brengen we de avond door met elkaar en halen veel verhalen uit het verleden op. We hebben snel nog wat biertjes gehaald en dat maakt het een stuk gezelliger.
Mijn bedje Het is al snel middernacht en tijd om naar bed gaan. Ik slaap op het bed van zijn dochter de komende drie nachten. Ze is trots om haar bed af te staan aan een vriend van haar vader die van heel ver is gekomen. Morgen heb ik genoeg tijd om in mijn eentje deze kleine hoofdstad van een bijzondere Amerikaanse staat te gaan bekijken.

maandag 11 augustus 2025

Sri Lanka: Colombo is totaal anders

Het wandelpad langs de zee

Colombo (Grand Oriental Hotel Colombo), donderdag 14 februari 2008

De grote fles “Lion Beer” heeft niet gedaan waarvoor ik hem had ingehuurd! Ik heb niet al te best geslapen in de nieuwe omgeving met vreemde geluiden en een airconditioning die om de tien minuten begon te rammelen als een oude dieselbus. Nog onzeker of ik de wekker wel op de juiste tijd had staan schrok ik bij het eerste daglicht dat tussen de gordijnen door kroop wakker. Sri Lanka heeft vier en een half uur tijdsverschil met Nederland. Ik zie jullie denken!
‘Vier en een half uur tijdsverschil?’
Ja, dat klopt, tijdzone’s zijn niet alleen in hele uren.
Ik kom net terug van het toilet wanneer de wekker om zeven uur afloopt, hij staat dus goed. Na een koude douche ben ik goed wakker en klaar voor het ontbijt dat in de prijs is inbegrepen. Het ontbijt is erg uitgebreid met alles wat je in principe verwacht van een ontbijtbuffet in een vier sterren hotel.
Met een fantastisch uitzicht over de haven, streng verboden om te fotograferen drukt een ober mij voor de zekerheid op de borst, werk ik de omelet, bacon, worstjes, witte bonen in tomatensaus en de toast op mijn gemak naar binnen. De thee is zo sterk dat mijn maag zich samentrekt. Een wolk melk maakt het wat beter maar ik heb zo’n hekel aan thee met melk dat ik morgen toch maar de koffie probeer.
Grand Oriental Hotel ColomboCargills (Ceylon) Building Om iets over half negen stap ik voor het eerst het hotel uit om Colombo te ontdekken. Ik ben verbaasd over wat ik om me heen zie. Britse koloniale gebouwen alom! Mijn eerste indruk is dat Colombo totaal anders is dan elke andere hoofdstad van welk land waar ik ooit ben geweest.
Ik vindt dat Colombo het meest op Rangoon in Myanmar lijkt met modernere auto’s. Er zijn ook zoveel militairen en politiemensen op de been dat je je meteen veilig voelt in deze stad. Ik ben wel erg verbaasd dat er straten, en ook hele buurten, zijn afgezet met prikkeldraad en dat je op heel veel plaatsen niet mag fotograferen. Dat zal buiten Colombo hopelijk toch wel anders zijn?
Koloniale gebouwenKing coconut met lokale filmster Overal langs de weg liggen takken met grote gele, of zijn het gouden, kokosnoten. Elke verkoper ziet in mij een kans om zijn slag te slaan maar geen van de verkopers weet dat ik helemaal niet verzot op kokosmelk ben. De verkopers noemen ze de “King Coconut”. Deze verkoper gebruikt een foto van een beroemde Sri Lankaanse filmster om zijn handelswaar nog meer aan te prijzen.
Het wandelpad langs de zee Ik heb de kaart van het centrum van Colombo goed bestudeerd en na een paar keer te zijn doorverwezen door de militairen richting een omweg sta ik eindelijk aan het water, de Indische Oceaan. Het grote grasveld waar anderhalve week geleden de parade ter ere van zestig jaar onafhankelijkheid is gehouden ligt er nu weer rustig bij. Het ruisen van de golven die breken of het zand is rustgevend.
