zondag 18 november 2012

Zuid Korea: Suwon

Bangkok (93 Mansion (210) 30 januari 2013

Lyka is naar school en ik heb tijd om de hele ochtend te schrijven. Het boek over Steef blijft vandaag gesloten! Dus de voorlaatste dag van onze reis, vorig jaar november, in Korea geschreven vandaag. Het is ruim twee maanden later nu ik dit verhaal in Bangkok schrijf. Zo maar uit mijn geheugen. Gebeurtenissen waar de scherpe kantjes als bij gebroken glas in de branding vanaf is gesleten. Zodra ik weer nieuws heb uit Bangkok gaat dat vanzelfsprekend weer voor.


Seoul (Songwontel (301)

De liefde en verdraagzaamheid tussen ons is weer teruggekeerd. Wat haar drijft is me nog steeds onduidelijk dat zal waarschijnlijk ook wel voor altijd zo blijven. Maar we genieten er maar van zolang het duurt. Zodra ik het kleine raam boven het bed open schuif vallen me twee dingen meteen op. De lucht buiten is weer staalblauw en de koude buitenlucht raakt me als een vuistslag. Het is echt koud! De winter komt nu snel dichterbij en het wordt tijd om afscheid te nemen van Zuid-Korea. Lyka heeft kunnen proeven van de winter in Nederland, inclusief de vrieskou en de ijzige regen.
Na de burgers en een gebakken eitje van McDonald’s gaan we op pad naar Suwon. Een oude vestingstad ten zuiden van Seoul. Vijf jaar geleden heb ik daar een fijne dag gehad met Andy. Herinneringen borrelen op in mijn geheugen. Andy, een vriendelijke maar wat verwarde jongen die op de vlucht was voor iets uit Japan.
De meisjes achter de counter zijn nu gewend aan mijn dagelijkse verschijning maar nog steeds een beetje verlegen zwaaien ze naar me wanneer we het fastfood restaurant verlaten.
‘De bus!’, roep ik luid terwijl we op het trottoir stappen.
Lyka kijkt me verbaasd aan alsof ik net mijn verstand heb verloren.
‘Ja, we nemen de bus!’, leg ik haar uit.
‘Weet jij dan hoe dat werkt?’, vraagt ze.
‘Nee, geen idee! Maar dat maakt het juist avontuurlijk’
Lyka schud haar hoofd alsof ik voor de zoveelste keer mijn verstand heb verloren. Op een display aan een paal naast de bushalte probeer ik het “Yongsan Station” te vinden. Tachtig procent van de informatie is in het Koreaans maar de belangrijkste bushaltes zijn ook in het engels. Ik ben al een tijdje bezig wanneer ik hulp krijg van een kleine Koreaanse man.
‘Waar moet u heen?’, vraagt hij in gebrekkig engels.
‘Yongsan Station!’
‘Ohh, dan moet u bus nummer 501 hebben!’
‘Now, bedankt!’, Lyka staat erbij en kijkt er naar.

De openbaar vervoer chipkaarten zijn ook in de bus te gebruiken en zo zoeven we even later door de ochtendspit van Seoul.
De truc op het “Yongsan Station” kan ik me nog van de vorige keer herinneren.
De treinen die hier voorbij komen gaan verderop op de lijn ombeurten links en rechtsaf. De ene gaat naar Incheon en de andere richting Suwon. Het is dus belangrijk dat je weet in welke trein je moet stappen. Ik kijk nog eens goed op mijn kaart en zie dat het eerste Koreaanse teken van Suwon (수원역) op een kleine kerstboom lijkt. Ik weet het! Het is behelpen. Je had het ook kunnen vragen! Maar vanaf nu zoeken we die mini kerstboom voorop de trein.
Bij aankomst in het enorme station van Suwon, in Korea hebben ze ook, net als in Japan, geprobeerd de vorige crisis op te lossen door veel en heel groot te bouwen, komt het me meteen bekend voor. Voor een moment of twee denk ik na terwijl ik eens goed om me heen kijk. Lyka bedenkt op haar beurt wat we voor vandaag nog nodig hebben. De hoofdstraat tegenover de uitgang van het station kunnen we niet missen en ik weet zeker dat die naar het oude fort van Suwon leidt. Tientallen restaurants gaan er aan ons voorbij totdat we een vrouw dikke gimbap’s in de etalage van het restaurant zien rollen. Een blik naar elkaar is voldoende en we stappen naar binnen.
‘Kamchi Gimbap?’, vraag ik en de vrouw kijkt me verbaasd aan.
Ze knikt zonder een woord te zeggen en ik steek op mijn beurt twee vingers op. We staan erbij en we kijken er naar. De vrouw rolt soepel twee polsdikke gimbap’s met tonijn. Onze lunch voor vandaag. We zijn nu helemaal klaar voor de wandeling over de oude stadsmuren van Suwon. Nou ja oude, ze zullen ook wel hersteld zijn de allesvernietigende Koreaanse burgeroorlog in de begin jaren vijftig van de vorige eeuw.
Zodra we de muur hebben gevonden, we waren helaas een keer verkeerd gelopen, vallen we op een bankje in de zon neer om wat te rusten. Het is al bijna half een dus een goed moment om ook meteen maar te lunchen. We halen de hete thee, bananen en gimbap’s tevoorschijn. Wat een heerlijke lunch op een heerlijke dag op een mooie lokatie! Geen enkele Koreaan die langs wandelt kijkt raar van die twee toeristen op! Het is de Koreaanse stijl om zo te lunchen en te genieten van de natuur.

