zaterdag 8 november 2025

Indonesië: Voor het eerst over de evenaar

De Airbus A320 staat klaar om ons naar Kuala Lumpur te brengen

Surabaja (Garden Hotel), woensdag 7 mei 2008

Al heel erg vroeg in de ochtend worden de eerste stappen gezet voor onze reis richting Indonesië. Het is nog donker wanneer de bus zijn weg door het ochtendgloren richting de luchthaven van Bangkok zoekt. We zijn opgewekt en we hebben er allebei veel zin in. Het overstappen in Kuala Lumpur is geen probleem, het verschil in prijs tussen AirAsia en Thai Airways is zo groot dat de besparing voor het retour ticket bijna voor de eerste week betaald.
Tettje klaar voor het vertrekDe Airbus A320 staat klaar om ons naar Kuala Lumpur te brengen Het loopt allemaal op rolletjes en voordat we ècht wakker zijn zitten we alweer in het café naast de vertrekhal van het KLIA-LCCT in Kuala Lumpur. Koffie met een broodje en de Lonely Planet van Indonesië in de hand. Het is nu voor het eerst dat ik ècht een serieuze blik waag in de LP en een begin maak met de planning voor de eerste week van onze reis.
Het begin van onze reis door Indonesië ziet er op papier gemakkelijk uit en binnen een half uur is de eerste week ingevuld en half gepland, het reisboek kan weer dicht. Tettje heeft nu zelf ook leesvoer over de reis bij zich en dat maakt het voor mij allemaal een beetje gemakkelijker. Ik hoef nu niet vier weken de kar te trekken. Tettje voert nu zelf ook plannen, ideeën en bestemmingen aan.
Surabaya ligt al verborgen onder een deken van duisternis wanneer de Airbus A-320 iets voor zes uur in de avond land op de Juanda Surabaya luchthaven. Er valt bij de aankomst een last van mijn schouders en ik feliciteer Tettje uitgebreid met zijn eerste passage over de evenaar. Daar drinken we later vanavond nog wel een biertje op. Het is hier in Surabaya om half zes ’s morgens licht en om half zes ’s avonds weer pikkedonker. Dat is wel even wennen, en het houdt in dat je de dag vroeg moet beginnen.
Visa on Arrival in Indonesia Het was niet traumatisch maar ik had wel mijn bedenkingen of het visa bij aankomst gemakkelijk zou gaan. Had de zaak “Wilders met zijn film Fitna” hier wat veranderd voor de Nederlandse toerist? Nee dus, het ging efficiënt en snel, na de betaling van de 25 Amerikaanse dollars per persoon zit er weer een grote sticker in mijn paspoort.
Tijdens het wachten op vier Iraniërs, die uitgebreid door de immigratie worden gecontroleerd, heb ik ook nog de mogelijkheid om wat vragen te stellen aan de Engelsman achter ons die hier voor zaken is. De meeste vragen die ik stel worden snel en duidelijk beantwoord, wat onze reis naar ons gereserveerde hotel aan de rand van de binnenstad van Surabaya een stuk gemakkelijker maakt.
Vanuit de taxi bekijken we de eindeloze stoet kleine rokende tweetakt brommertjes. Ze schieten snel als vissen door het water links en rechts door het verkeer langs ons heen, ze zijn te snel om ze in je op te nemen maar snel genoeg om je te ontwijken. Onze chauffeur kan er trouwens zelf ook wel wat van. Wanneer dit de gebruikelijke manier van rijden is in Indonesië dan zullen we de komende weken nog wel een paar keer flink schrikken.
