donderdag 9 juni 2016

Schotland: De eerste bossen

Newton Stewart (Parkeerplaats)

Ondanks dat ik ’s morgens al voor dag en dauw op sta rijden we pas om een uur of half tien weg van onze overnachtingsplaats. Ik heb mijn ochtendrituelen en zodra Lyka rond acht uur op het toneel verschijnt begint zij aan haar ochtendrituelen. Vandaag hebben we geen zin om op de camping te blijven staan voor het ontbijt. Het plan is om eerst een half uurtje te rijden en dan een leuk rustig plekje te zoeken om gezellig te ontbijten.

En dat leuke rustige plaatsje hebben we gevonden! Gebakken eieren met worstjes en witte bonen in tomatensaus. Ik heb het ontbijt nog maar net geserveerd wanneer er een grote vrachtwagen gevuld met puin ons idyllische ontbijt plekje voorbij rijdt, een enorme stofwolk in zijn kielzog. Het stof dat over ons ontbijt dwarrelt knarst nog net niet tussen de tanden maar het plezier van samen ontbijten is grotendeels weg. Snel opeten voordat er nog zo’n vrachtwagen voorbij komt!
Vanochtend heb ik nog eens twee bestemmingen toegevoegd aan de route. Deze staan niet in het boekje en op mijn computer lijken ze best leuk. We rijden naar de eerste toe en hier blijkt al meteen waarom dit kasteel niet in het boekje staat. Het is privé bezit en niet toegankelijk voor het publiek. De weg er naar toe is de smalste die ik tot nu toe heb bereden. Maar om eerlijk te zijn, smaller kan het niet! Aan beide zijden van de camper schuurt het hoge gras langs de kunststof beplating.
Aan het einde van de smalle weg doemt er een andere nachtmerrie op. De poort is te laag voor de camper en het stalen smeedijzeren hek is dicht. Gelukkig hebben de eigenaren met de mogelijkheid rekening gehouden dat er wel eens een verdwaalde toerist per ongeluk naar hun kasteel komt. Er is een kleine ruimte langs de weg open gelaten om te keren. Helaas is die plaats zo groot dat je met een Mini Cooper al de grootste problemen zou hebben.
De weg is zo smal dat Lyka niet eens uit de camper kan stappen! Dan maar op goed geluk! Ik bekijk de plaats om te keren zo goed als mogelijk en zie op het eerste gezicht geen obstakels, een verzakt achterwiel en een lekke band schieten door mijn hoofd. Niet negatief denken! Zeg ik tegen mezelf. Centimeter voor centimeter stuur ik de zes meter lange camper achteruit die keerplaats in. Ik kan het niet zien maar ik weet dat mijn achterwielen al in het hoge gras staan en dank de Boeddha dat er geen verborgen paaltjes staan. Vooruit gaat een stuk gemakkelijker. En nu maar hopen dat het kasteel geen bezoek krijgt deze ochtend.

Na een kilometer smalle weg zitten we weer op de gewone tweebaans wegen van Schotland. We kunnen er nu samen hard om lachen maar dat was een kwartier geleden wel anders! De volgende bestemming is er ook een die niet voorkomt in het boekje, “Threave Castle”. Deze staat echter aangegeven met borden van “Historic Scotland” en dan weet je meteen dat het goed zit! Of toch niet?

Het kasteel blijkt door de overstromingen van afgelopen december niet geopend voor het publiek en het lijkt er zelfs op dat het kasteel in de toekomst ook niet meer wordt opengesteld. Dat is aan de ene kant jammer maar aan de andere kant is er wel een leuke korte wandeling naar het kasteel door het omliggende natuurgebied.

De blik op het kasteel die we krijgen is voldoende om mijn interesse te bevredigen. We gaan nog zoveel kastelen bekijken en deze zal zeker niet in de top tien belanden. De wandeling op zich was al heel aangenaam en een goede onderbreking van het rijden door het schitterende Schotse landschap.
Dat rijden bevalt me uitstekend. Ik heb absoluut geen problemen met het links rijden. Alleen die routes, ik ben er voor mezelf nog niet uit. We rijden namelijk maar in het wilde weg, we stoppen wanneer het uitkomt en hebben ’s morgens geen enkel idee waar we zullen overnachten. Dat is voor een georganiseerd en opgeruimd mens als ik haast een halsmisdaad. Toch is dat een van de kern vrijheden van het rijden met een camper. We kunnen haast overal stoppen, wanneer en waar we maar willen. We moeten nog wennen aan de nieuwe situatie. Ik denk er nu over om de hele route in mijn Garmin 2797LM te laden en dan gewoon te kijken naar het teruglopen van de totale afstand naar het eindpunt. We hebben uiterlijk nog 80 dagen, dan moeten we richting huis!

Het rijden is schitterend wanneer de velden overgaan in bossen. Wegen langs meren en rivieren. De lunch is ook een Schotse klassieker, Scottish Pie opgevuld met een restje witte bonen in tomatensaus. Heerlijk, en zeker 1000 calorieën per stuk. We hebben het weer heel erg naar ons zin. Alleen liggen de uitgaven in het begin flink hoger dan ik had verwacht. We hebben tot nu toe nog niets uitzonderlijk gedaan maar wel flinke bedragen in de komende maanden geïnvesteerd.
Elke dag loopt het “gemiddelde uitgaven per dag” bedrag wat terug en ik hoop echt dat ik het lager dan het bedrag krijg dat ik in gedachte had voordat we op reis gingen. Anders zullen we toch anders tegen de (hopelijk) toekomstige reizen moeten aankijken.

Na de bossen arriveren we in een klein stadje aan een rivier, Newton Stewart. Een vredig klein stadje met een parkeerplaats waar je mag overnachten naast een supermarkt. Wat nog belangrijker is, morgen kunnen we hier weer LPG tanken om te stoken, te koken en te koelen! We zijn de enige camper op de enorme parkeerplaats maar dat duurt niet lang. Een camper met een echtpaar uit Wales komt naast ons staan waarna vrachtwagens de parkeerplaats een voor een overnemen. Al die truckers geven me een veilig gevoel want dat zijn geen mannen waar je ’s nachts grapjes mee uithaalt!

Speklappen in sojasaus met noedels en groenten. We nemen het er weer goed van! De wijn stroomt rijkelijk en de avond wordt gevuld met “The planet of the Apes” (2001) en enkele afleveringen van de door ons hoog gewaardeerde komedie. Ik heb nog geen idee wat we morgen gaan doen.
Copyright/Disclaimer