woensdag 10 februari 2016

Thailand: Filippijnse mijmeringen

Pattaya (Almost Free Hotel (Top Floor)

Nu ik eindelijk in weer Thailand ben kan ik eerlijk terug kijken naar ons lange verblijf in de Filippijnen.

En laat ik maar meteen met de deur in huis vallen: ‘Ik vindt het daar in de Filippijnen maar niets!’

Ik heb het een eerlijke kans gegeven, ik ben er geruime tijd geweest zodat ik me enigszins heb kunnen aanpassen, maar ik blijf nog steeds bij mijn oude oordeel. Het is een derde wereld land met heel weinig kans op enige verbetering. De schrijnende armoede en honger van de bevolking. Het verschil tussen arm en rijk is hier, voor mijn gevoel, nog groter dan in India. Ik kom al zes jaar in de Filippijnen en ik verbaas me er steeds over dat er geen verbetering zichtbaar is.
Pilar, het dichtstbijzijnde stadje van het dorp waar ik de meeste tijd doorbracht, doet me nog het meest aan Kathmandu denken. De smalle straatjes met kleine smoezelige winkels, hier en daar een restaurantje waar het eten er niet uitnodigend uitziet.

Laat ik het maar heel simpel zeggen: ‘Het eten in de Filippijnen deugd ook niet!’
Ik weet dat de meningen onder de reizigers en bezoekers daarover verdeeld zijn maar na zeven weken in de jungle, met toegang tot twee supermarkten op 12 en 45 kilometer afstand, kan ik gerust zeggen dat de mensen in de Filippijnen vallen onder de groep “Oryzeaeisten” (rijsteters). Een maaltijd zonder groenten met alleen een stukje kip of vis is net zo gewoon als in Nederland een mes en vork naast je bord. Ik heb meerdere malen mezelf zitten verbazen hoe de personen tegenover me een enorm bord witte rijst vergezeld van twee hotdogs met bananenketchup zat te verorberen.
Deze worstjes alleen al! Op de verpakking doen ze er vaag over maar ik schat dat een 20-25% slachtafval aangevuld wordt met sojameel, zout en suiker en niet te vergeten een rode kleurstof. Die kleurstof is zo hardnekkig dat hij niet meer te verwijderen valt uit het plastic tafellaken en ik hem elke dag terug zie in mijn urine.
Groenten zijn bij de arme bevolking net zo onbekend op tafel als “Takoyaki” (Japanse Octopus balletjes) in Nederland. En dat is niet zo verwonderlijk. Met in de gedachte dat de grootste supermarkt, op 45 kilometer afstand, die een uitstraling heeft van een gemiddelde Nederlandse kruidenierswinkel uit de jaren zestig. De groenten die zijn uitgestald zijn van een kwaliteit die door de voedselbank in Zaltbommel zou worden afgewezen en voor zulke hoge prijzen dat ze in de Nederlandse supermarkten ook zouden blijven liggen. Drie euro voor een kleine stronk vergeelde broccoli is te gek voor woorden. In Nederland zouden we het niet betalen en hier kunnen ze het niet betalen!
De door velen Filipinos geroemde restaurants zijn haast allemaal een onderdeel van een franchise keten en zijn meestal te vinden in de grote winkelcentra. Ook in de Filippijnen zijn er verschillende gradaties in fastfood restaurants.
Onder aan de ladder staan Jollybee en Mang Inasal. Je moet wanhopig en/of verschrikkelijk arm zijn om in deze drukke en zeer goedkope restaurants te gaan eten. Deze twee ketens zouden in Nederland in ieder geval niet overleven.
Naast de wereldbekende MacDonald’s en KFC zijn er ook nog enkele ketens die boven de middelmoot uitstijgen. Greenwich Pizza en sBarro zijn goed te noemen. De prijzen liggen dan ook veel hoger en het zijn ook restaurants met een zeer beperkte keuze. De Amerikaanse invloed is op de Filippijnen nog steeds erg groot dus hamburgers en pizza zijn hier de meest geliefde gerechten!
Nee, leven in de Filippijnen betekend bergen rijst zonder groenten of spaghetti met zoete tomatensauzen, het liefst met een hotdog of twee in stukjes gesneden door de saus.
En de wereldberoemde Filippijnse gerechten? Denk eens diep na en kun je je herinneren ooit een Filippijns restaurant te hebben gezien? Nee dus! En dat verteld meteen het verhaal over de Filippijnse keuken. Enkele stoofgerechten op basis van tomatensaus en de alom aanwezige “Adobo”, een gerecht van kip, varkensvlees of inktvis in een sausje van sojasaus, azijn en knoflook. Klink goed, smaakt ook redelijk maar een keer per maand is voldoende. Dus is het de rest van de maand worstelen!