Op de luchthaven was er al een misverstand geweest over het hotel. Mijn papieren hebben het over het “Garden Palace Hotel” en de chauffeur heeft het over het “Garden Hotel” Nu geloof ik liever mijn eigen reservering dan een taxichauffeur in een vreemd ver land maar ik dit geval blijkt de taxichauffeur toch gelijk te hebben. Hoe zit de zaak dus in elkaar?
Het “Garden Palace Hotel” is een 4/5 sterren hotel met een 3 sterren vleugel met de naam “Garden Hotel”. Zelfde blok, zelfde management alleen een andere wat oudere vleugel. Ik was standvastig en wilde in de vier sterren vleugel verblijven, in het hotel met de naam die op mijn reservering stond. Aan de andere kant zie ik toch ook mijn ongelijk in. Vanzelfsprekend blijft er niets anders voor mij over dan me verontschuldigen bij de manager en we zijn allang blij dat we het tweepersoons bed kunnen omzetten in twee eenpersoons bedden, zonder extra kosten. De kamer is oké voor die prijs en zo kan ik dus het "Garden Palace Hotel” in Surabaya aanbevelen. We gaan snel weer op weg om wat te eten en we lopen in het donker totaal verloren. Een pinautomaat is het eerste dat we nodig hebben! We lopen steeds de verkeerde kant op! We vragen de lokale bevolking naar een pinautomaat en die stuurt ons alle kanten van de windroos op totdat we worden overvallen door een zware regenbui. Dat wordt schuilen en wachten. Het is onaangenaam rustig en donker op straat.
Een dronken man, in een streng islamitisch land, valt ons de hele tijd lastig met vragen waarvoor je een kind een draai om zijn oren zou geven. In dit geval zijn alle vluchtwegen door het gestaag neerdalende hemelwater versperd. Negeren en zwijgen, en hopen dat hij in de neerstromende regen verdwijnt.
10.000 Rupia Indonesia 200510.000 Rupia Indonesia 20051.000 Rupia Indonesia 20001.000 Rupia Indonesia 2000 Tijdens het in het niets staren ontdekken mijn ogen in het onderbewustzijn een goed verstopte ATM-machine van een Indonesische bank en ons geluk houdt daar gelukkig niet op! De ATM heeft het Cirrus symbool op de voorkant staan en niet veel later staan Tettje en ik beiden met een kleurrijke bundel Indonesische Rupiah in ons hand.
Het geld is kleurrijk maar de afgebeelde moslims zien er niet erg vriendelijk uit. Het is ons meteen duidelijk dat toeristen in het streng islamitische Indonesië eigenlijk niet welkom zijn. Ze worden getolereerd omdat ze geld, veel geld, komen brengen! En wanneer de kaffers geld komen brengen behoeft de lokale bevolking minder te werken.
De dansende regendruppels, in het licht van de koplampen van de auto’s op de weg, worden kleiner en het duurt niet lang voordat wij de dronkaard ontvluchtten. Drie maal is scheepsrecht en daar staan we dan voor de uitnodigende deuren van een enorm winkelcentrum. “Foodcourt op de vierde verdieping”, schreeuwden de uithangborden rond de roltrappen.
In een met fel TL licht en formica meubilair hebben we snel gekozen. Een Nasi Goreng voor Tettje en een Mee Goreng en Gado-Gado voor mij. Het geserveerde eten is heerlijk en ik voel me van binnen warm worden. Tegelijk stromen de krachten langzaam uit mijn lichaam na deze lange dag. We hebben een goed gevoel bij deze plaats en het duurt niet lang en we liggen op één oor. Morgen staan we om zes uur op en gaan voor het eerst de stad in.

