vrijdag 30 november 2012

Maleisië: Een dagtochtje naar Singapore

Johor Bahru (T-Hotel Johor Bahru (515)

Als is vanochtend voor het opstaan had geweten hoe deze dag zou verlopen dan was ik in bed blijven liggen! We waren al vroeg op en alle signalen stonden op groen. Het zou een mooie dag gaan worden!

Johor Bahru is niet de meest opwindendste en interessantste stad van Maleisië, eigenlijk is het een saaie stad die zijn bestaan en groei dankt aan Singapore dat aan de overkant van het zoute water ligt. Johor is gegroeid door de vestiging van productiebedrijven uit Singapore om goedkope arbeidskrachten te leveren. Later zijn er ook veel Singaporezen in Johor gaan wonen omdat het veel goedkoper was dan in de stadstaat. Veel van die zaken zijn nu ook alweer ingehaald in de zich snel ontwikkelende economie van Maleisië.
We hebben een tussendag te besteden want morgen, de zaterdag, is het eigenlijke doel van ons bezoek aan Johor Bahru. En waar kunnen we dan beter heen gaan dan naar Singapore? Mijn geliefde Singapore!
‘Het is een publiekelijk geheim: Als ik ooit eens een stevige prijs in de loterij win dan verhuis ik meteen naar dit paradijselijke eiland!’
Singapore heeft net zoveel liefhebbers als haters, maar de meesten die niets met Singapore ophebben zijn er òf nooit geweest òf hebben enkele dagen op Orchard Road doorgebracht. Domme antwoorden als: ‘Het is er heel erg duur!’, slaan nergens op. Ook in Amsterdam kun je een patatje, eenvoudig Chinees op de wallen of in het Okura Hotel gaan eten. Dat zegt toch niets over een heel land! Twee flesjes bier op een zonovergoten terras in Geylang voor SGD 5,60 (€ 3,50) vindt ik persoonlijk nog wel meevallen.

Maar terug naar onze dagtocht! We nemen de bus naar Queenstreet Busterminal in Singapore om zo centraal als mogelijk aan te komen in de stad. De metro is een kort stukje lopen. Het eerste korte ritje brengt ons over de causeway link van de immigratie van  Maleisië naar die van Singapore.
We zijn bijna als eersten uit de bus. In de verte zie ik de douanebeambten al staan. Zij halen steekproefsgewijs enkele mensen uit elke lading. Wij reizen zonder enige vorm van bagage dus sigaretten en alcoholhoudende dranken zullen ze bij ons niet aantreffen. Singapore heeft sinds een tijd een 0% politiek. Je mag absoluut geen enkele sigaret of ook maar één druppel alcohol het land mee innemen! Het is opmaken òf weggooien!
Jammer genoeg heb ik het aan het foute eind! Achter de douane staan er ook nog twee immigratieofficieren verdekt opgesteld. Ze stappen meteen op ons af en we moeten meekomen. Persoonlijk vindt ik het heel jammer want we hebben vandaag al niet al teveel tijd. Maar ik kan moeilijk gaan klagen, meewerken is hier de snelste oplossing.
Ik beantwoord wat simpele vragen en wordt daarna in een enorme doorzichtige plastic buis geplaatst. Ik neem plaats op de twee rode voetstappen en breng mijn armen omhoog zoals de beambte me vraagt. De beambte knikt goedkeurend en zegt wat in het Chinees tegen zijn collega die achter een counter met een schakelbord plaats heeft genomen. De halfronde deuren schuiven langzaam dicht terwijl een knippend rood de cabine verlicht en een zacht geluid van een sirene te horen is. Voor een korte tijd hoor ik en voel ik de stralen lucht die op me af worden geschoten. De deuren gaan weer open en dan is Lyka aan de beurt.
Nadat we goed zijn gekeurd worden er nog enkele vragen gesteld:
‘Was de test onaangenaam?’ ‘Nee.’
‘Weet u waar we op getest hebben?’ ‘Ja.’
‘Vindt u het oponthoud wegens de test aanvaardbaar?’ ‘Ja’
‘Dan wens ik u een prettig verblijf in Singapore.’
In een kort officieus onderonsje vertel ik de beambte dat ik dit al eens in Toronto heb gezien. Dat vindt hij wel interessant want hij behoort tot een kleine exclusieve groep die dit ultramoderne apparaat mag bedienen.
Nee, ik mag geen foto maken!
Maar hij verteld me wel dat deze snuffelaar alles opspoort. Van drugs tot en met speciale springstoffen, zelfs wanneer het dagen of zelfs weken geleden is dat ik met die stoffen in aanraking ben geweest. Nee, niet tabak of alcohol, die halen ze boven bij de röntgenafdeling wel uit je bagage!
Deze keer duurde het bij de immigratie minder lang om de stadstaat binnen te komen. Singapore is een paradijs voor prostituees en daarom wordt elke jonge vrouw met een Filippijns of Thais paspoort extra goed gecontroleerd! De jonge vrouwelijke beambte kijkt op van Lyka’s paspoort en staart me aan.
In gedachten hoor ik Lyka zeggen: ‘Dat is mijn man daar achter me!’
Ik knik vriendelijk terug naar de beambte en forceer een glimlach op mijn mond. Met een klap komt de stempel op Lyka’s neer en het doorzichtige polycarbonaat poortje zwaait open. Ik loop zonder bagage op de beambte af. Ze kijkt me recht in de ogen en even later kijkt ze of Lyka wel is doorgelopen. Het is namelijk ten strengste verboden om op een ander te wachten.