Het duurt niet lang of de eerste (gratis) gids meld zich met een smoes aan mijn zijde. Het is toeval en een geluk voor mij dat hij vandaag jarig is. Ik kan daar niet heen en daar niet naar toe wegens de militaire afzettingen. Dit en dat zijn vandaag gesloten maar daar kan hij me toch mee naar toe nemen omdat hij iemand van de bewaking kent. Ik heb heel erg veel geluk want er is vandaag een unieke optocht met wel vijftig olifanten niet ver hier vandaan. We moeten wel een Tuk-Tuk nemen want we zijn al aan de late kant. Nadat hij begrijpt dat al zijn verhalen weinig indruk op mij maken verdwijnt hij net zo snel als hij is verschenen.
Na minder dan tweehonderd meter heb ik er weer één aan mijn kont hangen. Met dezelfde verhalen en precies dezelfde opmerkingen. alsof ze zijn ingestudeerd! Nog voordat ik hem afgeschud heb mengt zich een Tuk-Tuk chauffeur in de komedie. Hij komt met een aanbod dat beide gidsen ruim overtreft. Ik lok hem een eenrichtingsweg in en maak zelf rechtsomkeer, de achterkant van zijn Tuk-Tuk is het laatste dat ik van hem zie. Althans, dat dacht ik!
Nummer twee heeft zich ondertussen zelf in een Tuk-Tuk genesteld en samen met de chauffeur proberen ze mij de pas af te snijden, om mij zo over te halen om met ze mee te gaan. Een nieuw verhaal over goede vriend van hem die juwelier is en hij zal mij zeker wel veertig procent korting op het goud en de edelstenen geven. Ik kan mij ogen niet geloven wanneer Tuk-Tuk nummer twee zich ook weer in de strijd mengt. De Tuk-Tuk’s snijden elkaar op gevaarlijke wijze de weg af en op één moment heb ik een Tuk-Tuk aan elke zijde rijden.
Ik loop een smalle drukke straat in met de twee Tuk-Tuk's in mijn kielzog. Een paar keer verander ik snel van richting waarna de chauffeurs vreemde capriolen moeten uithalen om me te blijven volgen. Met als gevolg een oorverdovend getoeter door de vastgereden vrachtwagens en andere weggebruikers valt hun ten deel.
Ik herhaal dit een paar keer, in evenveel minuten, met een schaterlachende menigte Sri Lankanen op de stoep. Door de drukte in de straat en het ontwarren van de verkeersopstopping denken ze niet meer aan mij en ik verdwijn onopgemerkt in de smalle straatjes van deze wereldstad.
Christ Church, Galle Face - Church of CeylonBomaanslagen in Colombo Nu kan ik mij meer op het dagelijkse leven in Sri Lanka, en haar cultuur, concentreren. Colombo is op het eerste oog een vreemde stad! Met de Europese ontdekkingsreizigers zijn hier ook de Christelijke missionarissen gearriveerd. Natuurlijk waren de katholieken hier het eerst maar later kwamen de Nederlandse en Britse protestanten. De witte vierkante kerktoren van de “Church of Ceylon” kan zo maar ergens in Groot Brittannië of Nederland staan.
Een ander koloniaal gebouw oogt vreemd en alle openingen op de begane grond zijn dichtgetimmerd met houten platen. Ik weet niet goed wat ik ervan moet denken maar het antwoord word me aangegeven zonder dat ik er om gevraagd heb. ‘Tamil Tigers bommen!’, fluistert een voorbijganger alsof het om een groot geheim gaat.
Kompannavidiya treinstationOude wagon De spoorweg is ook hier op Sri Lanka door de Engelsen gebracht, net als in India. Het spoor was een belangrijk vervoermiddel in de voormalige Britse koloniën. We gaan er zeker nog heel veel van zien deze reis.