zaterdag 25 oktober 2025

Sri Lanka: Een dagje in het belegerde Colombo

Victoria Memorial Building

Colombo (Grand Oriental Hotel Colombo), vrijdag 15 februari 2008

Vandaag is het mijn tweede volle dag in Colombo. De nieuwigheid is er al een beetje vanaf en vandaag ga ik andere dingen zien. Ik ga vandaag de cirkel rond mijn hotel weer wat groter maken en natuurlijk ben ik weer op pad om andere bezienswaardigheden te bezoeken.
Aan het ontbijt is het op deze ochtend heel erg rustig, ik was de enige gast in de enorme ontbijtzaal. Het meeste voedsel staat om half acht nog onaangeroerd op de lange buffettafels. Ik vind het jammer dat de witte bonen in tomatensaus zijn vervangen door champignons met Spaanse pepers. De rest is wel te pruimen en ik vulde mijn maag goed omdat ik niet wist wat er vanmiddag voor lunch voor me op tafel zou komen te staan.
Rond half negen stap ik de brandende zon in en loop weer de mij bekende weg richting het water en de “Galle Face”. Net als gisteren wordt ik weer aangesproken door van alles en iedereen met de mooiste verhalen en de beste aanbiedingen. Gewoon langzaam doorlopen, vriendelijk lachen, en er verder geen aandacht aan schenken aan de wanhopige mensen is de beste oplossing.
Oud kanon Zo kom ik snel op de “Galle Road”, de kustweg die een slagader van Colombo is. De weg loopt kilometers parallel aan de zee van het noordelijke naar het zuidelijke uiteinde van de stad. Hier gebeurd het dus en niet in het “Fort Colombo”. Mochten jullie ooit een hotel in Colombo zoeken dan kan ik het iconische “Galle Face Hotel” aanraden en kijk ook een beetje zuidelijker aan de “Galle road”.
In het kantoor van de “Srilankan Tourist Board” pik ik wat brochures op en teken het bezoekers logboek. Het doet me pijn om te lezen dat ik al de derde bezoeker deze week ben, en de smekende ogen van de meisjes achter hun bureau spreken boekdelen. Het lijkt er echt op dat de meeste toeristen Sri Lanka links laten liggen wegens de problemen met de “Tamil Tijgers”. Behalve de duidelijke aanwezigheid van het leger en politie in de straten van Colombo kan ik niet zeggen dat er iets dreigend in de lucht hangt.
Leyland Stadsbus in Colombo Een parel van de oude Britse auto-industrie, een “Ashok Leyland” bus staat met een rochelende dieselmotor te wachten op passagiers. Of is het een benzinemotor met zeer slechte krukas lagers? De oude dame van buslijn 140 staat in ieder geval te koop. Oog in oog met een “Délifrance”, een luxe broodjes restaurant, en een brandnieuwe “McDonalds” heb ik niet verwacht in deze tweede wereldstad. Maar toch zijn er meer horecagelegenheden die voor de weinige toeristen zijn opgezet. Alles met het oog op de fantastische toekomst?
Cricket afstanden