Toch wel heel wat later dan we veracht hebben arriveren we bij Singapura Plaza. Al meer dan een uur kijk ik uit naar de heerlijke Sushi die ik daar tientallen malen in de Carrefour heb gekocht. Maar de supermarkt blijkt helemaal te zijn verdwenen! Geen Sushi, en dat maakt me prikkelbaar. Lyka klaagt dat ze honger heeft en we de hele afstand voor niets afgelegd.
‘Dat kon ik toch ook niet weten!’, verdedig ik me.
De stilte is moeilijker te verkroppen dan een verbale ruzie. Een snel broodje bij de SubWay en dan lopen we Orchard Road af richting ION shopping Mall. Waarom we die richting op gaan weet ik niet. Ik volg mijn vrouw in alle stilte terwijl ik nog steeds aan die sushi denk. Dat komt dus echt nooit meer terug! Achteraf blijkt dat Lyka het ook niet weet waarom we die kant op zijn gegaan! We proberen het elkaar naar de zin te maken met als gevolg dat we beiden dingen doen die we liever niet zouden willen doen. Zo zijn er twee hele uren van deze dag verloren gegaan!

Totdat Lyka op het idee komt om de “Gardens by the Bay” te gaan bezoeken. Een goed plan!
De ondergrondse brengt ons tot aan het Marina Bay Sands Casino. Een lange - rijkelijk gedecoreerde tunnel - brengt ons naar de rand van het park, of beter gezegd, de tuinen. Eenmaal weer boven de grond is het uitzicht adembenemend! Dat kunnen ze wel in Singapore! Opnieuw een attractie van wereldklasse, en gratis. Nou ja gratis? Je hoeft alleen voor de toegang van de paviljoens te betalen. Helaas hebben we daar te weinig tijd voor en de SGD 56,- (€ 34,55) is me een beetje te gortig om een half uurtje rond te lopen in de enorme broeikas. Dus kiezen we maar om door de tuinen te slenteren en lekker relaxed een kopje koffie te drinken.

Het is al donker wanneer we weer de terugreis naar Maleisië aangaan. Maar niet voordat we onderweg een heerlijke “wonton noodle with duck” hebben verschalkt. Die ervaring gisteren met de domme Indiase oplichters in Johor Bahru heeft ons wel een les geleerd! En van dat fastfood in het nagelnieuwe winkelcentrum hou ik niet echt. Waarschijnlijk zullen de meeste restaurants ook wel dicht zijn tegen de tijd dat we in Johor aankomen! Ondanks het enorme misverstand kunnen we toch terugkijken op een geslaagde dag in Singapore.
Marina Bay Sands Casino

donderdag 29 november 2012

Maleisië: Eindeloze oliepalm plantages

Johor Bahru (T-Hotel Johor Bahru (515)

