
Singapore (Onbekend hotel aan Kitchener Road), donderdag 2 december 2004
Ik ben een vreemde eend in de bijt in Pattaya. Ik ben bijna altijd de benjamin van het bierdrinkende gezelschap aan het einde van de middag. Het overgrote gedeelte van de expats is al met pensioen en verlaat de stad alleen voor een verplicht familiebezoek van zijn vrouw, of vriendin, in de jungle. Ook wordt Pattaya steevast ontvlucht voor het, na een paar jaar zeer vervelende, water gooien van het “Songkran”, het Thaise nieuwjaar.
Sinds ik voor enkele maanden per jaar in Thailand ben neergestreken onderbreek ik mijn bezoeken aan Thailand, en met name Pattaya, met reizen naar landen in de omgeving zodat ik meteen een nieuw visum in mijn paspoort kan laten stempelen.
Maleisië en Singapore behoren absoluut tot mijn favorieten landen omdat de vluchten met Air Asia naar Singapore en Kuala Lumpur goedkoop zijn. De hotels en het eten zijn niet al te duur, hoewel in Singapore de hotels duurder zijn dan in Maleisië, maar een combinatie van deze twee landen maakt het goed betaalbaar. Singapore en Maleisië behoorden in een verleden tot dezelfde staat. Het verschil in de bevolking is een verschil in dag en nacht.
Singapore werd op 9 augustus 1965 onafhankelijk toen het zich afscheidde van Maleisië. Daarvoor was Singapore een Britse kroonkolonie met zelfbestuur sinds 1959, en werd het op 16 september 1963 een deel van Maleisië. De scheiding was het resultaat van politieke en economische conflicten tussen de regeringen van Singapore en Maleisië.
De Chinese meerderheid van de bevolking in Singapore geeft de stadstaat een heel andere keuken en een heel andere smaak dan de rest van het Maleisische schiereiland. Daartegenover staat dat het Islamitische Maleisië, met naast de Chinese bevolking ook een stevige Hindoestaanse bevolking, die de keuken heel bijzonder en misschien wel een van de beste van Zuid-oost Azië maakt. Geurige zoete kerrie afgewisseld met pittige vlees- en visgerechten
Wanneer mijn vriend Simon, na weken van zeuren, eindelijk zijn vrouw heeft kunnen overtuigen dat het om een onschuldig weekend met zijn vriend naar Singapore gaat kan ik eindelijk voor ons gaan boeken. Simon is een goede vriend en we drinken graag samen een biertje de bar/restaurant bij Piet en Malee in Soi Honey Inn. Wanneer we aan de bar vertellen dat we samen naar Singapore gaan vallen er veel monden open.
De rit in de taxi naar de luchthaven “Don Muang” in Bangkok doet mij denken aan een schoolreisje. Simon is erg opgewonden dat hij eindelijk zonder zijn vrouw op reis gaat en wat nieuws gaat zien. Laten we eerlijk zijn, Simon neemt zijn huwelijkse eed niet zo serieus en hij houd wel van een pleziertje. Ik heb duidelijke ideeën wat zijn plannen en voorkeuren zijn tijdens ons verblijf in Singapore.
“Tony Fernandes” van Air Asia heeft weer een nieuwe zending vliegtuigen van het type Airbus A320 ontvangen uit Europa! Het vliegtuig ruikt als een nieuwe auto en veel mannen raken opgewonden van die geur. Persoonlijk heb ik meer oog voor de strakke kontjes in de rode korte rokjes van de stewardessen in het uniform van AirAsia.
Na aankomst op de “Singapore Changi Airport” gaan bij Simon de ogen wagenwijd open en hij beseft voor het eerst dat er meer is in Zuidoost-Azië dan Bangkok en Thailand. Na de immigratiedienst komt voor hem de volgende schok, we gaan niet met de taxi naar de stad maar we nemen de ondergrondse die gedeeltelijk, wegens de hoge kosten, ook boven de grond rijd. Het is een cultuurschok voor mijn vriend die zijn ogen uitkijkt in de nieuwe onbekende wereld om hem heen.
Na een rit op de Groene, Blauwe en Paarse MRT-lijn komen we weer boven het maaiveld van het MRT-station “Farrer Park”. We zijn een aardig stukje verwijderd van het centrum maar hier zijn de hotels (nog) enigszins betaalbaar! Het is zaterdagavond en het hotel waar ik meestal verblijf blijkt onverwacht te zijn volgeboekt. Dat heb ik nog nooit meegemaakt in het weekend. Er zal dit weekend wel wat te doen zijn in de stad wat veel toeristen aantrekt.