Ik heb op deze tweede dag in Colombo al een bezichtiging gedaan van het door de reizigers alom geroemde “The Cricket Club Café”. Het ziet er van binnen en buiten gezellig uit en ook op de menukaart staan er enkele gerechten die ik wel wil proberen. Het korte bezoek aan de “Colombo Cricket Club” laat mij besluiten om hier vanavond een biertje te gaan drinken en een hapje te eten.
Buddha in het Viharamahadevi ParkColombo Town Hall Het “Viharamahadevi Park” is mijn volgende doel voor vandaag. Ik bevindt me in een vreemde omgeving. Er is een opstand, of een burgeroorlog, gaande op het tropische eiland Sri Lanka. De straten van de hoofdstad Colombo zijn voor mijn gevoel spookachtig leeg. Er zijn opvallend weinig mensen op straat. Aan de rand van het park loop ik tegen het eerste, nou ja tweede, probleem van vandaag aan. Ook buiten het financiële centrum blijken hele straten, en wijken waar overheidsgebouwen zijn, afgezet voor het verkeer en/of publiek. Gewoon omlopen is de enige oplossing. Totdat ik tegen meer en meer barricades oploop en gewoon door de militairen word aangeraden om nog maar een stukje verder om te lopen.
Ik heb hier al snel genoeg van! Het wordt nog erger wanneer ik, na het nemen van een foto van het stadhuis van Colombo, word gemaand mijn camera weg te doen en geen foto’s meer te maken van belangrijke overheidsgebouwen gebouwen!
Maar daar ben ik toch voor op reis? De grote besnorde soldaat met het automatische geweer, dat ongetwijfeld doorgeladen is, wint! Ik voel zijn overmacht in deze situatie. Alsof een blanke Europese toerist informatie zou doorspelen naar de “Tamil terroristen”? In gedachten verzonken slenter ik weer richting het noorden naar de container haven van Colombo.
Het idee dat ik nóg twee hele dagen in Colombo moet doorbrengen kruipt in mijn hoofd en drijft me een beetje tot wanhoop. Wat moet ik in hemelsnaam nog twee dagen in Colombo doen? Ik heb mijn hotel al betaald en er is honderd procent zeker geen teruggave beleid. De onzekerheid moet ik uit mijn hoofd zien te verdrijven!
Het volgende doel voor vandaag is de “St. Lucias Cathedral”, een enorme katholieke kerk in het noorden van de stad. De Lonely PLanet heeft een lijstje met bezienswaardigheden in Colombo waar ik al snel doorheen ga. Nog voordat ik bij de kathedraal arriveer moet er natuurlijk iets worden gegeten. Het is al bijna twaalf uur en ik lust wel een klein hapje. Ik heb ondertussen ontdekt dat er een astronomisch aantal kleine bakkerijtjes in Colombo zijn waar je broodjes met een mysterieus beleg, of met iets er iets in gebakken, kan kopen. Bij zo’n klein bakkerijtje voor de vitrine maak ik een eerste keuze. Ik begin voorzichtig met een worstenbroodje, een witbrood puntje met een knakworst er in, en een koude cola om het broodje weg te spoelen. Het smaakt me goed en voor de 550 Sri Lankaanse Roepie (€ 0,77) koop ik, tot een groot genoegen van de eigenaar, nog een tweede set. Vandaag heb ik in iedere geval iets geleerd en ik hoef vanaf dit moment geen honger te lijden.
Victoria Memorial BuildingAutosloperij buurtMotoronderdelenOude en nieuwe gebouwen Ik ben nu in een buurt beland waar bijna nooit toeristen komen! De weinige mensen die ik tegenkom kijken me vreemd aan met een mengeling van ongeloof, angst, en afgunst op hun gezicht. Dit lijkt het echte Sri Lanka van de werkende onderklasse. Het rood-gele “Victoria Memorial Building” springt er echt tussenuit! Het zijn hoofdzakelijk overheidsgebouwen en monumenten die goed zijn onderhouden in Colombo.
Zoals in alle ontwikkelingslanden die ik heb bezocht zijn gebruikte onderdelen van auto’s, vrachtauto’s en hun motoren goud geld waard! Voor een fractie van de prijs van een nieuw onderdeel koop je gewoon een sloop onderdeel langs de straat. Het blijft spookachtig rustig om me heen.
Victoria Memorial Building
“Vrede begint met een glimlach”, (Moeder Theresa)