Het bier heeft me prima geraakt gisteren en met een goed gevoel zet ik om 07:00 de wekker uit. We blijven nog maar een uurtje liggen! Lyka heeft van het geheel niets gemerkt en ze slaapt gewoon door totdat om 08:00 de wekker voor de tweede keer gaat. Ons verblijf in Malacca zit er alweer op en het wordt tijd voor de verplaatsing naar Johor Bahru. Een vreemde verplaatsing! In totaal ben ik misschien wel 20 keer door deze stad heen gekomen maar ik heb er nooit een keer overnacht. JB - zoals het afgekort wordt genoemd door zowel de Maleisiërs als Singaporezen - is een stad die je op weg naar óf vanuit Singapore doorkruist. Deze keer blijven we er drie nachten en gaan de stad eens bekijken.
Even voor negen stappen we het hotel voor de laatste keer uit en wandelen naar Hang Tua om de bus te nemen naar het intercity busstation van Malacca. Het loopt gesmeerd en bij aankomst koop ik meteen de kaartjes voor de bus. 10:00 vertrekken, geplande aankomsttijd onbekend.
‘Een uurtje of drie’, wordt er optimistisch geopperd.
Ik weet wel beter - vier en een half uur zou al erg mooi zijn - en zeg maar niets.
Delima is deze keer de gelukkige busmaatschappij en helaas voor ons gaat het deze keer mis. Wegens familieomstandigheden moet de buschauffeur omkeren en alle passagiers moeten overstappen op een andere bus die bij een wegrestaurant op ons staat te wachten. Voor ons maakt het weinig uit maar voor de twee andere witgezichten achter ons wordt het allemaal teveel. Ze klagen dat ze nu niet naar Singapore gaan maar in JB worden gedropt. We zijn allemaal in het duister over waar de bus zal stoppen. In Larkin of het nieuwe JB-Sentral? Het blijkt uiteindelijk de eerste te zijn en dat maakt voor ons weinig uit. Er gaan voldoende bussen naar de stad.
Een stadsbus dus, maar welke? Even navragen en we worden op weg gewezen naar een hypermoderne bus die bij het nieuwe gecombineerde bus/trein station annex immigratiecomplex stopt, dat is niet al te ver van ons hotel. Vanaf het nieuwe station slingeren we door een enorm winkelcentrum dat weer via een loopbrug met het geheel verbonden is. Kerstmis is ook hier aan de orde van de dag. De moslim bevolking bekoord het feest van de geboorte van het speciale jodenkind. Het grote geld is ook hier belangrijker dan de principes van de moslims!
Het T-Hotel is snel gevonden en we hebben een kamer zonder ramen! Dat was me bekend en vragen voor een kamer met een raam helpt niets. 90% van de kamers in het hotel zijn zonder ramen. Wil je echt een raam dan betaal je zeven euro meer per nacht. Het is maar voor drie nachten dus het maakt ons heel weinig uit. Het is alleen van groot belang om meteen op te staan wanneer de wekker afloopt. Doorslapen in een totaal donkere kamer betekend meteen een jetlag zonder te vliegen! De kamer voldoet aan alle eisen die je aan een hotelkamer kan stellen voor deze prijs. Het wordt een regel dat veel hotels in Maleisië onevenredig duurder worden. Het aanbod groeit maar vooral de kamers in en dichtbij de centra van de steden worden stevig duurder.
Het belangrijkste wat ons nog rest is om nu snel de verlate lunch te gaan nuttigen - het is al bijna half drie - en Lyka wil natuurlijk graag terug naar dat winkelcentrum. Het eten tegenover het hotel is prima en smaakt me goed. Het is alleen jammer dat er meer botten dan vlees in de kip met honingsaus op mijn bordje zijn beland. Maar ja, voor deze kleine prijzen kun je ook niet echt klagen!
In het enorme nieuwe winkelcentrum - ze er ook nog volop binnen aan het bouwen en verbouwen - is er veel van hetzelfde dat we ook in Malacca hebben gezien. Lyka kijkt daar gewoon langsheen en wordt verzwolgen door de winkelende menigte van hoofddoeken en moslimhoedjes terwijl ik aan mijn grote koffie sip en de eerste hap van mijn kaneel/rozijnenrol neem! Ik denk na over wat er hier gaan doen. We hebben hier tenslotte maar twee hele dagen die we optimaal moeten gebruiken.
Ik denk ook nog eens diep na over het eerste voorzichtige gesprek dat ik met Lyka in de bus heb gevoerd over het volgen van de inburgeringscursus in Bangkok. Ze ziet het helemaal niet zitten! Ze begrijpt de noodzaak maar haar onzekerheid en de mogelijkheid dat ze niet zal slagen drukken als een zware last op haar schouders. Maar dat ze niet meteen een resoluut nee heeft gezegd geeft me hoop.
Ik heb al voorzichtig op het internet naar scholen gezocht die de cursus inburgering in het buitenland geven. Ik heb er een paar gevonden waar ik me eens in zal gaan verdiepen. Ik zal dit plan langzaam moeten brengen en haar zelfvertrouwen beetje bij beetje aan te sterken. Dat vakantievisum voor twee jaar is toch nooit weg, het is een goed vangnet!
Na de gebruikelijke pauze op de kamer aan het einde van de middag gaan we op weg om te gaan eten en dat valt helaas tegen. Er zijn maar heel weinig restaurants in de buurt van het hotel te vinden en opnieuw naar de eetschuur tegenover het hotel vinden we beiden geen goed idee. Op goed geluk struinen we door de lege straten van Johor Bahru. Een Chinees hier, een Chinees daar, de klassieke Maleisische gerechten maar de verandering van spijs waar we naar op zoek zijn komt niet in zicht. En die blijft ook uit het zicht! Uiteindelijk vallen we maar bij een tandoori restaurant neer omdat we niet verder willen zoeken.
Na “Pak Putra Tandoori” in Malacca valt elk ander tandoori restaurant zwaar tegen. Zo ook dit restaurant. Het eten is er niet slecht maar ik zal het niet snel aanraden om de volgende reden.