Ik tel mijn zegeningen op de vingers van mijn hand en stel voor om eerst maar wat te gaan drinken. Op het terras van het kleine theehuis/foodcourt tegenover het “Tai Hoe Hotel” bestel ik, zonder het aan Simon te vragen, twee grote “Tiger Beer”. Mijn hersenen draaien op topsnelheid want waar vinden we op dit tijdstip in het weekend nog een betaalbaar hotelbed in de buurt?
Bij het serveren van het ijskoude bier spreek ik meteen de vermoeid ogende Chinees aan: ‘Het Tai Hoe Hotel is vol! Is er nog wat anders in de buurt om te slapen?’
De Chinees kijkt mij met een oog aan alsof hij mij herkend van een vorig bezoek en zonder een woord te zeggen wijst hij omhoog naar de verlichte zwaar bewolkte avondlucht. Ik kijk hem verbaasd aan en hij wijst naar een verlicht uithangbord met rode Chinese tekens. Een brede glimlach verschijnt op zijn pokdalige gezicht.
Ik laat mijn bagage achter bij Simon op het terras om polshoogte te gaan nemen in het Chinese hotel dat onzichtbaar is voor toeristen die niet de Chinese tekens machtig zijn. Een smalle trap leidt naar de tweede verdieping, in Singapore bestaat er geen begane grond, van het vierkante betonnen gebouw waar een fattige Chinees met een vette snack in zijn hand in een hokje in een zacht pornoblaadje zit te kijken.
De tekst van het magazine lijkt mij op het eerste oog Japans en ik vraag me af of hij het werkelijk begrijpt of alleen plaatjes kijkt. Naakte vrouwen worden nu eenmaal door een èchte man in elke taal begrepen! Het duurt even voordat hij zich realiseert dat er iemand voor de balie staat.
Hij kijkt verschrikt, en betrapt, op van zijn opwindende magazine terwijl enkele druppels vet uit zijn snack op zijn mouwloze onderhemd vallen dat ooit wit moet zijn geweest. Ik wacht dat hij het initiatief neemt want ik ben de klant en hij de verkoper.
Zodra hij al zijn moed bij elkaar heeft geschraapt vraagt hij mij in gebrekkig Engels wat ik graag wil horen: ‘You want room?’
Ik spreek langzaam en zonder enige emotie in mijn stem: ‘De man beneden in de foodcourt vertelde mij dat wij hier kamers kunnen huren voor enkele nachten?’
Hij haalt een smoezelig velletje papier onder de balie vandaag waar de prijzen voor het huren van een kamer in het hotel op staan. Ik knipper met mijn ogen en ben eerlijk gezegd een beetje verbaasd. Op de prijslijst staan de prijzen per uur, voor drie uur en per zes uur! Ik sta voor een hels dilemma. Ik reken snel de prijs voor vier keer zes uur uit en dat gaan we zeker niet betalen voor een overnachting!
‘Hoeveel per nacht voor twee kamers en drie nachten?’, vraag ik met een zachte stem.
‘In totaal dus zes nachten voor twee kamers en een persoon per kamer!’, vervolg ik automatisch terwijl de man verschrikt onder de balie naar zijn rekenmachine zoekt.
Zijn dikke worstenvingers glijden over de toetsen van de rekenmachine en voldaan laat hij mij het lcd-schermpje van de rekenmachine zien. Hij denkt dat hij de hoofdprijs in de loterij heeft gewonnen want er staat 600 op het scherm. Zonder een woord te zeggen schud ik nee, kijk hem recht in zijn varkensogen, en wacht op een tweede aanbod.
Voordat het tweede aanbod komt moet ik eerst een dikke Indiër met een schaars geklede en slecht opgemaakte oude dame laten passeren. Ik stap achteruit want het koppel lijkt haast te hebben. De Indiër overhandigd de dikke Chinees drie briefjes van tien Singapore dollar. Een sleutel verwisseld van hand en de Chinees maakt een aantekening op een vel papier dat meteen verraad dat er nog niet veel klandizie is op deze, nog jonge, zaterdagavond.
De Chinees lijkt druk met bijzaken dus neem ik de rekenmachine van hem over en typ 300 op het scherm. Hij kijkt, denkt diep na, en neemt de rekenmachine van mij over en typt 450 op het scherm. Voldaan glimlacht hij naar mij wanneer hij de rekenmachine weer over de balie naar mij schuift. Het is tenslotte een Chinees, dus een geboren handelaar.