Op een muur langs de weg staat een citaat van “Moeder Theresa” geverfd. Voor enkele momenten staar ik naar de letters in het Engels en de twee andere mij onbekende schriften.
Er zijn meer dan zes verschillende schriften, en nog meer officiële talen, op en rond het Indiase sub-continent! Het is een waarheid als een (heilige) koe, er woeden veel teveel onnodige oorlogen op onze aardbol. Vaak gevoed door een religie waarvan er een met kop en schouders bovenuit steekt. Deze religie laat de oneindige en eeuwige lust van Rome om de hele aarde tot het Katholieke Christendom te bekeren verbleken. Ongewapende vredelievende missionarissen in Afrika en Azië staan niet in verhouding tot de tot de tanden bewapende bebaarde mannen, de moderne “Barbaren”, om iedereen die hun religie niet omarmt een kopje kleiner te maken.
St Lucia Cathedral De “St Lucia Cathedral” is nog niet zolang geleden voorzien van een nieuwe laag verf en de lichtgrijze koepel is al van verre te zien. De kathedraal kon op haar hoogtijdagen wel 5000 gelovigen in zich opnemen! Bij gebrek aan een gids of koster probeerde ik zelf maar een deur te openen en tot mijn verrassing lukte dit nog ook.
Jezus aan het kruis - St Lucia CathedralSt Lucia Cathedral Daar sta ik dan alleen binnen in die enorme kathedraal oog in oog met Jezus aan het kruis die vanuit de hoogte op me neerkijkt. De stilte en de omgeving is indrukwekkend, het is ook een beetje intimiderend. Ik weet dat het wetenschappelijk niet mogelijk is maar ik voel de ogen van het houten beeld aan het kruis mijn bewegingen volgen en ik voel de ogen in mijn rug prikken.
De binnenkant van de kathedraal is ook van een verse laag verf voorzien, helaas hebben de schilders de vloer niet afgedekt voordat ze aan het enorme karwij zijn begonnen. De verfspatten zitten dan ook overal, zelfs op het ongetwijfeld antieke houten meubilair. Behalve de gewoonlijke beelden in een katholieke tempel, Jezus aan het kruis en Maria met het kindje Jezus, valt het meteen op dat de kathedraal van binnen erg sober is aangekleed. Geen eeuwenoude grafzerken op de vloer van hooggeplaatste Europese bestuurders en handelaren maar slechts drie gebrandschilderde ramen achter het altaar.
St.Benedict's college brothers' hostelSt.Benedict's college brothers' hostel Wat nog mooier is zijn de twee aanliggende gebouwen van de kathedraal. Twee Christelijke scholen die zo in het zuiden van Europa konden staan. Tel daar de schattige meisjes in blauwe jurkjes en de jongens in hagelwitte broeken bij op en je krijgt de som van de overwinning van de missionarissen.
Ondertussen is de lucht al flink dichtgetrokken en mijn GPS geeft aan dat ik drie kilometer van mijn hotel verwijderd ben. Het wordt dus de hoogste tijd om richting mijn hotel te gaan voordat de regen gaat neerdalen. Ik kom gelukkig droog aan en koop in de lobby van mijn hotel van die heerlijke aardappel/kip broodjes. Vanuit mijn hotelraam zie ik even later de eerste dikke druppels vanuit de donkergrijze hemel neerdalen. De teller staat net over de twintig kilometer wandelen voor vandaag dus een beetje rust is wel verdiend.
Biefstuk met patat en sla in het The Cricket Club Café Vanavond ga ik een lekkere biefstuk eten bij de CCC, een paar koude flessen “Lion Lager” erbij maakte de avondmaaltijd tot een feest. Deze mooie avond heeft nog een laatste verrassing voor mij in petto.
Mijn Tuk-Tuk chauffeur heeft het op te terugweg naar mijn hotel alleen maar over: ‘Lovely Jubbly’.
Een opmerking uit mijn favoriete tv-serie “Only Fools and Horses”. Hij rijd me met een te hoge snelheid naar mijn hotel waar hij uitgebreid afscheid van mij neemt en in tegelijkertijd zijn taxi diensten voor de rest van mijn verblijf aanbied.
‘Waar heb je dat “Lovely Jubbly” toch vandaan?’, vraag ik hem.
Lovely Jubbly tuk-tuk in Colombo Hij neemt mij mee naar de achterkant van zijn Tuk-Tuk waar ik bijna in mijn broek pis van het lachen bij het zien van de opschriften.
Er staat in grote letters: “Lovely Jubbly”, “Del Boy” en “Rodney you Plonker”.
Veel inwoners in Sri Lanka zien de vertrokken kolonialisten niet als slecht! Na het vertrek is het voor veel mensen aan de onderkant van de samenleving alleen maar slechter geworden. Hun landgenoten snakken nu naar macht en geld. Conflicten tussen familie’s en kleine groepjes belanghebbenden leiden tot een verborgen oorlog.
Om tien uur gaat het licht uit en ik controleer de wekker of die wel op op zes uur staat. Morgen met de trein naar Negombo!