Nadat ik mijn handen heb gewassen vraag ik om de rekening die wat lang op zich laat wachten. Er is wat gesmoes tussen de obers en een van hen komt uiteindelijk met een groezelig onleesbaar briefje naar de tafel en legt het triomfantelijk voor me neer. Ik kan alleen RM 42 ontcijferen! De ober is ondertussen weggelopen en ik voel dat er veel ogen naar ons kijken wat er vervolgens gaat gebeuren.
Gepokt en gemazeld na de vele jaren onderweg doorzie ik meteen wat er hier aan de hand is. Een onverwachte reactie brengt de tegenstander meteen van zijn stuk, de tegenaanval is de beste verdediging! Zonder een woord tegen Lyka te zeggen sta ik op en loop met schrede passen naar de baas van de ober die ik het briefje heb zien schrijven terwijl Lyka me verbaasd nakijkt. De man met de pen en het kladblokje is zichtbaar geschrokken en krimpt ineen wanneer hij mij met het briefje in de hand op zich af ziet komen.
Ik wijs met mijn vinger naar het kladje en zeg luid: ‘Wat betekend dit? Ik kan hier niets van lezen’
Ik kijk voor een tweede keer naar de prijslijst op de muur en weet uit persoonlijke ervaring dat het nooit zoveel kan zijn! Stotterend zegt hij het lijstje op dat hij voor me heeft opgeschreven.
Zodra de aantallen niet kloppen of we hebben dat gerecht niet gehad schrapt hij zonder tegen te stribbelen het van het lijstje. De overwinning is nabij en de vernedering haast compleet!
‘RM 22’, zegt hij haast fluisterend.
‘Terima Kasih (Dank je wel in het Maleis), bij ons in Nederland melden we zulke vergissingen direct bij de politie!’, de man krimpt ineen en voelt zich betrapt.
Ik druk hem een visitekaartje van Travels and Troubles in zijn handen met de mededeling: ‘Volgende week op de website, de recensie van uw restaurant! Slechts één ster! Slecht eten en slechte bediening!’
Ik schud hem de hand en laat de oplichter in de knop met zijn misere alleen. Helaas gebeurt dit ook in mijn geliefde Maleisië.

woensdag 28 november 2012

Maleisië: De laatste dag in Malacca

Malacca (Hallmark Hotel (325)

Het is alweer onze laatste dag in Malacca en tevens ook onze laatste rustdag tijdens deze trip. Opgelucht omdat we het paspoort alweer in ons bezit hebben en blij met de nieuwe D600 maken we ons niet al te druk op deze laatste dag. We hebben nog een dag of tien te gaan voordat we weer in ons vertrouwde Thailand zijn, dus de vuile was heeft de hoogste prioriteit. De plaatsen die we vanaf morgen gaan bezoeken zijn me onbekend en dat heeft voordelen en nadelen. Het is spannend omdat het onbekend is maar we moeten ook naar alles zoeken. We zijn elke keer maar enkele nachten op dezelfde plaats dus het is belangrijk dat alle kleding in onze rugzakken schoon is voordat we Malacca verlaten!
De tijden veranderen en alles gaat er op vooruit, ook hier in Maleisië. Een hele welkome verbetering is de opkomst van “Maytag” wasserettes. Mooie, goede wasmachines en wasdrogers die een uitkomst voor de rugzakartiesten is. Het is de eerste keer dat ik er een zie, hier in Malacca, maar ik weet zeker dat er veel meer zullen komen overal in Maleisië. Met plastic tassen vol met vuile was, en de Kobo ereader, gaan we op pad.
Het is heerlijk relaxed om zo te zitten. Lekker lezen en af en toe opkijken of de wasmachine nog niet klaar is. Overladen naar de wasdroger en nog een stukje lezen. De was is schoner, ruikt beter en kan er weer een paar dagen tegen.
Na de was gaan we weer naar het winkelcentrum om koffie te drinken terwijl Lyka zich verdiept in allerlei prullaria en goedkoop Chinees plastic. Ik probeer wat meer van mijn camera te weten te komen maar de eerste indrukken zijn niet al te best! De D600 is meer gecompliceerd dan de D700 of in ieder geval heel anders. Schakelars zitten niet meer op de vertrouwde plaats waar ik ze verwacht en ook mijn favoriete instellingen lijken op deze nieuwe camera verdwenen. Ik zal nog wel heel wat tijd nodig hebben om deze machine onder de knie te krijgen! Ik schiet hele series testfoto’s, niet voor de creatieve kant maar voor kleur, schaduw, belichting en meer zaken die ik moet leren kennen om da camera snel en nauwkeurig onder alle omstandigheden in te stellen.
We nemen afscheid van Bob Teng in het Discovery Café en eten opnieuw tegenover het hotel. Niets bijzonders, gewoon recht voor zijn raap Chinees eten. Het is lekker en goedkoop!
Vaarwel Malacca voor een jaar, morgen gaan we verder naar Johor Bahru! In een jaar kan er heel veel gebeuren, ik hoop iedereen volgend jaar in oktober weer gelukkig en gezond hier aan te treffen, want er kan ik een jaar heel veel gebeuren!

dinsdag 27 november 2012

Maleisië: Een nieuwe camera!