Na het eten laten we de lunch nog voor een moment zakken en gaan dan op zoek naar het pad. Eenmaal op het pad kan je niet meer verkeerd lopen! De muur klimt en daalt met de glooiing van de berg. Mooie vergezichten worden afgewisseld met lelijke moderne betonnen kolossen die het uitzicht verpesten. Vanzelfsprekend ligt het oude fort nu midden in de stad.
Ergens langs de route wordt er plotseling entree geheven voor de UNESCO Heritage Site. Ons maakt het niet zoveel uit om 2000 Won (€ 1,36) voor ons tweeën te betalen voor het onderhoud van zoiets moois maar de vijf Russische jongens die achter ons lopen zouden het liefst op de vlucht zijn geslagen. Vol ongeloof volg ik al hun pogingen om onder het betalen van het entreegeld uit te komen. Uiteindelijk moeten ze toch capituleren en betalen met tegenzin € 1,36 per persoon, want anders zouden ze het hele pad terug hebben moeten lopen. Ja, het is niet altijd even mooi met die onbeschofte schreeuwlelijkerds in de buurt.

Even terzijde: Dit probleem heeft volgens mij alles te maken met de ongeschreven wet van de grote valuta bedragen. Het zou veel beter zijn als we op de wereld de verschillende waardes op elkaar zouden afstemmen. Een voorbeeld voor een biertje in de supermarkt in verschillende landen die ik heb bezocht:

Nederland 1 euro, Maleisië 8 ringgit (€ 1,94), Thailand 34 baht (€ 0,85)
Japan 120 yen (€ 0,90), Zuid-Korea 1500 won (€ 1,02), Indonesië 13000 roepia (€ 1,00)

Wanneer je deze rij afloopt zal de ene prijs hoger aanvoelen dan de andere terwijl ze allemaal, met uitzondering van Maleisië, rond de euro liggen. En vaak speelt dat gevoel een hoofdrol wanneer je in een van die landen op bezoek bent. Dus als Japan een nul, Zuid-Korea twee nullen en Indonesië drie nullen van hun valuta zouden schrappen dan zou het allemaal een stuk gemakkelijker gaan.

Later blijkt dat ontwijken ook weinig zin heeft want overal langs de stadsmuur lopen er controleurs in burger die controleren of je een sticker, het bewijs van betaling, op je kleding draagt.
Het is heerlijk wandelweer! Rond het vriespunt en de zon schijnt aan een wolkeloze hemel. Tijd voor weer wat rust in de verwarmende zon en een bekertje koffie uit een van de automaten die je overal in Zuid-Korea kan vinden. De zon maakt me rozig en mijn gedachten dwalen af in mijn geheugen. We zijn al bijna vier weken in Zuid-Korea, nog een dag te gaan en het zit er alweer op. Het was niet altijd even gemakkelijk! We hebben onze momenten van strijd gehad maar gelukkig vergeet ik die snel. Ik ben namelijk ook niet altijd even gemakkelijk! Voor een moment sluit ik mijn ogen en denk aan de toekomst. En dan wordt ik op wrede wijze teruggebracht naar de werkelijkheid. Deze week gaan we voor Lyka weer een visum aanvragen in Kuala Lumpur. Oh, wat het ik een hekel aan dat gevoel om gegijzeld te zijn in afwachting van een visum. Voor mijn gevoel zo onrechtvaardig dat hele visumgedoe over de hele wereld.
‘Zijn er dan zoveel mensen met slechte bedoelingen? Is het zo moeilijk om aan de grens het kaf van het koren te scheiden?’
Wat zal het een opluchting zijn wanneer Lyka over twee jaar haar verblijfsvergunning heeft en later zelfs een Nederlands paspoort! Weg alle grensproblemen!
Lyka haalt me uit mijn gedachten: ‘Kom op, we gaan verder!’

Terwijl we langzaam over de oude stadsmuur verder slenteren blijven mijn gedachten bij de komende maanden. Ik heb het hier allemaal al een keer gezien dus ik kan het me veroorloven om aan andere dingen te denken. Dat visum zou eigenlijk geen problemen moeten geven! Maar wat als Lyka voordat we in 2013 naar Nederland gaan het “Basisdiploma Inburgering” zou halen?
Wat als Lyka mee zou kunnen op een MVV in plaats van een toeristenvisum? Ik kijk naast me en zet het meteen weer van me af.
‘Niet rennen voordat je kan lopen!’, is een wijs gezegde.
De op een na laatste avond in Seoul staat in het teken van de voorraadkast leegmaken. Ik hou van lekker eten maar ik heb ook een hekel aan eten weggooien. Op de kamer gaat de laatste spam met een paar boterhammen eraan. Morgen gaan we dan voor de laatste keer heerlijk Koreaans eten. Voor nu een koud biertje en wat lezen, morgen is onze laatste dag in dit fantastische land. De komende week wordt een belangrijke! Een visum voor Lyka en een diagnose voor mijn kreupele D700.
Copyright/Disclaimer