vrijdag 17 oktober 2025

Zuid Korea: Een vreemde dag

Drogende sokken

Kuala Lumpur (KLIA2) Op een harde stoel), maandag 22 oktober 2012

Wanneer we om half tien uit bed komen denk ik voor een moment aan Frans: “Zou hij wel in de bus naar de luchthaven zitten?”
Zonder me ook maar enigszins druk over te maken over de terugreis van Frans naar Thailand zet ik de elektrische ketel met drinkwater op het nachtkastje aan voor de eerste kop oploskoffie van de dag. Het wordt vandaag een vreemde dag! Een hele dag in transit, een hele dag wachten, een hele dag die in het teken staat van ons nachtelijke vertrek naar Zuid-Korea.
Vanzelfsprekend heb ik onze hotelkamer voor een extra nacht geboekt want twaalf uur rondhangen met je volle bepakking in de stad, of op de luchthaven, is ook geen pretje! Voor de prijs hoef je het in in Azië in ieder geval niet te laten. Gelukkig kunnen we zo nog de hele dag gebruik maken van het internet, ook al is het niet al te snel.
Maleisisch geld Na een paar uur wachten slaat de verveling toe en Lyka vist de de resterende bundel Maleisische Ringgit uit mijn broekzak. Nog even een foto van het kleurige Maleisische geld maken!
Met tranen in mijn ogen kijk ik naar de schade die de zware regens gisteren hebben aangericht. Mijn enige paar schoenen voor deze reis zijn nog net zo doorweekt zoals ik ze gisteren heb uitgetrokken. Ook mijn wollen sokken hebben geen gram water afgestaan aan de vochtige tropen lucht. Er zit niets anders op dan de natte sokken gewoon weer aan te trekken!
Mijn gedachten zweven voor een moment naar de jongens die hier zeventig jaar geleden tegen de Jappen vochten. Voetschimmel was je grootste vijand. Tijdens de eerste wereldoorlog noemden ze het loopgraaf voeten. Gelukkig bevinden we ons in een vreedzame omgeving en in veel betere positie.
Ik probeer mijn sokken nog wat extra te drogen door ze in mijn gebruikte handdoek te rollen en er op te staan om er regenwater eruit te persen. Ik weet niet of het helpt, of het misschien een illusie is. Mijn sokken lijken toch weer wat droger wanneer ik ze weer uit de handdoek haal.
Nat, warm en zweterig voelt het geheel aan mijn voeten aan. Maar er zit niets anders op dan de natte sokken opnieuw te dragen en klagen heeft geen zin. Het is tijd voor de lunch, ik kan Lyka er van overtuigen om te gaan eten bij “Berjaya Times Square”. Een enorm winkelcentrum net achter “Bukit Bintang”. In de kelder van het winkelcentrum is een prima foodcourt waar je voor spotprijzen gerechten van hoge kwaliteit kunt eten.
Noedels met champignons en kip Lyka gaat voor de noedelsoep met kip en ik kies bij mijn favoriete eetstalletje de verse halal noedels met champignons en kip.
Na de lunch ziet de donkere lucht er dreigend uit en het ziet er niet naar uit dat we onze schoenen vanmiddag in de zon kunnen drogen. We kunnen dus niets anders doen dan terug naar het hotel en proberen onze schoenen zo droog als mogelijk te krijgen.
Ik heb tijdens de afgelopen drukke vijf dagen maar weinig kunnen schrijven en ook mijn foto’s zijn blijven liggen. Een stevige sessie op mijn MacBook is een rustgevend en ook een nuttig tijdverblijf voor me.
Regel na regel verschijnt vanuit mijn gedachten op het beeldscherm, mijn herinneringen zijn dan misschien wat minder scherp en bijgeslepen maar zeker niet minder goed. Wanneer ik van mijn toetsenbord omhoog kijk zie ik het rooster van de airconditioning.
Drogende sokken Airconditioning?