Malacca (Hallmark Hotel (325)

Gisterenochtend kwam de bevrijdende email van de Nederlandse ambassade in Kuala Lumpur!
‘Uw paspoort ligt gereed om te worden opgehaald.’
En dat is natuurlijk fantastisch nieuws nu we weten dat het na drie dagen al klaar ligt en we de reis verder naar Thailand kunnen plannen. Alleen de details werden niet vermeld maar daar komen we op de ambassade wel achter.
Om 06:00 loopt de wekker af en ik spring meteen uit bed. Het moet geen race tegen de klok worden maar een beetje op tijd vertrekken is wel belangrijk.
Lyka beantwoord mijn: ‘Opstaan, het is al over zes!’ met: ‘It’s OK, I don’t shower!’, en ze draait zichzelf nog een keer om.
Ik maak me gereed om te vertrekken en uit het bed komen alleen maar geluiden van ritselende lakens.
Om half zeven wordt het toch wel de hoogste tijd. Met iets meer overredingskracht, aangevuld met fysieke hulp, dan de eerste keer werk ik haar nu het bed uit. Pas om vier voor zeven verlaten we het hotel.
Gelukkig lopen we meteen tegen de bus aan die naar “Melaka Sentral” gaat en die ook nog eens tussen twee bushaltes stopt. In het verleden heb ik dat wel eens anders meegemaakt!
De bus van 07:30 wordt geboekt en we ontbijten nog snel bij McDonald’s. We zijn onderweg en een paar minuten te laat rijdt de bus richting Kuala Lumpur. Alles gaat volgens wens totdat we in een bijna stilstaande file terechtkomen en slechts kruipend vooruit gaan. De klok is onverbiddelijk en tikt de voor ons zo kostbare seconden weg. Lyka lijkt er nu ook niet meer gerust op en vraagt wat de openingstijden van de ambassade zijn.
‘Van negen tot twaalf’, antwoordt ik terwijl ik mijn schouders ophaal. Ik weet het ook niet zeker.
De seconden lijken minuten te duren en er komt maar heel weinig schot in de reis naar “Bandar Tasik Selatan”. Zelf begin ik nu ook te vrezen voor een gemiste afspraak. Een ambulance met pech blijkt de oorzaak te zijn van het oponthoud en zodra we die gepasseerd hebben komt er weer schot in. Maar het is al 10:46 als we in de trein van “Bandar Tasik Selatan” naar “Sentral Stesen” stappen. Een kwartier later verlaat de metro het station op weg naar “Ampang Park”. Het lijkt nu allemaal toch nog goed te komen!
En het wordt nog beter! Zodra we bovengronds komen staat er al een bus op ons te wachten. De gitzwarte Indiër roep wat richting ons waarna ik hem vraag of ze Jalan Ampang volgen. Hij knikt met een lach die zijn grote gele tanden laat zien en wij klimmen langs hem heen de deuropening van de bus in. Eenmaal binnen staat hij binnen een mum van tijd naast ons. Ik leg hem uit dat we naar de Nederlandse ambassade moeten.
‘Many embassies, two ringgit!’, zegt hij en schud met zijn hoofd.
Ik denk na en roep: ‘Next to the Thai and Saudi embassy!’
‘Ahhhh, I know!’, hij schreeuwt wat onverstaanbare woorden in het Hindi naar de chauffeur en loopt verder op zoek naar passagiers die nog niet hebben betaald.
Ik probeer onder de enorme stickers op de voorruit van de bus, die 80% van het zicht ontnemen, door te kijken of ik de bekende toren zie. Bij de Thaise ambassade wordt ik nog alerter en daar is de toren waar de Nederlandse ambassade gevestigd is, “Ampang Walk” heet de toren. Ik probeer het te onthouden voor een volgende keer maar ik hoop dat we het nooit meer nodig hebben. Het idee van het MVV-visum begint zonder dat Lyka het weet in mijn gedachten vorm te krijgen.
Het beveiligingspersoneel dat ons nu voor de derde keer binnen zes dagen ziet begroet ons alsof we oude bekenden zijn.
‘Floor 7?’, mompelt de ene terwijl de andere mijn naam op een bezoekerslijst schrijft.
‘Yes, floor 7’, antwoord ik terwijl we in de lift verdwijnen. Zijn magneetkaart geeft het signaal aan de computer dat het veilig is en wij gaan op weg naar boven.
Ik neem een flinke hap adem voordat we het kantoor van de ambassade binnen stappen. De vriendelijke medewerkster lacht ons tegemoet en staat meteen op om Lyka’s paspoort te halen. Ze overhandigt het kleine Bordeaux rode boekje. Met de adem in kijken we naar de sticker. Daar staat het zwart op wit. Een multiple entry visa dat twee jaar geldig is. We maken spontaan een high five en bedanken de vrouw voor de excellente service van de ambassade. Ze lacht vriendelijk terug terwijl we afscheid nemen. Ik ga ervan uit dat we hier nooit meer terugkomen. In de lift kijken we samen nog een keer naar de belangrijke sticker. We zijn weer een stap dichterbij ons doel.