Na vijf jaar in Zuidoost-Azië ken ik het spel, en de spelregels, van bieden en laten. Wachten brengt onzekerheid in het hoofd van mijn tegenstander en ik beweeg mijn hand een paar keer boven de toetsen terwijl de Chinees ongeduldig zit te wachten op mijn tegenbod. Zijn ogen volgen mijn wijsvinger. Eerst een drie, in mijn ooghoek zie ik het gezicht van de Chinees betrekken, dan een zes, er verschijnt een voorzichtige glimlach op zijn gezicht, en dan een nul. 360 Singapore dollar voor zes nachten.
Met enige twijfel knikt hij zijn goedkeuring naar mij toe en houd hij zijn gestrekte vette hand voor mij op zodat ik het verschuldigde bedrag meteen op zijn hand kan leggen. Met een vloeiende handbeweging demonstreer ik dat ik een slot opendraai terwijl ik met met andere hand naar het plafond wijs. Met een brede glimlach van de zoete overwinning op zijn mond overhandigd hij mij twee sleutels met een opeenvolgend nummer. Simon en ik hebben in ieder geval twee kamers naast elkaar! Op weg naar de vijfde verdieping passeer ik nog twee mannen vergezeld door een vrouw die haar werk naar tevredenheid heeft verricht, tenminste, de mannen glimlachen tevreden terwijl ze mij passeren.
De kamers zijn niet zo goed als in het “Tai Hoe Hotel” maar ze voldoen aan mijn wensen voor dit noodgeval. Dikke gordijnen houden het licht en het geluid buiten. De badkamer is schoon en de bedden zijn strak opgemaakt met dikke witte schone katoenen lakens.
Tevreden daal ik de trap weer af naar de tweede verdieping. De Chinees zit vol verwachting met een brede glimlach op mij te wachten. Ik tel zeven briefjes van vijftig en een van tien Singapore dollar voor hem af op de balie. Het contante geld verdwijnt in een laatje, het papier ontvangt geen aantekening, maar de zaken zijn gedaan. Ik schud zijn hand en zonder een kwitantie, maar met de twee hotelkamer sleutels in mijn zak, daal ik de smalle trap weer af naar het terras waar Simon vol verwachting op mij zit te wachten.
Ik geef Simon een korte samenvatting van wat er zich boven zijn hoofd op de tweede verdieping heeft afgespeeld terwijl ik de ober met twee vingers in de lucht het signaal geef dat we graag nog twee grote flessen ijskoud “Tiger Beer” willen bestellen. Simon heeft zijn fles al leeg terwijl die van mij nog voor twee derde is gevuld.
Nog voordat de tweede fles bier is geserveerd zit ik al op een derde van de inhoud, van de ondertussen lauwe fles bier. Ik heb geen enkele twijfel dat we samen op hetzelfde moment de tweede fles leeg hebben om naar boven, naar onze hotelkamer voor dit weekend, te gaan.
Simon is na een eerste inspectie van zijn kamer niet helemaal tevreden voor de prijs die hij moet betalen. Dat is typisch een Thailand bezoeker die denkt dat heel Zuidoost-Azië gelijk staat aan Bangkok met haar lage prijzen en uitstekende hotelkamers. Ik laat aan hem de keuze welke van de twee kamers hij prefereert. We spreken af om elkaar over een uur op het terras onder het hotel weer te ontmoeten.
Ik ga voor enkele momenten liggen want ik heb geen enkele behoefte om me te haasten en een snelle douche te nemen, dat komt morgenochtend wel. Na drie kwartier vindt ik het wel genoeg en wil ik weer naar buiten om Singapore te proeven. Ik ben al aan mijn tweede grote fles Tiger Beer begonnen wanneer Simon verschijnt. Hij ziet er nog slaperig uit terwijl zijn haren nat zijn.
‘Ik heb even mijn ogen dicht gedaan en snel een douche genomen, sorry.’, verontschuldigt hij zich.
Hij hoeft zich niet te verontschuldigen dat hij te laat is want ik heb geen haast en de avond is nog jong. Simon besteld ook een grote fles bier en begint meteen over het avondeten. Gelukkig hoeven we niet ver te lopen om te eten. Beter nog, we hoeven niet eens op te staan uit onze gemakkelijke terrasstoelen!