Wat me vaak wordt verweten is dat ik de Filippijnen geen eerlijke kans geef en dat ik de mooie stranden van het eilandenrijk nooit heb bezocht. Daar heb ik ook een simpel antwoord op!
Mooie stranden? Een strook zand grenzend aan glashelder blauw zeewater. Mooi, dat zeker, maar overal in Azië ruizen de palmen achter je. Dat is niets bijzonders! In de Filippijnen liggen algemeen achter deze stranden veelal lelijke straten met nog lelijkere hotels of 5 sterren resorts die € 100,- p/d kosten. Eilanden bezoeken met veerdiensten die de meest dodelijke op aarde zijn is voor mij persoonlijk niet zo erg uitnodigend! Die stranden liggen daar al duizenden jaren en over honderd jaar liggen ze er ook nog wel!
De stranden van Thailand en Maleisië, een kleine vier uur korter vliegen vanuit Nederland, zijn precies hetzelfde maar wanneer je daar de Thaise en Maleisische keuken bij optelt is de som veel groter dan dat die ooit in de Filippijnen zal zijn.
De tickets naar en het verblijf in de Filippijnen zijn duurder, de infrastructuur en openbaar vervoer om te janken. De weinige geschiedenis en cultuur wordt door 12 à 14 tyfoons per jaar weggeblazen. Nee, ik heb het gezien!
Het spijt me echt, maar ga voor jezelf kijken wanneer je me niet geloofd?

Het is pas half zeven wanneer ik door het eerste zonlicht wordt gewekt. Ik heb maar vier uur geslapen maar het zal wel genoeg zijn geweest. Medicijnen en een kop koffie, de flip-flop’s aan en even wandelen. Pattaya ontwaakt en overal zijn er mensen aan het werk. Sommigen breken hun straatrestaurants op om naar bed te gaan terwijl anderen zich opmaken voor de golf bezoekers op zoek naar een ontbijt.
De geur van knoflook strengelt zich onzichtbaar door de straten. Overal ruik je eten! Bij een kleine keuken op een handkar wordt mijn neus gegeseld door het bakken van verse chili’s, natuurlijke pepperspray op de vroege ochtend. Ik lach, ik ben weer op mijn plaats. Een meisje lonkt naar me terwijl ze met een lepel en twee bamboestokjes van haar noedelsoep zit te genieten. Noedelsoep met rijstnoedels welteverstaan, niet van die kant en klaar zakjes.
Ik stap de 7-11 binnen en geef de jongen achter de counter twee voorverpakte tosti's, de schade bedraagt € 1,25. Terwijl het tosti-ijzer zijn werk doet kijk ik naar de ingepakte neus van de jongen achter de counter. Hij heeft een cosmetische ingreep ondergaan en heeft nu een hoog neusbeen. Een schoonheidsideaal in Thailand dat ik persoonlijk niet helemaal begrijp. Ook zijn grijze haar zal hier wel modieus zijn.
Met de twee tosti’s en flesje sinaasappelsap, twee Coke Zero en een flesje water ga ik weer richting onze kamer. Nee, Thailand is tien keer beter dan de Filippijnen!
Copyright/Disclaimer