Toegangshek tot onbekende tempelWoning in Colombo Armoede is troef in dit door een burgeroorlog verscheurd land. Zoals gewoonlijk is het een kleine militante minderheid die de hardwerkende gewone mensen wil overheersen. Geloof, politiek, geschiedenis en vreemde ideeën gaan vaak hand in hand onder de minder bedeelden van onze planeet. Een onbekende sobere Boeddhistische tempel en een vreemde woning passeren mij op mijn pad.
Nescafé muurschilderingNescafé muurschilderingMesjesdraad langs de straat Kleurrijke vrolijke reclame op een muur voor een wereldberoemde oploskoffie in een stad die bijna dagelijks het slachtoffer is van bomaanslagen. Ik moet dit even laten inzakken in mijn gedachten. Ook omdat de vrolijkheid wordt afgewisseld met rollen mesjesdraad om ongewenste bezoekers af te weren. Het is voor mijn gevoel een stad, en waarschijnlijk ook een land, met grote tegenstrijdigheden.
Het valt me onderweg ook op dat er voor Aziatische begrippen heel weinig kleine winkeltjes en eethuisjes zijn. Ik vraag mij dan ook af of al die inwoners van Colombo gewoon zelf thuis koken en eten. Er is niet zoveel stank, maar als je in de buurt komt van een vismarkt of slachthuis dan is de stank zo erg dat je adem wordt afgesneden. Af en toe zoek ik kokhalzend een uitweg naar een punt met frisse lucht.
In het gebied rond het fort kun je bijna niet verdwalen, de “Twin Towers" van het “Colombo Trade Center” zijn bijna altijd te zien.
Stadsbussen in ColomboFort Railway station Het openbaar vervoer in Colombo lijkt van een acceptabele kwaliteit te zijn. Overal passeren met passagiers gevulde gekleurde bussen en ik loop weer tegen een tweede spoorwegstation aan. De gewone trein doet in de stad Colombo ongetwijfeld dienst als een soort metro. Om de paar honderd meter is er weer een station waar de forensen kunnen in- en uitstappen.
Na de ochtend wandeling moet ik echt zoeken naar een plaats om wat te eten. De lokale YMCA lijkt een van de uitgesproken plaatsen waar ze voedel serveren aan toeristen. De menukaart in de YMCA in in ieder geval in het Engels en de zaak zit tot aan de nok vol met mensen die tot aan hun ellebogen in de rijst met kerrie zitten te roeren.
Een korte wandeling met mijn vingers door de menukaart, en daarna met mijn benen langs de enorme pannen gevuld met een waterige kerrie in verschillende kleuren.
Bryani met kip in de Colombo YMCA De kerrie is me op dit moment nog wat te avontuurlijk dus kies ik voor de “Biryani”, een kruidige zeer smakelijke rijst die ik uit Maleisië ken. De Biryani smaakt goed en ook de kerrie met rundvlees die ik later bestel is heel smakelijk. Alleen de groente die ik erbij krijg kan ik niet plaatsen. Het heeft ook een voor mij geheel onbekende smaak, niet vies, maar de smaak van het groentegerecht staat wel me snel tegen.
Het lauwe flesje “Mirinda” limonade is absoluut niet te drinken! Het is een mierzoete soort Fanta. Een klontje ijs in je frisdrankje is natuurlijk geen aantrekkelijke oplossing! Bij gebrek aan Cola, een flesje drinkwater is zeker geen alternatief, zou ik het liefste een ijskoud biertje drinken. Vanavond probeer ik een andere Sri Lankaans gerecht, tenminste, wanneer ik een aantrekkelijke eetgelegenheid kan vinden in de buurt van mijn hotel.
Nu ik mijn eerste kennismaking met de stad heb gemaakt wordt het tijd om de eerste culturele bezoeken te gaan afleggen. De eerste bezienswaardigheid op de agenda blijkt zo moeilijk te vinden dat het uiteindelijk de laatste bezichtiging van de dag word. Een samenspel van militaire controlepunten, die ik absoluut niet mag fotograferen, en de onduidelijke kaart op mijn “Garmin Oregon t400” GPS blijven mij de verkeerde kant op sturen.