En nu heel wat anders. Mijn camera werkt nog wel maar heeft nukken. Ik heb er lang over kunnen nadenken en uiteindelijk moet ik hem toch maar gaan vervangen. De camera is nu ruim drie jaar oud en zou in principe nog enkele jaren mee kunnen gaan, maar sinds de val heb ik er geen rust meer van. YL-Camera heeft RM 2200 geboden en dat betekend dat ik € 1000,- moet bijleggen voor een nieuwe Nikon D600. Het allerlaatste model, het neusje van de zalm in Full Frame Camera’s. En als ik eerlijk tegen mezelf moet zijn valt dat best wel mee! Minder dan een euro per dag! Minder dan vier eurocent per foto! Het wordt tijd om afscheid van mijn trouwe reisgenoot te nemen. Vanaf het “KLCC” naar “Pudu Plaza” schiet ik de laatste foto’s met de gehavende D700, mijn trouwe makker tijdens de laatste drie jaar op reis. Maar aan alles komt een eind!

De laatste officiële foto met mijn Nikon D700

In de winkel wordt mijn camera uitvoerig getest en goed bevonden. Ik ga natuurlijk niet vermelden wat de nukken zijn. Drie kwartier later verlaten Lyka en ik YL-Camera. Duizend euro armer maar een Nikon D600 rijker.
Tijdens de lunch kan ik niet wachten om de instellingen te controleren en natuurlijk om foto’s te schieten. Op het kleine schermpje achterop de camera zien ze er al indrukwekkend uit maar ik wil ze het liefst op mijn MacBook Pro zien.
In de bus val ik nu eens als uitzondering van de lange en vermoeiende dag in slaap. Het lezen “Van oude menschen, de dingen, die voorbij gaan…” kan me ook niet langer boeien, ik ben zo vertrokken en droom over een leven met Lyka in Nederland.
Terug op de kamer en achter de computer zien de foto’s er fantastisch uit maar er is een probleem bijgekomen. Lightroom3 kan de NEF files van de D600 niet lezen. Een korte zoektocht in Google brengt het onwelkome antwoord: Ik ben verplicht om Lightroom4 aan te schaffen. Nou ja, dat is dan niet anders! Wat ook een probleem dreigt te worden is de enorme omvang van de NEF files, er gaan nu nog maar 40 foto’s in een Gb. Dat betekend theoretisch dat mijn MacBook na 4000 foto’s - over zes maanden dus - vol zou zijn. Daar moet eens goed worden over nagedacht!
En waar kunnen we dat beter doen dan bij “Pak Putra Tandoori”? Onder het genot van een Tandoori Chicken en een Naan brood. Na de uitstekende maaltijd realiseer ik me dat het nu een jaar gaat duren voordat we hier weer terugkomen. Wat zal ons leven gaan veranderen wanneer Lyka eindelijk haar verblijfsvergunning heeft!
Een biertje als afsluiting van deze lange dag en de vakantie kan nu echt beginnen!

maandag 26 november 2012

Maleisië: In het donker

Malacca (Hallmark Hotel (325)