De keuze voor onze eerste avondmaaltijd in Singapore bestaat uit “Nasi Goreng” of “Bami Goreng” in een Islamitische interpretatie van het gerecht. Ik ben gek op noedels en Simon gaat voor de rijst.
De Singaporese moslim met een wit gehaakt mutsje op wordt erbij geroepen en ik bestel in een mengeling van Engels en “Bahasa Melayu” het avondeten. Simon luistert aandachtig en vraagt of het met varkensvlees is. Ik lach alleen maar om zijn naïviteit en het duurt niet lang voordat Simon begrijpt dat het vanzelfsprekend met kip is, en met een “Telur Goreng”, een gebakken ei erbovenop.
De eenvoudige maaltijd smaakt ons uitstekend en ook deze keer zit Simon de bedragen terug te rekenen naar Thaise baht. Opnieuw steekt het Thailand syndroom de kop op! Het is niets nieuws want aan elke bar in Thailand hebben de gasten het er altijd over hoe duur het is in Singapore. Niemand heeft het over de kwaliteit van het verblijf in Singapore, alleen over de kosten. Ze hebben het allemaal van horen zeggen!
Na de maaltijd gaan we aan de wandel. Het is niet Simon zijn ding maar wandelen in de zwoele avondwarmte van Singapore heeft voor mij wel haar charmes. Een ding is in ieder geval positief, Simon voelt zich ondanks de duisternis veilig en op zijn gemak.
Linksaf, rechtsaf, linksaf en weer rechtsaf, zo staan we voor een van de meest iconische gebouwen in Singapore. Het “Raffles Hotel” kan de grootste kunstenaars en wereldleiders tot haar gasten rekenen. Alle groten der aarde hebben hier overnacht! Kerstmis is neergestreken in Singapore en de kerstversieringen aan de gevel van het hotel maken het allemaal nog mooier en nog indrukwekkender.Simon lijkt ook onder de indruk van de kerstverlichting en we slenteren langzaam verder langs “Beach Road” terwijl er geen strand te zien is! In Singapore is ook heel veel land ontfutseld aan de klauwen van de zee!
Het volgende iconische uitzicht zijn de oude stalen bruggen over de Singapore rivier. Alle drie verscheept uit de moederstaat Groot Brittannië. Ik weet niet wat het is maar er is een spanning voelbaar tussen Simon en mij. Ik ben bang dat het culturele en het iconische hem niet kan boeien. Het is niets nieuws want eigenlijk had ik dit voor ons vertrek wel verwacht. Laat ik het beste er maar van hopen want we hebben nog enkele dagen samen in de stadstaat Singapore waar ik persoonlijk heel veel van hou.
Het “The Fullerton Hotel Singapore” is zonder enige twijfel het meest iconische gebouw aan de “Singapore River”. Begonnen als het hoofdpostkantoor voor heel Maleisië en Birma in het Victoriaanse tijdperk is het nu een vijfsterrenhotel met een prijs per nacht waar jullie meer dan een week voor moeten werken! Dat neemt niet weg dat het een fantastisch architectonisch meesterwerk is dat zeker ’s avonds de oude koloniale grandeur van het oude Britse Keizerrijk benadrukt!Na de wandeling en de bezichtigingen springen we op een bus richting ons hotel en Simon lijkt verbaasd en teleurgesteld tegelijk. Morgen wordt het allemaal anders, daar maak ik me geen zorgen over. Simon zoekt meteen zijn bed op en ik drink nog een laatste biertje met enkele oude Chinezen in het theehuis/foodcourt. Er wordt “Mahjong" gespeeld. De meeste eettentje in het theehuis/foodcourt zijn al gesloten maar er komen toch nog enkele Aziatische snacks, die ik niet herken, op tafel. Natuurlijk blijft de Chinees ijskoud bier serveren tot de laatste gast naar huis gaat!
Mijn gastheren zijn geamuseerd en gevleid wanneer ik heerlijk zit mee te happen en praat over mijn Singapore. We nemen afscheid en beloven dat we morgen en overmorgen nog een paar biertjes met elkaar zullen delen. Voor mij zit deze reisdag er op en met twijfels in mijn hoofd ga ik naar mijn kamer.
Op weg naar boven passeer ik nog een handvol koppels waarvan ik vermoed dat ze niet in de huwelijkse voorwaarden zijn verbonden. Wat kan het mij ook schelen want ze lijken allemaal gelukkig en het is niet mijn zorg om daar over te oordelen.
Welterusten!