Ramlal Maharajah Nergens staan er borden die de richting aangeven naar de toeristische attracties! Er staan sowieso weinig richtingsborden in Colombo! Is dat om de terroristen te verwarren? Dat zou zo maar kunnen. Ik sta voor de “Ramlal Maharajah” en kijk mijn ogen uit. Wanneer ik deze foto later op mijn hotelkamer bekijk besef ik dat alles wat mijn wandeling in Colombo vandaag uniek maakt op deze foto staat. Een koe als een lastdier, een stalen kar vol met huishoudelijk afval, twee Sri Lankanen waarvan een op blote voeten en een tempel die wel wat onderhoud kan gebruiken.
Wolvendaalsche kerk Het heeft even geduurd maar uiteindelijk sta ik voor de “Nederlandse Protestantse Kerk Wolvendaal”. Het gebouw is niet erg indrukwekkend maar daarom niet minder belangrijk voor de geschiedenis van Nederland in de overzeese koloniën.
Na het schudden van de kaarten tussen de Europese koloniale grootmachten is de “Nederlandse Protestantse Kerk Wolvendaal” gesticht in 1642. Zijn huidige vorm is pas in 1749 ontstaan.
Oude grafstenenOude grafstenen De koster van de “Wolvendaalse Kerk” geeft mij met plezier een rondleiding door de kerk met al zijn antieke Hollandsche Meubelen en oude grafzerken. Deze kerk had zo ergens in een tussen fruitbomen verscholen dorpje in de Betuwe kunnen staan.
Oude grafstenen vindt ik altijd indrukwekkend en een belangrijk deel van de nog levende geschiedenis. Anno 1691, meer dan 300 jaar geleden werd hier “Juffrouw Rachel Brouwers” hier ter aarde besteld. Terwijl ik na de grafsteen kijk vraag ik me af of ik in een vorig leven ook een koloniale avonturier ben geweest.
De kansel in de Wolvendaalsche kerkHerinnering aan overleden vrouw in de Wolvendaalsche kerkOude grafstenen in de vloer van de Wolvendaalsche kerk Het interieur van de “Nederlandse Protestantse Kerk Wolvendaal” is erg indrukwekkend. Ik weet dat er steeds meer atheïsten en islamieten bijkomen maar vergeet nooit dat de religieuze kunst een heel belangrijke rol heeft gespeeld! Afgodbeelden en beelden van zwangere vrouwen zijn de oudste sporen van de denkende en creërende oermensen ooit gevonden. Een religie zonder beeldende kunst is als een lichaam zonder ziel.
De kansel vanwaar de dominee zijn kudde godvrezende gelovigen honderden jaren geleden toesprak is een waar kunstwerk gemaakt door lokale Sri Lankaanse timmerlui en houtsnijders. Een houten bord aan de muur ter gedachtenis aan een overleden echtgenote benadrukt de pijn en het verdriet van de achtergebleven echtgenoot.
Een grote deksteen in de vloer van de kerk, bovenop de laatste rustplaats van een hoogwaardigheidsbekleder, is natuurlijk een kunstwerk op zich. “Baron van Eck”, Heer van Overbeek, zocht zijn geluk, en misschien ook een nieuw fortuin, op Ceylon. Hij stierf in de strijd op het slagveld. Zijn zij die thuisbleven de winnaars? Ik denk het niet, thuis gaan de meeste mensen dood!
Sri Lanka/Colombo/ - 38Nederland bedanktWolvendaalsche Gereformeerde kerk Op weg naar de uitgang kijk ik recht in de ogen van de onzichtbare gelovigen die deze kerk honderden jaren lang hebben bezocht. Ik zie ze zitten maar ze hebben geen herkenbare gezichten. Ik knik, en de geesten van de gelovigen die niet meer onder ons zijn knikken goedkeurend terug. Ik geloof in het hogere en geesten.
Op naast de voordeur zie ik nog een uitzonderlijke set “Delfts Blauwe” tegels als dank voor de bescherming die de Nederlandse soldaten hier hebben ervaren tijdens de tweede wereldoorlog in het verre oosten. De tekst is in het Engels en dat maakt het nog meer bijzonder.