De aanvulling van het ontbijt met die gebakken eieren is een enorme vooruitgang! Zeker wanneer er ook een bak met lauwwarme witte bonen in tomatensaus op de buffettafel staat. Met veel smaak werk ik het ontbijt naar binnen. Het oprechte vakantie gevoel overvalt me in afwachting van het visum voor Lyka.
Vandaag is het een gemakkelijke dag voor ons met slechts een opdracht. We hebben besloten om onze rugzakken eens flink te legen en alle winterkleding naar Nederland te versturen. De koude maand in Zuid-Korea, in combinatie met Lyka’s natuurlijke drang naar de laatste wintermode, heeft de inhoud van onze rugzakken flink aangevuld. Een standaard doos met de boot van Maleisië naar Zaltbommel kost niet al teveel! RM 58,10 (€ 14,50) is nog te betalen en we hoeven dan gelukkig tien kilo minder mee rond te slepen.
Lyka is duidelijk niet op haar gemak want voor haar gevoel zijn de twee plastic tassen veel zwaarder en lijken ze ook veel groter dan de doos die we zaterdag in het postkantoor gezien hebben. Helaas hebben de meeste vrouwen daar geen kijk op en moeten ze dat maar aan de mannen overlaten en het gewoon, zonder tegen te stribbelen, van ons aannemen. Met een voldaan gevoel gaan we na het ontbijt weer terug naar de kamer om onze spullen, die we naar Nederland gaan verzenden, op te halen. In de korte tijd die we op de kamer zijn gaat natuurlijk meteen de iPad weer aan om te zien of er belangrijke berichten uit de Filippijnen zijn gekomen. Dat is belangrijker dan de spullen bij elkaar te zoeken die met de boot naar Nederland gaan!
Ze is met geen paard van het elektronische kleinnood af te halen en omdat we toch de hele dag de tijd hebben open ik ook maar mijn MacBook.
‘Captain, incoming message!’, galmt er door de kamer.
Ik kijk mijn email na en tot grote blijdschap is er een bericht van Mrs. Peters van de “Embassy Of The Kingdom Of The Netherlands”.
‘Visa is ready for collection!’
Ik kijk op van mijn beeldscherm en Lyka voelt mijn ogen op haar lichaam prikken, ‘Wat?’, zegt ze licht geïrriteerd.
‘Het visum is klaar, we kunnen het komen ophalen!’
Er verschijnt blijdschap en verlossing op haar gezicht en ik ben zelf ook opgelucht en zeer verwonderd dat het deze keer zo snel is gegaan. Drie werkdagen nadat we de formulieren, documenten en pasfoto’s hebben ingeleverd ligt het paspoort alweer klaar.
‘Gaan we vandaag nog naar Kuala Lumpur?’, vraagt ze ongeduldig.
‘Nee, we gaan morgen. Het is al te laat, dat halen we nooit meer op tijd!’
Maar de echte reden is nog steeds de tweestrijd die in me gaande is over de kreupele camera. Ik ben er bijna uit en heb nog maar een klein zetje in de goede richting nodig om een nieuwe Nikon D600 te kopen.
Met twee grote plastic tassen vol met winterkleding gaan we door de brandende zon met temperaturen van boven de 30 graden Celsius richting het postkantoor. Lyka schuilt onder haar parasol om niet als te zwart te worden, zoals ze dat zelf noemt. Het zweet gutst over mijn rug en bevestigt dat het een goed idee is om de winterkleding naar Nederland te versturen.
Naast het dilemma van de aanschaf van de nieuwe camera raast er iets nieuws door mijn brein. Wanneer er na drie dagen al een meerjarig visum met meerdere binnenkomsten voor de Schengenlanden wordt afgegeven, hoe moeilijk zou het dan zijn om het MVV-visum aan te vragen? Lyka voelt dat er iets in me broeit want ik ben opvallend stil.
‘Something wrong?’, vraagt ze bezorgt.
‘Nee, alles is oké, ik denk alleen over iets na!’, en we lopen snel door om zo snel mogelijk uit die brandende zon te komen.
In het postkantoor blijken mijn timmermansogen en handen met ingebouwde weegschaal perfect te hebben gewerkt. De doos is precies vol, er had nog wel wat bij gekund, en het totaalgewicht is net boven de negen en een halve kilo. Ik vul de documenten voor de douane in en neem een afscheidsfoto van de doos in het geval dat het mis zou gaan.
Het idee voor het aanvragen van het MVV-visum krijgt steeds duidelijkere vormen in mijn hoofd en ik denk over het juiste moment om Lyka’s ideeën daarover eens te polsen.
‘Waar wil je eten?’, vraag ik aan haar.
‘Chicken Rice Ball’, zegt ze zonder twijfel.
Een goed idee! Het is vandaag maandag en de grote hordes weekendtoeristen zijn weer uit Malacca verdwenen. Er zijn wel wat toeristen maar het is veel rustiger dan in het weekend. Ik heb het “Formosa Chicken Rice Ball” restaurant door de jaren van een goed en goedkoop restaurant naar een toeristenval zien afglijden. De groei in bekendheid, de juiste locatie aan de “Jonker Walk”, de krantenartikelen en tv programma’s hebben het restaurant geen windeieren gelegd maar aan de andere kant zeker ook geen goed gedaan. De ruime porties hebben plaats gemaakt voor bordjes met afgetelde hoeveelheden. Voor mijn gevoel is de kwaliteit van het eten en het personeel ook met stappen achteruit gegaan. Maar het restaurant is niet al te ver om op weg naar het hotel dus vallen we in het angstig lege restaurant neer.