Het duurt niet lang en de thermostaat staat op 30 graden en de ventilator op maximum. Een paar Hollandse wollen sokken in een ultieme poging om geforceerd gedroogd te worden. Lyka vindt het ook een goed idee en haar sokjes worden naast mijn wollen sokken in het rooster geperst.
Terwijl ik op het bed lig mijn verhalen te schrijven Klinkt: ‘Captain incoming message!’, uit de luidsprekers van mijn MacBook.
Het is een verontrustende email van AirAsia die alle gemaakte plannen voor ons onbruikbaar maakt! Het vertrek van onze vlucht naar Incheon International Airport - Seoul - is vertraagt van 01:00 naar 05:10. Dat betekend dat we nog veel langer op de kamer zouden moeten blijven.
We moeten plotseling wel gaan uitzoeken hoe we een gepeperde rekening van een corrupte islamitische Maleisische taxichauffeur kunnen ontlopen. De laatste vertrektijden van de bus en trein naar de LCCT zijn snel gevonden. 23:33 is de op een na laatste trein, om 00:03 is het dus echt allemaal voorbij!
Tandoori kip, Naan en Kip Masala Na een laatste avondmaaltijd op de hoek bij de islamitische Indiërs - een prima “Chicken Masala” met naan en een Tandoori kippenpoot - gaan we weer terug naar de kamer. Een laatste kop oploskoffie als dessert en met een oog op de klok in de bovenbalk op de computer kruipen de minuten voorbij. Wanneer ik het echt niet meer kan houden ga ik mijn rugzak maar inpakken.
De sokken worden uit het rooster van de airconditioning geplukt en de wol ruikt alsof er een explosie van fungus leven heeft plaatsgevonden. Het ruikt een beetje als champignons! Toch zullen ze nog een paar uur aan mijn voeten moeten zitten omdat ik me niet in de positie bevindt om een tweede, en laatste, paar droge sokken kan verspelen aan vochtige schoenen.
Wachten is, en blijft moeilijk voor mij. Dus nog voor tien uur verlaten we het hotel. We zijn het er voor de verandering een keer over eens dat we maar beter op pad kunnen gaan. Tijdens de wandeling naar het “Masjid Jamek Station” voelen mijn schoenen droog aan. Misschien zijn ze nog niet helemaal droog maar ze zijn over het kantelpunt. Een paar uur in de brandende zon zou ze zeker goed doen!
In de trein naar “Salak Tinggi KLIA Ekspres” treinstation drink ik het laatste biertje - wat er nog in de koelkast stond - op en om eerlijk te zijn smaakte het biertje me van geen kanten. Lyka zit net als ik te mijmeren en in het donkere niets achter het raam van de trein te staren. De reis met de “KLIA Ekspres” gaat snel en efficiënt.
Bij aankomst op de luchthaven van Kuala Lumpur wordt er direct aan een computerterminal ingecheckt en we worden er bij de paspoortcontrole op gewezen dat we nog wat vouchers voor een maaltijd te goed hebben. RM 40 (€ 10,50) korting voor twee maaltijden bij de gouden bogen. Het moet dus maar! We eten de helft van de burger en snoepen wat van het ijs. De koffie is vers gezet en erg lekker! Maar ik moet straks ook nog slapen dus kan ik beter niet al te veel koffie drinken.
McDonald's couponOnder zeil We lopen zonder problemen door de immigratie en rond 00:30 nemen we plaats in een verlaten vertrekruimte bij de gates. Gratis internet en games. Een cola light en een oppervlakkig gesprek met een Thais stel dat reizen naar Thailand in Korea moet gaan verkopen. Ze blijken ook nog eens in hetzelfde hotel als wij te verblijven. De tijd kruipt langzaam voorbij terwijl de oogleden steeds zwaarder worden. Lyka zoekt haar eigen plekje in de tijd. We kunnen nu alleen nog maar wachten op het vertrek naar Zuid-Korea.
Copyright/Disclaimer