Ik kijk nog een keer over mijn schouder voordat ik de “Nederlandse Protestantse Kerk Wolvendaal” achter me laat. Ik heb voor vandaag genoeg gezien en ik ben nog steeds onder de indruk van de geschiedenis die ik vandaag in alle rust heb mogen ervaren. Ik ga richting mijn hotel.
Kleurrijke huizen in ColomboAbu Saleh Takya Mosque De huisjes die ik passeer mogen niet zijn gebouwd naar de westerse maatstaven maar ze zien er wel uit als huisjes vol geluk. De kleurige huisjes stralen geluk en acceptatie uit. Het is niet anders, onze goden verzorgen ons dat we zo moeten leven. Dat is Azië, het accepteren van je levensomstandigheden zonder enige afgunst naar zij die het beter hebben dan wij. Het Hindoeïsme en Boeddhisme zijn zeer rustgevend. Zij kennen geen afgunst! Alleen de acceptatie van de situatie waarin jij je bevind.
De “Abu Saleh Takya” moskee, geheel zonder enige artistieke inspiratie opgetrokken uit beton, is een monster van architectonische mismaaktheid dat ik geen enkele hoek kon vinden om er ook maar één fatsoenlijke foto van te nemen.
Old Town Hall Building and MuseumHet is druk op straat Dan passeer ik het oude gouverneurshuis, vreemde architectuur die ik niet kan plaatsen, dat is omgebouwd naar het “Dutch Museum”, een snelle blik naar binnen verraad dat hier weinig te zoeken heb. Toch is een eerbetoon aan de Nederlandse kolonisten opvallend en een eer.
Is het een overdekte markt of een verzameling kleine winkeltjes? Het blijft opvallend dat er bijzonder weinig winkels in het straatbeeld zijn waar ze verse etenswaren verkopen. Wellicht is er ergens een grote overdekte natte markt in de buurt?
Onverharde straatKoloniale herinneringen Dat er in Colombo nog wel aan de verbetering van de infrastructuur moet worden gewerkt wordt me duidelijk in een onverharde straat in het centrum. Er loopt een donkere strook zand/aarde door de straat waarvan het me, door de geur die het verspreid, al snel duidelijk is dat het om riool- en afvalwater gaat.
Zo, dat was dat! De eerste dag in Sri Lanka zit er voor mij op. Ik heb aardig wat kilometertjes gelopen met een blaar op mijn linker hiel als zichtbaar bewijs. Colombo ziet er op het eerste oog best interessant uit, maar ik heb na vandaag nog drie dagen in de stad. Dat lijkt een beetje teveel van het goede. Daarom ga ik morgen met de trein naar Negombo om daar ook wat in de Nederlandse geschiedenis te duiken.
Het avondeten schiet er voor mij helaas bij in, de hemel word verlicht door een oneindige lichtshow van bliksemschichten en de straten van Colombo zijn om half zeven dood en verlaten. Er zit wel een restaurant in het hotel, in de ruimte waar ‘s morgens het ontbijt wordt geserveerd, maar dat restaurant probeer ik morgen wel. Voor de een of andere reden heb ik weinig trek en meer dorst. De twee ijskoude flessen “Lion Beer” smaken me in ieder geval uitstekend!
Mijn ervaring met de peperdure “Highspeed Internet Connection” in het hotel is een drama. De verbinding is af en toe zo langzaam dat het er op lijkt dat er helemaal geen verbinding is. Het duurde een kwartier voordat ik mijn verhaal van gisteren op mijn weblog had staan! Ik kon nog net binnen de tijd de foto’s opladen maar tijd voor invoegen was er niet meer. Dat gehannes kostte me € 4.—. Jullie begrijpen dat ik naar een andere oplossing op zoek ga. Vanavond voor het slapen nog wat tv op mijn MacBook kijken en morgen om zes uur op om wat meer in de buurt te gaan verkennen.
Copyright/Disclaimer