BBQ chicken, Taugé, geroosterd varkensvlees en rijstballetjes. Die laatste zijn de specialiteit van het restaurant. Ze smaken ook heel bijzonder! Ik heb dit gerecht nog nooit ergens anders gezien. Een cola light en we genieten van het eten dat voor ons op tafel staat. Dat kan ik niet zeggen van het personeel dat ons heel opvallend, met een blik alsof we eigenlijk niet welkom zijn, bekijkt.
De rest van de dag brengen we op de kamer door. Het is heerlijk in de koelte en er is niets aan de hand totdat er een knal als een pistoolschot door de kamer vliegt en we plotsklaps in het donker zitten. We zitten samen voor een moment in het donker en wachten totdat de het gezoem van de airconditioning weer begint. Onaangekondigde stroomonderbrekingen zijn niet ongewoon in Azië! Maar deze duurt toch wel erg lang en ik ga met de handdoek om mijn heupen geknoopt maar eens op onderzoek uit.
Op de gang brandt er nog licht en een groep Indonesiërs is bezig met nieuwe vloerbedekking te leggen. Ik zeg goedemiddag in hun moederstaal en ga terug de kamer in waar ik de receptie bel dat we zonder stroom zitten. Binnen een minuut staan er drie jonge jongens voor de kamerdeur waarvan ik de oudste niet eens achttien jaar oud schat. Nadat ik heb uitgelegd wat er aan de hand is laat ik er eentje binnen.
Hij probeert alle schakelaars in de kamer en komt tot de verbazingwekkende conclusie: ‘No power!’
Ja, daar was ik zelf ook al achter gekomen! Wat nu? Ik volg hem naar de gang waar hij met zijn twee wachtende collega’s in een rappe Maleisische conversatie tot een oplossing voor het probleem probeert te komen. Ik kan een half woord volgen en verbaasd kijk ik de jongste na die er als een haas vandoor gaat. De rollen nieuwe vloerbedekking voor zijn voeten zijn als hindernissen waar hij als een springpaard tijdens een Concours Hippique gracieus overheen vliegt.
Enkele minuten later komt hij terug met een schroevendraaier en een aluminium keukentrap. Nu stromen de drie achter me aan onze kamer in en zo te zien hebben ze meer oog voor Lyka op het bed dan voor de problemen met de elektriciteit. Ik laat ze maar voor een tijdje begaan en wacht totdat ze hun lusten en nieuwsgierigheid hebben gevoed. Er wijst er een naar een klein luikje achter de kamerdeur en een tweede zet de trap klaar terwijl een derde de trap gewapend met de schroevendraaier beklimt. Uit het gat in het plafond komt er een los plankje met een paar thermische zekeringen tevoorschijn.
‘Stop!’, roep ik luid voordat de jongen op de trap met de zekeringen begint te spelen.
Lyka en ik verwijderen alle stekkers van onze apparatuur uit de contactdozen zodat ze veilig zijn en geen schade kunnen oplopen.
‘Oké!’, roep ik en de leerling elektriciën gaat aan de slag.
Hij morrelt wat aan de draden, hij drukt wat schakelaars is, het licht gaan aan en uit en hij krabt zich eens op zijn hoofd. Hij kan dit niet oplossen! Maar hij twijfelt ook, dat zie ik in zijn ogen wanneer hij me teleurgesteld aankijkt. Ik steek mijn vinger op als teken dat hij nog even op de trap moet blijven staan. Ik trek nu alle stekkers van de lampen en de koelkast uit de stopcontacten en schakel de verlichting en de  airconditioning uit.
‘Oké!’, roep ik hem toe als teken dat het weer veilig is om de hoofdschakelaar om te zetten.
Met een sierlijke zwaai zet hij de hoofdschakelaar weer om. De flits en de knal als een pistoolschot blijven uit. Zes Maleisische ogen volgen me in de wetenschap dat ze wat van me kunnen leren dat ze die wijsheid een volgende keer kunnen gebruiken. “Kennis is macht!”, en dat geld ook in Maleisië! Een voor een schakel is de verlichting aan en verdrijf de duisternis uit onze kamer. De koelkast begint te rustig te brommen wanneer ik de stekker in het stopcontact steek en ook de airconditioning blaast een straal koele lucht door de inmiddels flink opgewarmde kamer.
Blij, maar ook verbaasd kijken ze me aan dat er niets gebeurd. Zelf moet ik ook nog eens even goed nadenken of ik niets vergeten ben of dat het niet aan een van onze apparaten kan liggen. Ik ga op bed zitten en steek de stekker van de schemerlamp op het nachtkastje in het stopcontact waarna we meteen weer na de flits en de knal in het donker zitten. Het probleem is gevonden en wordt onschadelijk gemaakt.
De jongen zet de hoofdschakelaar weer om en ik bekijk de schemerlamp die met drie grote schroeven op het nachtkastje is vastgemaakt. Die blijft dus staan! We gebruiken hem gewoon niet meer. Een poging van de jongen met de schroevendraaier om hem toch te verwijderen smoor ik beleefd in de kiem en als een kudde schapen jaag ik ze met mijn armen zo breed als mogelijk weer naar de uitgang van onze kamer. Die laatste dagen komen we zonder schemerlamp ook wel door!

In de wetenschap dat we vroeg gaan slapen omdat we morgen vroeg opstaan besluiten we om niet al te ver van het hotel weg te gaan voor het avondeten. Gewoon tegenover op de hoek is een Chinees restaurant waar de vis, en de rest van het eten, er goed uitziet en ze grote flessen koud bier serveren. Lyka is blij en ik ben blij! De vis en de taugé zullen geen prijzen winnen maar het is niet onverdienstelijk. Een paar biertjes en we gaan weer terug naar de kamer. Lekker slapen want morgen is het de grote dag om het visum op te gaan halen.
Copyright/Disclaimer